Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 7 (1874-1875)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 7
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 7Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 7

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (26.18 MB)

Scans (1195.24 MB)

ebook (27.07 MB)

XML (2.04 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 7

(1874-1875)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 193]
[p. 193]

[Nummer 25]



illustratie
UIT EEN ROMAN DER 13e EEUW.


Uit een roman der 13e eeuw.

De roman, welke in onze dagen eene zoo ruime plaats in onze letterkunde bekleedt, is geen voortbrengsel van onzen tijd; reeds in de middeleeuwen was het ingebeeld verhaal de verlustiging der edelvrouwen, en wie ten dezen opzichte vollediger wil ingelicht zijn, neme Constant Serrure's letterkundige geschiedenis van Vlaanderen (XIIe, XIIIe en XIVe eeuw) bij de hand.

Het eerste onzer tafereelen is uit een der romans uit de 13e eeuw ontleend en, voorwaar! het is een treffend onderwerp, en kenmerkt eene dichterlijke verbeelding bij den schrijver.

De titel van dezen ridderroman is Lancelot du Lac en zou Chrétien de Troyes, een Belg, uit het Henegauwsche geboren, tot schrijver hebben.

Lancelot, de held des verbaals, ontvlucht de booze kuiperijen van de echtgenoote van den koning der Bretanjers, en vat liefde op voor de dochter des konings Perles, welke hij op een prachtig feest, den ridderen van de Ronde Tafel aangeboden, ontmoet had. Het arme kind

[pagina 194]
[p. 194]

beminde ook den jongeling; doch de booze koningin der Bretanjers bracht hem aan hare voeten terug en Lancelot werd ontrouw, al had het edele meisje hem dan ook eens het leven gered, door het verbinden zijner wonden.

De arme verstootene kwijnde weg van smart en stierf ten laatste. Alvorens te sterven, had zij aan hem, die haar verlaten had, een treffenden brief van vergiffenis geschreven en drukte tevens den wensch uit, dat zij in hetzelfde klooster, waar hare moeder reeds rustte, mocht begraven worden.

Om aan dien laatsten wensch te voldoen, werd het lijk der jonge maagd op eene baar, met zwart fluweel overdekt, gelegd en deze baar in eene boot, met bloemslingers versierd, neêrgezet. Het toezicht over die drijvende doodkist werd aan eene stomme dienstbode der edele familie toevertrouwd.

Die boot daalde de rivier af en moest het kasteel voorbij drijven, waar de meineedige met de koningin der Bretanjers verbleef. Treffend kontrast! voor den dorpel ran het geopend venster stonden beiden en koutten en lachten - en dit terwijl de boot, met de doode beladen, den stroom afzakte

Later, na vele gebeurtenissen, en zelfs vrij geworden zijnde om zich met elkander in den echt te begeven, gaven Lancelot en de koningin hieraan echter niet toe. De wroeging was daar en de twee misdadigen verlieten elkander en gingen boete doen in het kloosterleven.

Beken met ons, dat er in dit verhaal eene rijke bron van stof voorhanden is. Dat kwijnend meisje, hetwelk stervend vergiffenis geeft, aan hem die haar doodt, duidt den verhevensten Christenzin aan. Het slot van den roman zelf ademt den reinen Christengeest.

Naast die fijngeestige episode, bevat het werk van Chrétien de Troyes, een aantal ridderlijke feiten, en vooral de degenstooten ontbreken er niet in. In alle geval, de stof zou, door een onzer hedendaagsche novellisten behandeld, nog boeien, evenals zij de aandacht der schoone kasteelvrouwen in de 13e eeuw boeide.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken