Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 13 (1880-1881)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 13
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 13Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (38.24 MB)

Scans (1396.84 MB)

ebook (31.83 MB)

XML (3.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 13

(1880-1881)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Nuttige wenken en opmerkingen over land- en tuinbouw.

Bloementeelt.

Een praatje over Seringen. II. In mijn eerste stukje over seringen zegde ik, dat ik niet geloofde dat er een sierheester meer algemeen in ons land verspreid voorkomt dan de seringenstruik. En inderdaad: wij zien die struiken zoowel in de parken der rijken als in de kleine hovingen der armen; zij sieren zoowel de prachtigste buitenplaatsen als de schamelste hutten en zijn evenzeer de gunstelingen van de kinderen der grooten als de lievelingen van het kind des volks. De oorzaak dier algemeene verspreiding, de reden der genegenheid, welke men den seringenstruik toedraagt, is waarschijnlijk gelegen in den aangenamen geur, die hare bloemtrossen uitwasemen, gevoegd bij het bevallige voorkomen, dat bloeiende seringenstruiken bezitten. Schitterende kleuren zoekt men bij die bloementrossen tevergeefs; lansvormig van gedaante, is hare kleur bij den gewonen seringenstruik, syringa vulgaris, steeds paars met lichtere of donkere tinten. Er bestaan echter thans van den gewonen seringenstruik een groot aantal verscheidenheden, welker bloemtrossen met verschillende kleuren bloeien. Zelfs zijn er, die tot de zoogenaamde ‘bonte planten’ kunnen gerekend worden, wijl hunne blaêren, die bij de gewone seringen donkergroen zijn, geel of witbont zijn gekleurd. Het zou mij te ver voeren, zoo ik al de verschillende variëteiten der seringen wilde opneemen, welke tegenwoordig in den handel voorkomen. Daarom volgen er hier slechts vier, welke nogal verschil met de gewone syringa vulgaris opleveren. Het zijn de volgende:

Syringa vulgaris, Dr. Lindley. Deze bezit groote en roode bloemtrossen.

Syringa vulgaris, alba. Draagt groote en witte trossen.

Syringa vulgaris, L. van Houtte. Maakt zware tuilen, welke violetkleurig zijn.

Syringa vulgaris, Hyacinthi flora plena. Deze draagt ook groote trossen, terwijl de afzonderlijke bloempjes gevuld cf, zoo als men gewoonlijk zegt, ‘dubbel’ zijn.

De seringenstruiken nemen alle gronden voor lief, doch gelukken liet best op die plaatsen, waar zij weinig last van water hebben en waar de bodem een overvloed van voedende stoffen aanbiedt. Op plaatsen geplant, waar het water te lang blijft staan vóór het doorzakt, sterven de struiken niet zelden geheel weg, terwijl in eenen schralen bodem de bloemrijkheid veel te wenschen overlaat. Hoe vrijer ze groeien kunnen, des te beter bloeien ze. Gaarne staan ze op eene opene plek, waar zij zich naar alle zijden kunnen ontwikkelen. Daarom voldoen zij ook het beste, als zij in groot getal op groote vakken bij elkander staan. Zij zijn niet gaarne gesnoeid en geven dit duidelijk door vermindering van bloemtrossen te kennen. Moet men om de eene of andere reden noodzakelijk snoeien, dan moet men dit doen in de maand juni, als de bloei is afgeloopen.

Seringen laten zich op verschillende manieren vermenigvuldigen. Men kan ze zaaien en afleggen en hare wortelscheuten tot struiken opkweeken. De verscheidenheden worden voortgeplant door schildgriffeling of oculeering op struiken van de gewone seringen, den ‘kruidnagelstruik’ dezer Streken,

[pagina 320]
[p. 320]

Groenteteelt.

