stromingen en tijdschriften
stromingen
romantiek | naturalisme | Beweging van Tachtig | symbolisme
W. van den Berg, ‘Dispuut op de Drachenfels’ 1985
W. van den Berg, ‘De preromantiekconceptie en de Nederlandse literatuurgeschiedenis’ 1999
W. Gobbers, ‘Consciences Leeuw van Vlaenderen als historische roman en nationaal epos: een
genrestudie in Europees perspectief’ 1990
Rob Nieuwenhuys, ‘Een vergeten romantikus’ 1932
K.M. Wagemans, ‘Invloeden op de ontwikkeling van de historische roman in de periode 1827-1840 of De Redevoering en de Roos’ 1982
Joke van der Wiel, ‘Een “misgeboorte” of een literaire uitdaging? David Jacob van Lennep als
pleitbezorger voor een verdacht genre’ 1985
romantiek | naturalisme | Beweging van Tachtig | symbolisme
Ton Anbeek en J.J. Kloek, ‘Van idealisme naar naturalisme. Een onderzoek naar de romankritiek tussen 1879 en 1887’ 1981
J.D.F. van Halsema, ‘“En dat doen ook wij”: de wisselwerking tussen stemmingsdichters en
naturalisten in de eerste jaren van de Nieuwe Gids’ 1987
Mary G. Kemperink, ‘Wat wil het naturalisme? Een invulling van het Nederlandse naturalistische concept op basis van poëticale teksten’ 1984
Mary G. Kemperink, ‘Het Nederlands naturalistisch toneel (1890-1900). Een profielschets’ 1991
Mary G. Kemperink, ‘Medische theorieën in de Nederlandse naturalistische roman’ 1993
Mary G. Kemperink, ‘“Excelsior” is het devies van de natuur. Darwinisme in de Nederlandse roman
(1860-1885)’ 1998
M.A. Schenkeveld-van der Dussen, ‘Rümke en Van Eeden: problemen rond de verteller in Van de koele meren des doods’ 1976
A.L. Sötemann, ‘Marcellus Emants' “Een nagelaten bekentenis”: afrekening met Von
Feuchtersleben, vernieuwing van de naturalistische roman’ 1975
romantiek | naturalisme | Beweging van Tachtig | symbolisme
J.C. Brandt Corstius, Het poëtisch programma van Tachtig. Een vergelijkende studie 1968
Enno Endt, ‘Ons schoon-zijn is de bloei der begeerte’ 1991
J.D.F. van Halsema, ‘Gorter na Mei’ 1978
J.D.F. van Halsema, ‘Wie heel goed kijkt, die kan hem bijna zien. Baudelaire bij de Tachtigers’ 1995
Gert de Jager, ‘Het geheim van het sonnet. De Tachtigers en de aantrekkingskracht van een
literaire vorm’ 1996
romantiek | naturalisme | Beweging van Tachtig | symbolisme
Carel Blotkamp en Mieke Rijnders, ‘Beeldende kunst en Literatuur’ 1978
Caroline Boot en Marijke van der Heijden, ‘Gemeenschapskunst’ 1978
Henri Bossaert, ‘A. Roland Holst, W.B. Yeats en de kunstidealen van het Franse symbolisme’ 1973
G.J. Dorleijn, ‘“Het sterkste werkt wat is weggelaten”. J.H. Leopold als symbolist’ 1984
J.D.F. van Halsema, ‘“En dat doen ook wij”: de wisselwerking tussen stemmingsdichters en
naturalisten in de eerste jaren van de Nieuwe Gids’ 1987
Geurt Imanse en John Steen, ‘Achtergronden van het Symbolisme’ 1978
tijdschriften en almanakken
tijdschriften | almanakken
Remieg Aerts, ‘De Gids en zijn publiek. Een compositieportret’ 1994
Ernest Claassen, ‘Het Nederlandsch Magazijn, het Nederlandsch Museum en De Honigbij.
Drie geïllustreerde tijdschriften in de jaren dertig en veertig van de negentiende eeuw’ 1998
M. Hanot, ‘Literaire teorieën en kritiek in Gentse tijdschriften tijdens de periode van 1830 tot 1850’ 1955
M. Hanot, ‘Literaire theorieën en kritiek in Antwerpse tijdschriften van 1840 tot ca.1850’ 1955
M. Hanot, ‘De Brusselse tijdschriften (1815-1846) en de Nederlandse letterkunde’ 1990
Tineke Jacobi en Joke Relleke, ‘De leus van vooruitgang! Het literaire program van De Gids
onder Potgieter en Bakhuizen van den Brink’ 1995
Nop Maas, ‘Satirische tijdschriften in Nederland’ 1998
Marita Mathijsen, ‘Concurrentie voor De Gids: literaire tijdschriften tussen 1835 en 1845’ 1988
Johanna Muis-van der Leun, ‘Debet- en creditzijde van een cultureel tijdschrift. Het
uitgavebeheer van de Vaderlandsche Letteroefeningen’ 1990
Toos Streng, ‘“Materialisme” in de Nederlandse kunst- en literatuurbeschouwing tussen 1835 en
1860’ 1994
tijdschriften | almanakken
Jan Sitvast, ‘De populariteit van almanakken in de tweede helft van de negentiende eeuw’ 1987
|