Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Arsenaal. Jaargang 4 (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van Arsenaal. Jaargang 4
Afbeelding van Arsenaal. Jaargang 4Toon afbeelding van titelpagina van Arsenaal. Jaargang 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.16 MB)

Scans (334.34 MB)

ebook (5.49 MB)

XML (0.79 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

verhalen
gedichten / dichtbundel
tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Arsenaal. Jaargang 4

(1948)– [tijdschrift] Arsenaal–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 27]
[p. 27]

Claes Varia

Ter gelegenheid van het verschijnen van:

1.- ‘HET WERK VAN ERNEST CLAES’ door Louis Sourie, Boekuil en Karveeluitgaven - Antwerpen.
2.- ‘ERNEST CLAES’ door Armand Boni, Uitgave Davidsfonds Leuven.

Vlaanderen ontwaakt! Ons land eert zijn groten. Weliswaar stierf August Vermeylen twee jaar geleden en verscheen er, tot op heden, nog geen enkel omvangrijk essay over deze auteur in onze taal, maar wat geeft dat, er is immers tegenwoordig meer vraag in onze boekhandels naar ‘DE WITTE’ dan naar ‘DE WANDELENDE JOOD’ en daarom is het ook veel belangrijker Ernest te loven dan de levenswekker van ‘VAN NU EN STRAKS’. Daarbij Vermeylen kan misschien wel een belangrijk schrijver zijn, hij is en blijft een plat-bij-de-grondse materialist, terwijl Ernest Claes ons in zijn boeken voert tot de toppen van de Christelijke mystiek.

Ziedaar, waarde lezer, zo ben ik goed op weg om in de gratie te komen van de Heer Armand Boni, de auteur van de nieuwe loflitanie van Sinte Claes.

Het werk van het Zichemse genie is feilloos, diep menselijk, de vele kwaliteiten van zijn oeuvre maken ‘zijn verschijning representatief, (bieden) hem de kroon aan van de akademische onsterfelijkheid.’ (blz. 190)

Wij, jongeren, scribenten-van-niemendal, zullen het niet wagen één opmerking te maken op het proza van de ‘geniale artist, de originele kunstenaar, de begenadigde harpenaar’ (blz. 191), want anders krijgen wij de banbliksem van zijn biograaf naar het hoofd. Nietwaar, mijnheer Monteyne, u weet er van mee te spreken?

* * *

Alle gekheid op een stokje. Kijken wij eens heel ernstig naar het boek van Armand Boni.

Wat brengt het ons? Een gemoedelijk praatje over duizend en één dingen die van dicht of van verre met Ernest Claes verband houden.

Het boeit ons bitter weinig, ook al is het heel prettig verteld, want - het dient gezegd - Boni kan vertellen. Zijn heel degelijke jeugdboeken (o.a. De Jonge Edison, waaraan wij veel genoegen beleefden) hebben ons dit reeds vroeger bewezen.

Het boeit ons niet omdat de vele anekdoten te onbelangrijk of te persoonlijk zijn om onze interesse op te wekken.

[pagina 28]
[p. 28]

Het boeit ons niet omdat het voortdurend geschetter van de loftrompet, gedurende 306 blz. a.u.b., ons op de zenuwen werkt.

Wij weten wat Boni ons zal antwoorden: ‘Bewonderen is geheel en gans bewonderen, met een kennis die de dominante legt op het verdienstelijke en bewonderingswaardige, en het kleine als onderdeel plaatst in het geheel’ (blz. 281). De schrijver heeft een grenzeloze bewondering voor het werk van Claes het is zijn volste recht en wij kunnen het best begrijpen, maar denkt hij werkelijk onze literatuur een dienst te bewijzen met het uitgeven van een werk als het zijne? Ziet hij dan niet in dat het te hoog ophemelen van een schrijver geen andere dan slechte invloeden kan hebben én op het publiek én op de besproken schrijver. Even nadenken. Men zal ons vertellen dat, wat de schrijver betreft, iemand op de ouderdom en met de ervaring van Claes zich niet zo gemakkelijk laat meeslepen met het mateloos enthousiasme van een biograaf. Zij die zulks beweren zijn m.i. heel slechte psychologen. En het publiek? Ja dit moeten we indelen in twee groepen. Vooreerst de oordeelkundige lezers. Indien deze oprecht zijn en zich door geen buiten-literaire vooroordelen laten beïnvloeden, zullen ze bij het geklets van Boni alleen maar eventjes glimlachen... Zô schrijft een zestienjarige knaap over een artistieke godheid... Nu weet ik dat men mij zal doen opmerken dat een boek uit de Volksreeks van het Davidsfonds in de eerste plaats bestemd is voor het VOLK, waarmede men bedoeld de ongevormde en niet altijd zeer oordeelkundige lezers. Welnu indien dat waar is noem ik ‘Ernest Claes’ van Armand Boni een misplaatste publicatie. In plaats van de smaak te louteren (wat m.i. het doel van een dergelijk werk moet zijn) brengt het niet veel meer dan vervlakking en barnum-reclame.

* * *

 

Na wat voorafging zal men mij wellicht beschouwen als een verwoed tegenstander van het werk van Ernest Claes. Ik zou mij schamen indien het zo was, zoals ik mij schamen zou indien ik contra gelijk welk werk van gelijk welke auteur was. Men vindt een werk banaal, vervelend, vulgair - mij goed! Maar men is er nooit ‘tegen’, zoiets is alleen goed voor demagogen en die kunnen wij in onze literaire wereld evenzeer missen als overal elders.

Ernest Claes beschouw ik als een auteur, met een buitengewoon vertellerstalent, een knap plastisch vermogen en een warm hart. Dat bewees hij in zijn beste werken. Ik noem hier zijn oorlogsverhalen, Herman Coene, Jeugd, Herodes en De oude klok. Ook elders komen zijn kwaliteiten naar voor, maar te dik-

[pagina 29]
[p. 29]

wijls wordt het een oppervlakkig geschrijf zonder ziel, zonder geest.

Te gemakkelijk en - helaas - te dikwijls jaagt hij op goedkoop succes, herschrijft hij een voorgaand boek om zijn lezers genoegen te doen.

Dat gezegd zijnde meen ik te mogen overgaan naar het tweede boek dat over Claes verscheen nl. ‘Het Werk van Ernest Claes’ door Louis Sourie.

* * *

Sourie is niet blind voor de fouten van de door hem behandelde auteur. In zijn inleiding schreef hij o.a. ‘De gemeenzaamheid, het speelse contact met de gemeenschap - ook al heeft Claes het helemaal anders voor - verwateren vlug tot een nonchalante groet waardoor een verkeerd effect bereikt wordt - alvast in de literatuur!’

Er is moed nodig om zo iets te durven schrijven alvast in Vlaanderen.

Dat neemt niet weg dat L.S. grote bewondering heeft voor het werk van de schrijver van DE WITTE. Soms dweept ook hij wel eens en plaatst hij een werk - waarop hij een heleboel aanmerkingen maakte - tenslotte toch op een voetstuk. Maar laten wij eerlijk zijn: dwepen ook wij soms niet met één of ander auteur? Trouwens de volstrekt objectieve critiek is een absurditeit. Al geloof ik dat men bij het bespreken van een kunstwerk wei eens afstand moet doen van zijn eigen voorkeur, toch moet men deze ook niet volledig uitschakelen. Ook hier is de zin voor verhouding een schone eigenschap.

Slaagt hij er niet overal in, toch weet Sourie op meer dan één plaats de juiste maat te vinden en dan presteert hij waardevol. Dat getuigen o.a. de passages waarin hij de ware gedaante van Claes ontdekt in de gemoedelijke ironist (zoals die bv. spreekt uit ‘Bei uns in Deutschland’ en ‘Clementine’) en niet in de moppentapper uit de werken waarmede hij het meest succes oogst.

Paul Berkenman


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Het werk van Ernest Claes

  • over Ernest Claes: een blik op zijn leven en levenswerk


auteurs

  • Paul Berkenman