Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 13 (1880-1881)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 13
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 13Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (38.24 MB)

Scans (1396.84 MB)

ebook (31.83 MB)

XML (3.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 13

(1880-1881)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

De oranjegewassen.
(Vervolg en slot.)

Prins Maximiliaan van Wied-Neuwied spreekt zelfs van eene wilde oranjesoort in Brazilië, die daar onder den naam van laranja da ferra bekend is, maar in smaak ver bij de gecultiveerde verscheidenheden ten achter staat. Men merke echter wel op, dat al de citrus-soorten zonder onderscheid in de oude wereld haar vaderland hebben, en dat dus deze braziliaansche sinaasappel slechts eene verwilderde soort is.

De overleden duitsche professor Grisebach vestigt er in zijn groot plantkundig werk de aandacht op, dat op verscheidene West-Indische eilanden en vooral op Cuba reeds vòòr de komst der Europeanen dichte bosschen van verwilderde oranjeappels gevonden werden, waaruit hij eene voorhistorische verbinding tusschen Amerika en Azië opmaakt.

Als eene bijzondere sinaasappelsoort met zeer kleine vrucht moet hier de bijzonder kostbare mandarijnappel genoemd worden, die uit Cochinchina afkomstig is en in zuidelijk Europa veel aangekweekt wordt. Jammer maar, dat hij door zijne dunne schil slecht voor de verzending geschikt is, gelijk overigens alle sinaasappels onrijp verpakt moeten worden, om de min of meer lange reis naar de noordelijke havens veilig te kunnen doorstaan. Welk onderscheid echter daardoor in de zoetigheid en den geur der vrucht veroorzaakt wordt, kan alleen hij getuigen, die ze in het zuiden in volle rijpheid van den boom heeft kunnen plukken.

Als een wonderboom mag de bizarria-oranjeboom van Florence, die reeds menigen geleerde veel hoofdbreken gekost heeft, hier niet vergeten worden. Deze boom brengt namelijk tegelijkertijd blaêren, bloemen en vruchten voort, waarvan sommigen oranjeappels en anderen citroenen zijn, terwijl weder anderen uit eene samenstelling dezer beide vruchtsoorten bestaan, die òf van binnen ten nauwste verbonden, òf op verschillende manieren van elkander gescheiden, toch altijd slechts ééne vrucht vormen. Jonge planten, die door middel van stekken van den moederboom gewonnen worden, hebben de zelfde merkwaardige eigenschappen. De zoogenaamde trifaciale-sinaasappel van Alexandrië en Smyrna heeft in zijne algemeene eigenschappen veel overeenkomst met den bizarria-oranjeappel van Florence, doch onderscheidt zich daarvan door de omstandigheid, dat hier de sinaasappel en de citroen, hetzij afzonderlijk, hetzij in ééne vrucht samengegroeid, aan den zelfden boom voorkomen.

De levenskracht en groote productiviteit der bittere en zoete oranjeboomen zijn als het ware spreekwoordelijk geworden. In het klooster Sta Sabina te Rome vindt men een oranjeboom, die op een leeftijd van over de 600 jaren kan roemen. De grand Bourbon in de oranjerie van Versailles had bij zijn afsterven, dat voor eenige jaren plaats vond, den eerbiedwaardigen ouderdom van 464 jaren bereikt. In de koninklijke hovingen van Sanssouci vindt men insgelijks dergelijke veteranen, die onder de namen van den Grooten Keurvorst, Frederik den Groote enz. bekend zijn. De prachtige oude stammen in de oranjerie te Dresden werden in het jaar 1732 regelrecht uit Algiers ingevoerd.

De natuurvorschers Hebenstreit en Ludwig hadden namelijk pas gevelde oranjestammen als ballast op hunne schepen medegenomen, om ze koning August II als schoon draaiershout te vereeren. Te Dresden aangekomen, toonden zij echter nog zoo veel levenskracht, dat men ze door eene behoorlijke warmte en voldoende vochtigheid tot het uitschieten van nieuwe wortels en takken bracht. Nu zij eenmaal tot nieuwen groei aangespoord waren, viel het niet moeilijk ze tot een krachtigen wasdom te brengen, en nog nu strekken zij de oranjerie van den koning van Saksen tot het grootste sieraad. Als het non plus ultra van vruchtbaarheid kan echter wel de sinaasappelboom op het eiland San Miguel aangemerkt worden, die jaar in jaar uit omstreeks 20.000 welsmakende vruchten voortbrengt.

