Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 14 (1881-1882)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 14
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 14Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 14

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (28.05 MB)

Scans (1450.37 MB)

ebook (27.56 MB)

XML (3.02 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 14

(1881-1882)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Onze gravures.

De gans in Duitschland.

Eine jute jebratene Jans is eine jute Jabe Jottes. Deze berlijnsche spreekwijze is meer dan eene aardigheid. De gans toch is daar op ‘elken feestdag even onmisbaar als een draaimolen op een vlaamsche kermis, Het moet al een doodarme zijn, die op zulk een dag geen ganzenbout heeft; want de gewone burgers mesten daar hunne ganzen even als bij ons de varkens gedaan worden. Het spreekt van zelf dat deze bijzondere voorliefde der Duitschers voor ganzen op zeer vele zaken haar invloed doet gelden en het aanzijn heeft geschonken aan een uitgebreiden handel in dat artikel. Maar ook in het gewone dagelijksche leven vindt men de bewijzen daarvan. Zoo als schippers- en visscherskinderen zich vermaken met het optuigen van klompen tot koopvaardijers, zoo als soldatenkinderen reeds vroeg met blikken geweer en sabel omspringen, zoo moeten berlijnsche kinderen reeds vroeg met eene gans kennis maken. De schilder van ons tafereel heeft dit echt nationaal onderwerp op doek gebracht en men kan er zeker van zijn, dat zijne ganzenminnende landgenooten hem watertandend hunne bewondering niet onthouden.

Aan de huisdeur.

Zij moest op haar broêrke passen, maar de kleine is in slaap gevallen en nu is zij naar de voordeur getreden en houdt op den dorpel de wacht. Het is daar binnen ook zoo somber en buiten zoo frisch, de natuur is zoo rijk en de hut zoo arm. Wel verhindert ons de duisternis een blik in die schamele woning te werpen, maar we kunnen veronderstellen dat daar alles evenredig is aan de verwaarloosde kleeding van het kind. Arme, schuldelooze kleine, hoe volmaakt zijn ook op haar de woorden van den dichter toepasselijk:

 
.....Waar gij verschijnt, daar vluchten
 
En duisternis en nacht, en zwarte regenluchten;
 
Gij zijt een heldre zon, een blijd en vroolijk licht;
 
Door de adem van uw mond verwekt gij vreugd en leven
 
Als zuivre koeltjens. die langs 't knoppig bloembed zweven,
 
En 't blosjen sterken op der rozen aangezicht.
 
 
 
Want duizend lieflijkheên uit uw schoone oogjens schijnen;
 
Uw kleine handtjens, die ik berg in een der mijnen,
 
Doen nog geen kwaad; gij weet nog niet wat dat beduidt.
 
Wat lacht gij vriendlijk, als wij ze u met speelgoed vullen!
 
Klein heiligje, in een krans van glinsterend blonde krullen,
 
Hoe lieflijk blinkt uw hoofdtjen uit.

De dichter heeft dit lied eigenlijk meer gezongen voor de kleine in de wieg; maar niemand zal het ons kwalijk duiden dat we het op de zevenjarige toepassen en den zanger nazingen, waar we getroffen worden door het beeld der gepersonifieerde onschuld, zoo als de schilder A. Ludwig het ons voor de oogen tooverde.

Tewfik-Pasja, khedive van Egypte.

De omstandigheden, waardoor de tegenwoordige khedive van Egypte aan de regeering is gekomen, hebben grootendeels den grond gelegd voor de beroeringen, waaraan thans het land der Pharao's ter prooi is. Opvolger van Ismaël-Pasja, - die zich alleen heeft doen kennen als een uitzuiger van zijn volk, in zooverre dat hij de Fellahs goed genoeg beschouwde om te betalen en de pasja's, bei's en andere waardigheidsbekleeders om te ontvangen, - stond hij onmiddellijk voor zware europeesche leeningen, waarvan nooit een cent interest betaald was, alsmeê voor een oproerig leger, dat met geweld de betaling van de achterstallige soldij eischte, daarin gesteund door een zoogenaamde nationale partij, die het echter onverschillig aanzag dat Ismaël door den sultan in ballingschap werd gezonden.