Geen planten koopen, maar zaad! I. Het is inderdaad opmerkelijk en het trok dan ook herhaaldelijk mijne aandacht hoe groot het aantal van hen is, die voor eigen gebruik en voor eigen liefhebberij groenten verbouwen en toch er niet toe over schijnen te kunnen gaan om zelf uit zaad groenteplanten te leeren winnen. Slaa, andijvie, prei, koolsoorten, enz. worden door de meeste liefhebbers niet gezaaid, maar als planten bij hoveniers of, wat de zaak nog erger maakt, op markten gekocht. Ik heb mij zelven dikwijls afgevraagd wat toch wel de oorzaak van dit zonderlinge verschijnsel zou zijn, maar vond er tot heden geene voldoende verklaring van. Toch geloof ik dat denkelijk, zooal niet de hoofdoorzaak, dan toch stellig een der voornaamste bijoorzaken moet gelegen zijn in ongewoonte en sleurgang, de beide hevigste tegenstanders van vooruitgang op het gebied van land- en tuinbouw. Men zaait eenvoudig zijne groenteplanten maar niet; men is dit niet gewoon, men heeft altijd maar planten gekocht. Zóó redeneert men en handelt er naar. Vraagt men naar het waarom, de sleurgangers zullen u het antwoord schuldig blijven of u met dwaze reden trachten te overtuigen, dat groenteplanten koopen veel beter is dan groenteplanten zaaien, en dat hunne gewoonte de gewoonte van alle groentetelers zijn moest. Beproef het maar niet, waarde lezer, aan die sleurgangers den raad te geven om eens zaad van de eene of andere groente te koopen, dat zaad te zaaien en de planten, die er uit ontstaan, te plaatsen naast gekochte planten van dezelfde groentesoort, om te vergelijken of de eigen geteelde planten het van de gekochte winnen of niet. Doe het maar niet, zeg ik u: de sleurgangers zullen uwen welmeenenden raad toch niet opvolgen of, wat nog erger is, hem wel opvolgen maar zóó, dat later blijkt dat zij gelijk hadden, toen zij hunne planten maar kochten. Slechts weinigen zullen eerlijk zijn en u bekennen, dat gij gelijk hadt, toen gij hun den raad gaaft groenteplanten zelt uit zaad te kweeken. Zoo is de mensch nu eenmaal: het valt hem zwaar een geliefkoosd denkbeeld te moeten opgeven en te moeten bekennen, dat hij op den verkeerden weg liep. In dit opzicht, waarde lezer, zijn alle menschen eenigszins sleurgangers, gij zoowel als ik en niemand onzer zal wel eens of meermalen gevoeld hebben, hoeveel leed t hem veroorzaakte, als hij eene oude gewoonte moest opofferen, eene oude meening, die hij voor waar hield, als lengen hoorde betitelen of eene lang met eenige liefde gekoesterde gedachte plotseling zag verdwijnen.



illustratie
annaberg in opper-sllezië.
1 kloosterkerk;- 2. raphael skapel; - 3. kapel der zes roemrijke geheimen van maria; - 4. kapel der vijf roemrijkegeheimen van maria; - 5. kapel van het afscheid van jesus van zijne apostelen; - 6. kapel der vier roemrijke geheimen van maria; - 7. kapel der drie roemrijke geheimen van maria; - 8 kapel der twee roemrijke geheimen van maria: - 9. kerk van het graf en de hemelvaait van maria; - 10 getsemane; - 11. kapel der gevangenneming van jesus; -12. kapel der zes droevige geheimen van maria; - 14. brug over den cedron met kapel; - 14 de oosterpoort te jerusalem; 15. kapel der vier droevige gehe men van maria; - 16. kapel der drie droevige gehein en van maria; - 17. kapel d. r twee droevige geheimen van maria; - 18. kapel van het huisje van maria; - 19 de avondmaalzaal; - 20. huis des hoogpriesters nnas; - 21. huis des hoogepriesters caïphas; - 22. kapel ‘zur heiligen süege;’ - 23. het paleis van pilatus; - 24. kapel: jesus neemt het kruis op zijne schouders; - 25, jesus valt voor de eerste maal onder het kruis; - 26. jesus ontmoet zijne 11. moeder; - 27. simon van cyrenc helpt jesus het kruis dragen;- 28 kapel der h veronica, die jesus den zweetdoek geeft; - 29. paleis van herodes; - 30. je us valt ten tweeden male; - 31. kapel: de weenende vrouwen van jerusalem; - 32. jesus valt ten derden male; - 33. kapel:jesus wordt van zijne kleederen beroofd; - 34. kapel der h. helena, kruisvinding; - 35. kapel der zalving van jesus; - 36. kerk der kruisiging van jesus; - 37. kapel van het h. graf; - 38. magdalenakapel; - geheimen van maria zijn nog de nommers: 1, 3, 4, 6, 7, 8, 9, 2, 12, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 26, 30, 32, 33, 36, 37.


Ik wil in een volgend artikel trachten aan te toonen dat de sleurgang - hij moge dan al of niet de hoofdoorzaak er van zijn, dat velen nog steeds groenteplanten koopen en zaaien - veel nadeel doet aan de groenteteelt voor eigen gebruik. Ik hoop, zoo er onder de lezers mijner stukjes zijn, die tot heden ook altijd groenteplanten kochten, die lezers over tuigend te bewijzen, dat het verreweg de voor keur verdient groentezaden te koopen en dan planten te kweeken op eigen bodem.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken