Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 11 (1878-1879)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 11
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 11Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (29.23 MB)

Scans (1427.77 MB)

ebook (28.28 MB)

XML (3.02 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 11

(1878-1879)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Het kleine in de natuur.
(Vervolg en slot.)

De vermeerdering dezer plantjes geschiedt met zoo buitengewone snelheid, dat men ze letterlijk kan zien groeien en zich ontwikkelen. Hier volgt de oogst bijna onmiddellijk op den zaaitijd. Pasteur deed een nauwelijks zichtbaar scheutje biergist in zuiver water, waarin hij kandijsuiker, amoniac en zwavelzure zouten had opgelost, en zeer spoedig raakte de suiker aan 't gisten, d.w.z. de plantjes begonnen te groeien en zich te vermenigvuldigen, terwijl zij koolzuur uit de suiker, stikstof uit de amoniac en mineraalstof uit de posphor trokken.

Indien men weet dat een enkele kubieke decimeter meer dan 1150 millioen dezer plantjes bevat, dan kan men berekenen hoeveel er in eenige uren in een vat gistend bier gekweekt worden. Voor de ontzaglijke hoeveelheid welke men tot uitkomst zal krijgen, moet echter het menschelijk verstand evenzeer stilstaan als voor den omvang van het hemelruim.

Indien men ziet dat deze Lilliputters der schepping ons brood, onzen wijn en ons bier helpen bereiden, en nog in vele andere dagelijksche werkzaamheden rechtstreeks betrokken zijn, kan het geen verwondering baren dat menigeen aan de studie van hun geheimzinnig en verborgen leven zijn tijd en zijne krachten gewijd heeft.

Niet minder belangrijk is het na te gaan welke rol het onzichtbaar kleine in den onmeetlijken Oceaan speelt en van hoeveel invloed zij zijn op het gestel van den mensch.

Zekere J. Reinhold, de reisgenoot van den beroemden Cook, ontdekte 't eerst dat de verschillende eilanden in de Zuidzee aan de snelle vermeerdering der koralen hun ontstaan te danken hebben. Met het bloote oog bijna niet zichtbare polypen bouwden hier gevaarlijke riffen, en werden daardoor de schrik der zeevaarders. De koralen vormden ondiepten en klippen, en met eene even verontrustende als verwonderlijke snelheid veranderden zij den bodem der zee, en bouwden zij eilanden midden in den Oceaan. Het was alsof op deze koloniën der nietige diertjes een toren van Babel moest verrijzen, die wel niet tot aan den hemel zou reiken, maar toch ver boven de oppervlakte der omliggende zee zou uitsteken.

Een ander merkwaardig verschijnsel is het lichten der zee. In sommige zomernachten ziet men over de golven langs de kust vurige kronkels loopen, die aan den voet der duinen ophouden en waaruit bij elken slag der baren vonken schieten; zelfs het vochtige zand op den oever glimt onder de voeten van den wandelaar en midden in de zee schitteren met hellen gloed eene menigte van vuurliniën.

Wat is de oorzaak van dit vreemd verschijnsel? Een klein rond diertje ter grootte van een speldeknop, doorschijnend als kristal en bedekt met een soort uitslag welke door de natuuronderzoekers ‘mammaria’ of ‘noctiluca’ genoemd wordt. Door hun buitengewone talrijkheid verspreiden deze diertjes een zoo fellen glans dat de oppervlakte der zee een gestemd firmament gelijk is.

Bij deze oneindig kleine dieren en planten is de snelheid waarmede zij zich vermenigvuldigen niet minder opmerkenswaardig dan hunne kleinheid. Wij willen slechts één voorbeeld aanhalen. De vroeger genoemde Ehrenberg heeft berekend dat er uit een enkel plantje in vier en twintig uur een millioen en in vier dagen 140 billioen voortkomen. Een kubieke centimeter tripelsteen bevat 41 millioen diertjes (gallionella distans) en dezelfde ruimte wordt ingenomen door een billioen zevenhonderd en vijftig millioen gallionella ferruginea. Welnu, er zijn tripellagen van 40 voet breedte en meer. Wie veel van rekenen houdt, kan hier zijn hart ophalen.

Bovendien zijn er nog andere lagen, die bijna uitsluitend door dergelijke infusie-diertjes gevormd worden. In 1837 ontdekte professor Regius in Stockholm den waren aard van het bergmeel waarmede de Laplanders zich voeden wanneer de oogst mislukt is. Het bestaat bijna uit niets anders dan uit overblijfselen van infusarii. De bloedregen, het meteoor-papier, dat van den hemel neêrvalt, de groene en roode kleur welke het water in poelen en moerassen soms heeft - ziedaar alle verschijnselen die eveneens door zulke microscopische diertjes worden te weeg gebracht.

Den 26en januari 1845 deed men in de nabijheid van Dover, op de zuidkust van Engeland, door middel van 140 centenaars kruit, dat door een electrische vonk werd ontstoken, een kalkrots van twintig millioen centenaars springen om den weg voor de ijzerbaan te openen. Tegen welken vijand werd wel die geduchte batterij gericht? Tegen een zoo zwakken dat men met een enkelen vingerdruk duizenden van zijn geslacht vernietigen kan. De kalkrotsen worden namelijk gevormd door infusie-diertjes.

[pagina 51]
[p. 51]

Zijn het wezenlijk de grooten der aarde die de gebeurtenissen bepalen welke den toestand van wereld en menschdom beheerschen? In de natuur valt die taak aan het kleine ten deel, en in de wereldgeschiedenis schijnt het niet anders te zijn. Wij deelen deze meening met den grooten duitschen historieschrijver Joannes von Müller. De mensch bestrijdt en zegeviert over leeuwen en tiegers; hij bevrijdt de aarde van wolven en andere schadelijke dieren; hij doodt zelfs den olifant en den rhenoceros - maar hij is machteloos tegenover de microscopische diertjes welke de lucht en het water vervullen, die zelfs in zijn eigen organen komen en van daar de huid, de spieren, den geest of het hart aantasten. De mensch herbergt dikwijls in zijn lichaam, zonder het te willen of te weten, insecten en wormen, waarvoor de machtigsten en rijksten der aarde evenmin gevrijwaard zijn als het kind van den armsten bedelaar.

Laten wij derhalve het microscopisch kleine niet gering schatten, maar scheuken wij het ernstig onze aandacht, die het zoo wel verdient als het ongemeen groote. Bij elken stap ontmoeten wij hier de vlieg uit de fabel, die zegevierend uit den strijd met den leeuw te voorschijn trad. Lafontaine was het dus niet ontgaan van hoeveel beteekenis het kleine in de natuur is. De wetenschap heeft er veel toe bijgedragen om de ontwikkeling van nuttige dieren te bevorderen en die van schadelijke te beperken; intusschen vermag zij niets tegen vele microscopische diertjes die tot nadeel strekken.

Om niet van besmettelijke ziekten te spreken, hoe vele kwalen worden niet door hen veroorzaakt! Zij, die nietige beestjes, welke om hunne kleinheid nauwelijks een naam dragen, zij hebben het in hunne macht om geheele velden, geheele gewesten te verwoesten, ja zelfs het bestaan der volkeren in gevaar te brengen. Wij herhalen het dus: men achte het kleine niet gering!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken