Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica Hugaert (1721)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica Hugaert
Afbeelding van Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica HugaertToon afbeelding van titelpagina van Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica Hugaert

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.25 MB)

XML (0.05 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

lofdicht(en)
bruiloftsdicht / epithalamium


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica Hugaert

(1721)–Anoniem Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica Hugaert–rechtenstatus Auteursrechtvrij

In den echt vereenigd binnen Haarlem, den 16den van lentemaandt, 1721.


Vorige Volgende
[Folio A4v]
[fol. A4v]

Ter bruilofte van den heere Abraham des Amorie, en jongkvrouwe Angelica Hugaert.

 
O Haarlem! 'k heb wel eer met vreugde uw lof gezongen,
 
Uw dapperheid en deugd verheerlykt in myn Dicht,
 
Hoe Damiate door uw vroomheid wierd besprongen,
 
Schoon men de haven zag met ketens zwaar van wigt
 
Gesloten, om 't geweld van buyten te verduuren;
 
Hoe Kenau Hasselaar, die dap're krygsheldin,
 
't Vervloekte Spaans geweld deed deinzen van de muuren,
 
In Haarlems streng beleg. Nu pord de zoete min
 
My aan, Des Amorie zyn mintriomf te zingen,
 
Verkregen in den stryd , met schoone Angelica.
 
Zy, die de liefde dagt door haare magt te ontwringen,
 
Word nu gedwongen, haar vermogen, om gena
 
Te smeken, knielt met vreugd voor 't huwlyks altaar neder
 
Met haaren Bruidegom, zo buigt het winterweêr
 
Door harde storm by wyl een hoogverheven ceder,
 
Tot hy ontworteld stort heel onverwagt ter neer.
[Folio B1r]
[fol. B1r]
 
Angelica stond lang het stormen van de liefde
 
Ten doel , tot haar in 't eind een minnelyke tong
 
Door smeeken en gebeên de fiere borst doorgriefde,
 
En 't nooit gezengde hart tot wederliefde dwong.
 
Wat zoetheid, wat vermaak, wat aangenaam vernoegen,
 
ô Bruidegom! voor u; wat lang gewenste vreugd,
 
Nu die weerspannige zig aan uw zy komt voegen,
 
En in uw armen valt, verwonnen door uw deugd.
 
ô Hugaert! welk een heil staat u hier voor te wagten,
 
Daar gy Des Amorie hebt van de dood gered:
 
Wat blyde dagen, wat al aangenaame nagten,
 
Wat vrolyke uuren op 't aanbidlyk Bruiloftsbed.
 
Hoe zal de Bruidegom met u zyn Engel pronken,
 
Met u, wiens schoon gelaat de Jagtgodin verbeeld,
 
En duizend gaven van den hemel u geschonken,
 
't Was jammer wierden die geen minnaar meegedeeld.
 
Heerlemstadt springt van vreugd en 't wyd beroemde Spaaren,
 
Rekt zyn vernoegen uit tot aan den Dam en Sluis,
 
Daar hy den Ystroom groet, die langs de gladde baaren,
 
Voert op zyn Scheepkaros, dees blyde maar naar huis.
 
Hy port u, Digters, aan, om deezen dag te vieren,
 
En groet Des Amorie met zyn verkoorne Bruid;
 
Gy moet hun Bruiloftsfeest met zegenzangen çieren,
 
Dit loflyk trouwverbond steekt ver voor andren uit.
 
Nu juigt de Zangberg om uw lang gewenst vereenen.
 
Het Spaare zag in lang geen blyder Bruiloftsdag.
 
De vreugd vliegt overal, de droefheid is verdweenen,
 
Nu dat Des Amorie zyn Hugaert streelen mag.
 
Ga dan, ô Bruidegom! geniet de schoone leeden,
 
Die gy verkregen hebt, uw kuische min ten loon;
 
De Hemel gunne u t'zame een stille rust en vreden,
 
En na al 't aards geluk het onverganklyk schoon.
 
 
 
W. vander Hoeven.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken