Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 12. Tweede stuk

[Catharina Mulder]

MULDER, MULLER (Catharina), ook wel Caat Vermeulen, in de wandeling Kaat Mossel, wijl zij keurvrouw der mosselen was, volgens Bilderdijk ‘een ruw, gemeen wijf, maar bij wie geenerlei erg was,’ speelde, benevens Ceet of Cornelia Swenk, of Ruige Keet, hare zuster, te Rotterdam, een groote rol als hoofd van 't oproerig gepeupel in 1784

tot 1786. Een van de meest gerucht makende processen van Mr. W. Bilderdijk was dat van deze Catharina Mulder, die hij, nevens andere van hare denkwijze tegen de aanklacht van oproerigheid wegens Oranjeleuzen en kreten even gelukkig als manmoedig verdedigde.

Een menigte pasquillen, gedichten, platen, enz. kwamen, haar betreffende, in den handel, zoo als:

Echte en ware Levensgevallen van de befaamde Kaatje Vermeulen, alias Kaat Mossel, en haar medecomplize Keetje Zwenken, alias Zwarte Keet of Ruige Keet; benevens eenige verdere befaamde oproermakers of oproermaaksters, verrijkt met haar welgelijkend portrait, enz.; Aan Catharina Mulder, anders Kaat Mossel, m.p. (ged.) Leve de Prins. Oranje boven (m. portr.)

Kaat Mossel voor den throon van Beëlzebub (Tooneelspel). Utrecht z.j.

Echt berigt wegens de Receptie van Kaat Mossel op de militaire parade te 's Hage, op Zondag den 13 Junij 1784. Rotterd. 1784.

Zie Bilderdijk, Gesch. des Vaderl. D. XII. bl. 62; Verv. op Wagenaar, D. VIII. bl. 357, 366, 368, 369; D. X. bl. 192, vlg.; N. Nederl. Jaarb. 1784, bl. 331, 357; v. d. Aa, N.B.A.C. Woordenb. D. I. bl. 144; Muller, Cat. van portr.; Cat. der Bibl. van Ned. Letterk. D. I. b. bl.