Eer wij tot eenige bijzondere belangrijke statistieken overgaan, die de beteekenis der sinaasappels, citroenen enz. als handelsartikel kenmerken, willen wij er nog ter loops op wijzen, dat de gouden vruchten der Hesperiden, die volgens de mythe door Hercules naar Griekenland overgebracht zijn. niet, zoo als langen tijd ten onrechte geloofd is, oranjeappels, maar naar alle waarschijnlijkheid kweeën geweest zijn. Het beroemde bas-relief in den hof van Medicis te Rome, dat Hercules op een steen zittend en met den rug tegen een boom geleund voorstelt, bewijst ten duidelijkste, dat die boom geen oranje-, maar een kweeënboom geweest moet zijn.

Engeland staat ten opzichte van het verbruik van oranjeappels onder alle volken van Europa bovenaan; want men berekent den jaarlijkschen invoer op een millioen bushels, die elk 650 vruchten bevatten. Zoo verkrijgen wij het ongeloofelijk aantal van 650 millioen oranje- of sinaasappels, - want deze worden hier bedoeld - voor een land met eene bevolking van 18 millioen menschen. In geen enkel land koopt men echter de sinaasappels zoo goedkoop als in Engeland, en vooral in Londen, waar men ze zelfs voor geringer prijs bekomt dan te Lissabon, ofschoon trouwens minder van qualiteit.

De engelsche markt wordt in het bijzonder van uit de Azoren voorzien. Het eiland San Miguel alleen voert jaarlijks 200.000 kisten uit van 200 vruchten elk, waarvan de meeste naar Engeland gaan. Portugals jaarlijksche uitvoer

[pagina 335]
[p. 335]

van oranjeappels en citroenen beloopt ongeveer 170.000 kisten van 1000 vruchten. In gunstige jaren worden tusschen de 40 en 50 millioen oranjeappels en citroenen van Griekenland uitgevoerd, die haar weg naar Constantinopel en naar verscheidene plaatsen van Klein-Azië nemen. De oranjebosschen op Malorca in het bekoorlijke Puerto de Soller strekken zich mijlen ver over dit klein eiland uit en leveren jaarlijks 50 millioen dezer vruchten. De jaarlijksche uitvoer van Zuid-Italië en Sicilië wordt op 200.000 fr. geschat. Zelfs in landen buiten Europa is de handel in oranjeappels een aanzienlijke tak van bestaan geworden. Zoo worden in Blidah (Algiers) in november en december 400 arbeiders door den oranjeoogst, die 80 à 90.000 kisten oplevert, bezig gehouden. In Nieuw Zuid-Wales werden spoedig na de vestiging der kolonie de eerste oranjeboomen ingevoerd, en thans wordt reeds eene winst van 100.000 pond sterling uit deze teelt verkregen. Inderdaad, er is geen andere boomvrucht ter wereld, die in zoo vele voortreffelijke eigenschappen de noranjeboom ook maar in de verte nabij komt.

Jammer maar, dat hunne teelt zekere warmteverhoudingen vereischt, die ons nooidelijk klimaat hun niet kan aanbieden. In vele vorstelijke en particuliere hovingen echter vindt men dikwijls heerlijke verzamelingen dezer prachtige boomen, in de zoogenaamde oranjerieën bijeengebracht, die gedurende de zomermaanden wezenlijk tot sieraad dier plaatsen verstrekken. Zelfs voorde kamercultuur zijn eenige kleinere soorten zeer goed geschikt. Men kan met geringe moeite citroenen, oranjeappels en zelfs sinaasappels in betrekkelijk kleine bakken als kamerplantjes aankweeken en jaarlijks ook van zijn boomke oogsten. De dwergcitroen, in de hovingen gewoonlijk als citrus sinensis bekend, de mirtebladige oranjeappel en eindelijk de zoete, dunschillige tangerine met haar sierlijk loof zijn voor deze proefnemingen de aangewezen soorten.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken