Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 2 (1869-1870)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 2
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (28.22 MB)

Scans (1589.07 MB)

ebook (27.84 MB)

XML (2.74 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 2

(1869-1870)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Danton.
(Slot.)

Onder den indruk der Septembermoorden hadden nieuwe verkiezingen plaats en Parijs zond de fine fleur der Jacobijnen naar de Conventie, die de plaats ingenomen had der Wetgevende Vergadering. Daar hij kiezen moest tusschen den ministeriëelen zetel en dien in de Conventie, waarvoor hij verkozen was, gaf Danton even als vroeger Mirabeau de voorkeur aan den laatsten en verliet het ministerie, zonder eenige verantwoording af te leggen van de uitgaven, die hij gedurende zijn bewind gedaan had.

Het vijandelijk leger, dat gedurig weer dreigde, bracht de revolutionairen in een weinig benijdingswaardigen toestand; immers zij hadden alles te vreezen van den vijand, zoo het hem gelukte Frankrijk binnen te dringen, en van het gepeupel tevens, dat geen vreemdeling op den franschen grond duldde. Om de aandacht des volks van het naderend gevaar af te leiden, bracht Danton de zaak des konings ter tafel en eischte op hoogen toon dat Lodewijk XVI zou gevonnisd worden. De meer gematigde partij, die der Girondijnen, trachtte het leven des konings te redden door de zaak uit te stellen, doch Danton liet zich niet terughouden en zond het gepeupel naar de Conventie met den eisch dat zij zich onmiddellijk met het proces van den ongelukkigen vorst zou bezig houden. Dit werkte; de Conventie, voor een groot deel uit woedende Jacobijnen bestaande, gaf aan het verlangen des volks toe en daagde den koning voor hare vierschaar.

Het proces leverde vele moeilijkheden op, dewijl men geen redelijken grond kon vinden om den koning ter dood te veroordeelen, doch Danton bracht voortdurend de zwaarste, dikwijls ook de ongerijmdste beschuldigingen op het tapijt en werkte door vreesaanjaging op hen, die voor het leven des konings in de bres wilden springen. Toen er gestemd zou worden, stelde Lanjuinais voor dat de veroordeeling alleen dan geldig zijn zou, als zij door ⅔ der leden uitgesproken was, doch hiervan wilde Danton niets weten. Hij beklom de tribune en schreeuwde met zijne vervaarlijke stem de Conventie toe: ‘Men beweert dat deze kwestie zoo gewichtig is dat de gewone vormen eener beraadslagende vergadering niet voldoende zijn om haar te beslissen. Ik vraag waarom wij over het lot van eenen persoon, een samenzweerder, op plechtiger wijze uitspraak moeten doen, terwijl men slechts door de gewone meerderheid over het lot eener geheele natie uitspraak gedaan heeft, en men niet eens aan zoo iets gedacht heeft toen er sprake was van de afschaffing van het koningschap. Als volksvertegenwoordigers spreken wij het vonnis uit volgens het recht der souvereiniteit. Ik vraag of gij niet met volstrekte meerderheid over de republiek, den oorlog gestemd hebt? Hebben de medeplichtigen van Lodewijk XVI niet onmiddellijk hun vonnis ondergaan, zonder beroep op het volk? Verdient hij dan, die de ziel is van het complot, eene uitzondering?’

Danton stemde voor den dood des konings zonder uitstel, zonder beroep op het volk.

De wreedaard hoopte zich nu op de puinhoopen van het koningschap een troon op te richten, maar de gebeurtenissen lieten hem daar den tijd niet toe. In Parijs, ja in geheel Frankrijk had men het schouwspel eene volkomene anarchie; Dumouriez was naar de Oostenrijkers overgeloopen en eene coalitie van 400,000 man stond op de grenzen. Danton eischte eene lichting van 300,000 man om het land tegen den voortrukkenden vijand te beschermen en tegelijk de oprichting eener buitengewone crimineele rechtbank, om alle ‘samenzweerders’ op de spoedigste wijze onschadelijk te maken; hiermede nog niet te vreden stelde hij een comité van algemeenen opstand in, hetwelk hem helpen moest de partij der Girondijnen in de Conventie ten onder te brengen. Deze begrepen het gevaar, dat hun boven het hoofd hing; om dit voor te komen, traden zij openlijk tegen Danton op en beschuldigden hem van geheime verstandhouding met Dumouriez, ‘die het vaderland verraden had.’ Op dit gebied ontweek Danton den strijd; zijn kwaad geweten zeide hem dat hij dien niet kon aanvaarden, maar de kwestie op een ander terrein brengende, beschuldigde hij de Girondijnen, die te zwak waren geweest om de rechten des volks tegen den koninklijken samenzweerder te verdedigen, van medeplichtigheid aan al de plannen, die tegen het vaderland gesmeed werden. De Girondijnen waren niet bestand tegen deze wijze van discussieeren van den woedenden republikein en legden het hoofd in den schoot.

Na den val der Girondijnen trok Danton zich weder terug, maar na

[pagina 411]
[p. 411]

alvorens het schrikbewind mede te hebben gevormd, dat gedurende 14 maanden den franschen grond met het edelst burgerbloed drenkte. Hij was er echter geen lid van geworden, had onbegrijpelijk genoeg alle macht uit de handen gegeven en daardoor zijn eigen ondergang bewerkt. Want Robespierre begon nu alom Dantons invloed te bestrijden; hij bracht de Jacobijnen en de leden der verschillende comité's geheel op zijne hand en liet door zijne vrienden herhaalde malen Danton in de Conventie aanvallen, waarop hij hem zwak verdedigde. Deze toonde zich te trotsch om zijne vijanden te bestrijden; hij kwam in het begin van 1794 te Parijs terug, maar hield zich geheel van het tooneel der gebeurtenissen verwijderd: Sommigen schreven zijne houding toe aan staatkunde, anderen aan moedeloosheid. Maar Robespierre zorgde er voor dat hij alom in verdenking werd gebracht. ‘Het September-bloed’, zegt de Lamartine, ‘dat nog aan zijne handen kleefde, maakte het niet waarschijnlijk, dat hij tot meer gematigde gevoelens was gekomen. Men zag in zijne gemaakte zachtmoedigheid meer berekening dan gevoel.’

Men waarschuwde Danton en vestigde zijne aandacht op de plannen, die gesmeed werden, maar te vergeefs. ‘Robespierre zal u verpletteren, als gij hem niet voorkomt,’ zeide men hem. ‘Hij durft niet,’ was het eenige antwoord van den trotschen demagoog.

En hij stond op den rand van den afgrond. Hij had geen anderen steun meer dan de Cordeliers, maar Robespierre met de Jacobijnen, die de Conventïe en het gepeupel beheerschten, tegen zich. Zijne oogen gingen zelfs nog niet open, toen Robespierre tot dictator verheven werd en deze op den 28 Maart de hoofden der Cordeliers gevangen deed nemen, die, naar zij beschuldigd werden, de republiek in het grootste gevaar hadden gebracht. Het bloed der Cordeliers vloeide, en Danton herhaalde trotsch ‘hij durft niet.’

Maar Robespierre, ziende dat Dantons macht gebroken was, toonde nu wèl te durven. Op den 31 Maart bracht Saint-Just in het comité van salut public de vreeselijkste beschuldigingen tegen Danton in. Hij had zich verrijkt met de schatten des lands, zich gewikkeld in de kuiperijen van het hof, met de Girondijnen geheuld en zelfs plannen gesmeed tot vernietiging der republiek. Zijne werkeloosheid was geveinsd, eerlang zou men hem zien opstaan om het herboren Frankrijk in kluisters te slaan.

Aller oogen waren op Robespierre gericht, maar deze zweeg. Geen spier zijns gelaats bewoog zich. Dat was voor het comité genoeg, en het teekende het besluit tot Dantons gevangenneming.

Als door den donder getroffen, toen hem het besluit overgebracht werd, kon hij geen andere woorden uitbrengen dan: ‘zij durven dus!’ Hij nam afscheid van zijne vrouw, en toonde daarbij grootere teederheid dan men van zulk een bloeddorstig mensch had kunnen verwachten. Daarna gaf hij zich over aan de gerechtsdienaars, die hem naar de rechtbank voerden, welke hij zelf had ingesteld.

‘Het vonnis, dat Danton, Desmoulins, d'Eglantine, de Séchelles, Chabot, Westermann en andere minder bekende personen tot de guillotine verwees,’ zegt een schrijver uit dien tijd, ‘werd op den 16 Germinal (5 April) 1794 ten 11 ure des morgens uitgesproken. Danton was niet tegenwoordig. De menigte verwijderde zich zwijgend en de veroordeelden verlieten met vasten stap hunne banken en wachtten in eene zaal van de conciergerie het oogenblik af, waarop zij naar het schavot zouden gevoerd worden.

‘Aan het schavot gekomen, wilde Herault de Séchelles Danton omhelzen, hetgeen de beul echter belette, waarvoor hij door Danton met smaadwoorden overladen werd. Deze beklom met vasten stap het schavot; nog las men op zijn voorhoofd de trotschheid, waarmede hij gewoon was tot de Conventie of de volksmenigte te spreken. Hij wilde vallen, zooals het de rol eischte, die hij gespeeld had. Toen hij echter bij het vreeselijke valmes gekomen was, kwam hem het denkbeeld voor den geest, dat hij ging scheiden van alles wat hem dierbaar was, en dit ontlokte hem de klacht, die hij snikkende uitsprak: ‘O mijne geliefde echtgenoot, mijne dierbare kinderen, ik zal u niet meer wederzien!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken