• Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Audio/Video
    • Calendarium
    • Thema's
    • Rederijkerskamers
    • Atlas
    • Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden
    • Informatie voor rechthebbenden
    • Over DBNL
    • Organisatie
    • Adressen
    • Vragen
    • Stages
    • Digitaliseringsverzoeken
    • Nieuwsbrief
    • Nieuwe titels
    • Privacyverklaring


  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (4,28 MB)

Lexicon van de poëzie (4,68 MB)

Lexicon van de retorica (1,72 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (3,49 MB)

Lexicon van literaire genres (14,14 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (15,96 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (2,28 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (18,30 MB)



Genre
sec - letterkunde

Subgenre
non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Print
Algemeen letterkundig lexicon(2012-....)–G.J. van Bork, D. Delabastita, H. van Gorp, P.J. Verkruijsse, G.J. Vis

Analyse van drama en theater

acteur-1
actie-eenheid
actiemoment
ad spectatores
agnitio
agoon
akte-2
alleenspraak zie monoloog
amfitheater
amoebaeum
anabasis
anagnorisis zie agnitio
antagonist
antiode/antipirrhema
aparte zie terzijde
apotheose
arenatheater
argument
aristotelisch drama
Aristotelische eenheden zie eenheid van handeling, tijd en plaats
aulatheater
axiaaltheater
bedrijf
bericht-1
binnenspel
bodeverhaal
buitenspel
canticum-1
catastasis
catastrofe
catharsis
choor zie koor
cirkeltheater zie axiaaltheater
claus
climax-2
confident zie vertrouweling(e)
conflict
coryfee
coup de théâtre
crisis
deixis
dénouement zie ontknoping
desis zie epitasis
deus ex machina
deuteragonist zie antagonist
dialoog
didascalia
distichomythie
diverbium
doorlooptheater
dramatheorie
dramatis personae
dramatische eenheden zie eenheid van handeling, tijd en plaats
dramatische illusie zie vierdewand-fictie
dramatische ironie
dramatiseren-2
dramaturg
dramaturgie zie dramatheorie
duivelspel zie duvelrije
duvelrije
eenheden, Aristotelische zie eenheid van handeling, tijd en plaats
eenheid van handeling zie eenheid van handeling, tijd en plaats
eenheid van handeling, tijd en plaats
eenheid van plaats zie eenheid van handeling, tijd en plaats
eenheid van tijd zie eenheid van handeling, tijd en plaats
enscenering
ensemble
ensemblespel
ensembletheater zie ensemblespel
epiloog
epirrhema/antiprrhema
episering
episode-1
episode-2
epitasis
exodos
expositie
expositio zie expositie
figura-1
gloire zie apotheose
gracioso
hamartia
handeling
handelingsaspecten
handelingsmoment zie actiemoment
happy end(ing)
harlekijn
hemistichion zie hemistichomythie
hemistichomythie
hoofdtekst
in medias res
intrige
juxtapositie
karakter-1 zie personage
karakterisering
katastasis
kommation
koor
kunst en vliegwerk
libretto
lusis
makron zie pnigos
Märchenglück zie happy end(ing)
mediis in rebus zie in medias res
mise-en-scène zie enscenering
mof
monoloog
motorisch moment
naprologhe zie epiloog
nar
narede zie epiloog
nawoord zie epiloog
neef(t)ken zie zinneken
neventekst
nichtken zie zinneken
non sequitur
odeon
ontknoping
opvoeringsanalyse
parabasis
parodos
periaktoi
peripetie
personage
plot
pnigos
pragmatografie
première
proloog
proscenium
prospectief aspect
protagonist
protasis-1 zie expositie
publiek-1
pundonor
quem quaeritis-troop
quidproquod zie quiproquo
quiproquo
recitatief
regie
regieaanwijzing zie toneelaanwijzing
regisseur
rei-1
repertoire-1
retardering
retrospectief aspect
samenspraak zie dialoog
scenario
scène-1
schouwburg zie theater-1
screenplay zie scenario
script zie scenario
setting
simultaanaspect
simultaantoneel
simultaneïteit
sinneken zie zinneken
soliloquium zie monoloog
spanning
speelhandeling
speelhuis
spel-2 zie toneelspel-2
spreekkoor
stasimon
statische bouw
stichomythie
subplot
subtekst-2 zie neventekst
suspense zie spanning
synchronie-1
taf(e)reel zie scène-1
teichoskopie
tekstboekje
terzijde
theater-1
theaterkritiek
theatermachinerie
theaterwetenschap
tirade
toneel op het toneel
toneel-2 zie scène-1
toneel-3
toneelaanwijzing
toneelbewerking-1
toneelbewerking-2
toneelspel-2
toog
tradaptation
travestie
tritagonist
troop-2
trope zie troop-1 en troop-2
tweespraak zie dialoog
verloopsplan zie plot
verrader zie zinneken
verticale analyse
vertrouweling(e)
vierdewand-fictie
voorgeschiedenis
vraisemblance
waarschijnlijkheid zie vraisemblance
wachtclaus
wachter
wachtwoord zie claus, custode
wereldbeeldaspect
zinneken
zot zie nar

Thematische clusters:

Bouw van het drama

  • actie-eenheid
  • anabasis
  • aristotelische eenheden zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • binnenspel
  • buitenspel
  • dramatische eenheden zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • dramatische illusie zie vierdewand-fictie
  • dramatische ironie
  • eenheden, aristotelische zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van handeling zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van plaats zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van tijd zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • handelingsaspecten
  • in medias res
  • katastasis
  • mediis in rebus zie in medias res
  • plot
  • prospectief aspect
  • retardering
  • retrospectief aspect
  • simultaanaspect
  • simultaneïteit
  • spanning
  • speelhandeling
  • statische bouw
  • suspense zie spanning
  • synchronie-1
  • verloopsplan zie plot
  • vierdewand-fictie
  • wereldbeeldaspect

Drama-onderdelen

  • actiemoment
  • akte-2
  • antiode/antipirrhema
  • apotheose
  • bedrijf
  • bodeverhaal
  • canticum-1
  • catastasis
  • catastrofe
  • catharsis
  • climax-2
  • coup de théâtre
  • crisis
  • dénouement zie ontknoping
  • desis zie epitasis
  • diverbium
  • duivelspel zie duvelrije
  • duvelrije
  • episode-1
  • episode-2
  • epitasis
  • exodos
  • expositie
  • expositio zie expositie
  • gloire zie apotheose
  • hamartia
  • handelingsmoment zie actiemoment
  • happy end(ing)
  • intrige
  • kommation
  • lusis
  • märchenglück zie happy end(ing)
  • motorisch moment
  • ontknoping
  • parabasis
  • parodos
  • peripetie
  • pragmatografie
  • protasis-1 zie expositie
  • scène-1
  • spreekkoor
  • stasimon
  • subplot
  • taf(e)reel zie scène-1
  • toneel-2 zie scène-1
  • voorgeschiedenis

Mise-en-scène en regie

  • doorlooptheater
  • dramaturg
  • enscenering
  • mise-en-scène zie enscenering
  • regie
  • regieaanwijzing zie toneelaanwijzing
  • regisseur
  • simultaantoneel
  • toneel op het toneel
  • toneelaanwijzing

Personages

  • acteur-1
  • antagonist
  • choor zie koor
  • confident zie vertrouweling(e)
  • coryfee
  • deuteragonist zie antagonist
  • dramatis personae
  • duivelspel zie duvelrije
  • duvelrije
  • ensemble
  • figura-1
  • gracioso
  • harlekijn
  • karakter-1 zie personage
  • karakterisering
  • koor
  • mof
  • nar
  • neef(t)ken zie zinneken
  • nichtken zie zinneken
  • personage
  • protagonist
  • pundonor
  • rei-1
  • sinneken zie zinneken
  • spreekkoor
  • tritagonist
  • verrader zie zinneken
  • vertrouweling(e)
  • wachter
  • zinneken
  • zot zie nar

Spelvormen

  • ad spectatores
  • alleenspraak zie monoloog
  • amoebaeum
  • antiode/antipirrhema
  • aparte zie terzijde
  • claus
  • conflict
  • dialoog
  • ensemblespel
  • ensembletheater zie ensemblespel
  • epirrhema/antiprrhema
  • handeling
  • juxtapositie
  • monoloog
  • non sequitur
  • parabasis
  • publiek-1
  • quidproquod zie quiproquo
  • quiproquo
  • recitatief
  • samenspraak zie dialoog
  • soliloquium zie monoloog
  • spel-2 zie toneelspel-2
  • teichoskopie
  • terzijde
  • tirade
  • toneel op het toneel
  • toneelspel-2
  • travestie
  • tweespraak zie dialoog
  • wachtclaus
  • wachtwoord zie claus, custode

Studie van toneel en theater

  • deixis
  • dramatheorie
  • dramaturgie zie dramatheorie
  • opvoeringsanalyse
  • quem quaeritis-troop
  • theaterkritiek
  • theaterwetenschap
  • troop-2
  • trope zie troop-1 en troop-2
  • verticale analyse

Tekstuele aspecten

  • argument
  • didascalia
  • distichomythie
  • dramatiseren-2
  • epiloog
  • episering
  • hemistichion zie hemistichomythie
  • hemistichomythie
  • hoofdtekst
  • libretto
  • makron zie pnigos
  • naprologhe zie epiloog
  • narede zie epiloog
  • nawoord zie epiloog
  • neventekst
  • pnigos
  • proloog
  • repertoire-1
  • scenario
  • screenplay zie scenario
  • script zie scenario
  • setting
  • stichomythie
  • subtekst-2 zie neventekst
  • tekstboekje
  • toneelbewerking-1
  • toneelbewerking-2
  • tradaptation

Theaterbouw en apparatuur

  • amfitheater
  • arenatheater
  • aulatheater
  • axiaaltheater
  • cirkeltheater zie axiaaltheater
  • deus ex machina
  • kunst en vliegwerk
  • odeon
  • periaktoi
  • proscenium
  • schouwburg zie theater-1
  • speelhuis
  • theater-1
  • theatermachinerie
  • toneel-3
  • toog

Toneelconventies

  • agnitio
  • agoon
  • anagnorisis zie agnitio
  • aristotelisch drama
  • aristotelische eenheden zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • bericht-1
  • dramatische eenheden zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • dramatische illusie zie vierdewand-fictie
  • eenheden, aristotelische zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van handeling zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van plaats zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • eenheid van tijd zie eenheid van handeling, tijd en plaats
  • première
  • vierdewand-fictie
  • vraisemblance
  • waarschijnlijkheid zie vraisemblance