Toen Tewfik de regeering aanvaardde, waren zoowel de Fellahs als de Europeanen in de wolken. Men had den nieuwen khedive leeren kennen als een verdraagzaam man, die met den noodigen ernst de zaken van zijn land zou behartigen en al miste hij de krachtdadigheid, welke zijne voorgangers onderscheidde, men hoopte

[pagina 412]
[p. 412]

dat juist deze negatieve eigenschap aan het land en zijne talrijke schuldeischers zou ten goede komen.

Die hoop werd al spoedig de bodem ingeslagen door het handelend optreden van de Fellah-officieren, die in Arabi-Pasja hun hoofd. en aanvoerder erkenden en het zoover wisten te brengen, dat zij zoowel den khedive als den pasja's de wet voorschreven. In den strijd, welke daarmeê gepaard ging, stond Tewfik-Pasja tegen over een man, die niet-ontwikkeld en van twijfelachtigen moed, ook alle groote geestesgaven miste, zoo dat zijn nederlaag nu juist geen hoog denkbeeld gaf van zijne geschiktheid om aan het hoofd te staan van 's lands zaken.



illustratie
AAN DE HUISDEUR, NAAR A. LUDWIG.


Deze man was Arabi-Pasja, die thans feitelijk de dictator van Egypte is. De engelsche bommen hebben den khedive wel is waar het leven gered, doch tevens het laatste greintje glans doen verloren gaan, dat hij nog onder de Egyptenaren had. Tewfik is dan ook nog slechts khedive, zoolang de Engelschen dit goedvinden of hem handhaven; want de eigenlijke Egyptenaren stroomen rondom Arabi-Pasja samen, die

[pagina 413]
[p. 413]

onder hen den heiligen oorlog predikt, om de Engelschen uit het land te drijven en met hen den zwakken khedive, wiens plaats in te nemen de werking van den slimmen geestdrijver is.



illustratie
TEWFIK-PASJA, KHEDIVE VAN EGYPTE.


Het nieuwe stadhuis te Parijs.

Het beroemde parijzer stadhuis, in 1871 met zoovele andere kostbare monumenten door de Commune door de vlammen vernield, is weêr uit zijne asch verrezen, en hoewel nog niet in alle opzichten voltooid, heeft men het ter gelegenheid der jongste Bastille-feesten voorloopig met een banket ingewijd. Grooter, rijker, doelmatiger ingericht dan zijn voorganger, kan echter dit nieuwe hôtel de ville noch bij de eigenaardige romantische schoonheid, noch bij de historische beteekenis van het oude halen.

Het oude raadhuis, waarvan den 15en juli 1533 door Pierre Viole, raadsheer van koning Frans I en hoofdman van het gilde der kooplieden, alsmeê een aantal andere vertegenwoordigers der gemeente Parijs, de eerste steen gelegd werd, was als het zinnebeeld en het bolwerk van de zelfstandigheid en de vrijheid der stad Parijs; het was als het monument, door eene ieverige en machtige burgerij opgericht om hare zegepraal over den aanmatigenden adel en de verovering harer gemeentelijke vrijheden te vieren.

Door zijne eigenaardige architectuur met hare stoute en toch bevallige lijnen, hare weelderige versieringen in beeldwerk, droeg het gebouw tevens den onmiskenbaren stempel van den franschen volksgeest in het schitterend tijdperk der renaissance, toen de ridderlijke koning Frans I zijn volk voorging in al wat edel, grootsch en schoon was, - welke gebreken de geschiedenis hem overigens ten laste moge leggen.

Men heeft lang gemeend dat het plan van het merkwaardige gebouw van een vreemdeling afkomstig was; de eer van Frankrijk is echter in dit opzicht gewroken door de ontdekking dat Parijs zijn meesterstuk had te danken aan het talent van een Franschman, den verdienstelijken bouwmeester Pierre Chambiges. En inderdaad ware het al zeer vreemd geweest, wanneer op het oogenblik toen de fransche kunst alom hare grootste meesterstukken schiep, en de kerken, paleizen en kasteelen bouwde, die nog heden de trots van den Franschman en de bewon dering van den vreemdeling uitmaken, - dat op dat oogenblik het bestuur der groote stad, het hoofd en het hart van geheel Frankrijk, zijne toevlucht tot den vreemde had moeten nemen, om een raadhuis te stichten, dat Parijs waardig zou zijn.



illustratie
HET NIEUWE STADHUIS TE PARIJS.


[pagina 414]
[p. 414]

Tot hare eeuwige schande heeft de Commune van 1870 de misdaad op het geweten, onder zooveel gedenkteekenen van fransche kunst en echt franschen geest, ook het oude stadhuis van Parijs vernield te hebben. Het was als beging de wereldstad een zedelijken zelfmoord, toen hare eigen zonen, door den waanzin der revolutie verblind, het monument harer gemeentelijke vrijheden, door eeuwen van strijd en arbeid veroverd, in rook en vlammen deden opgaan.

Onmiddellijk na de nederlaag der Commune vatte de parijzer gemeenteraad het plan op, het vernielde gebouw te herstellen; met eenparige stemmen besloot hij onmiddellijk de som van drie millioen franken tot dit doel af te zonderen en reeds van dat oogenblik af hield men zich bezig met het vaststellen van plannen, volgens welke die restauratie moest uitgevoerd worden. In 1872 schreef de prefect der Seine een wedstrijd uit, waarbij alle fransche architeeten werden uitgenoodigd eene teekening voor het nieuwe stadhuis te ontwerpen, waarna eene jury van kunstrechters uit de ingezonden ontwerpen eene keuze zou doen.

Het ontwerp der heeren Ballue en Deperthes werd, behoudens enkele wijzigingen gekozen en onmiddellijk werd met het reuzenwerk een aanvang gemaakt. Op dit oogenblik mag die arbeid, althans voor zoover het uitwendige aangaat, als geëindigd beschouwd worden, en kan men zich, met onze gravure voor zich, een denkbeeld maken van het gebouw, dat in de plaats van het oude parijzer raadhuis verrezen is.

Geen kosten zijn aan de uitvoering van het nieuwe stadhuis gespaard; bijna in elke richting zijn de oude gevels naar voren gebracht, terwijl zij ook veel hooger dan vroeger zijn opgetrokken. Heeft men in enkele opzichten de oude teekening behouden, bijna overal echter is die gewijzigd en zijn voor de oude romantische elementen modern-klassieke in de plaats gesteld.

De schilderachtige onregelmatigheden van het oude raadhuis zijn angstvallig weggenomen, terwijl menige eigenaardige versiering heeft moeten wijken voor de eischen der nieuwere hygiène. De inwendige inrichting is doelmatiger en practischer dan die van het oude gebouw; voor behoorlijke verlichting en verwarming is beter gezord; maar den karakteristiek franschen en parijzer stempel, waaraan het vroegere raadhuis zijne grootste schoonheid ontleende, is verdwenen. Sprak bij het oude gebouw elke lijn, elk ornament, elk beeld van het roemrijk tijdperk der fransche Renaissance, de meer klassieke, prachtige, maar koude vormen van thans maken het nieuwe wel tot een kunstwerk, maar stempelen het niet tot het zinnebeeld, het kapitool der machtige wereldstad, gelijk het oude in den vollen zin van het woord heeten mocht.

Een scherp contrast ligt dan ook in de beteekenis der beide gebouwen; strekte het oude ter verheerlijking eener machtige, vrije, groote burgerij, - het tegenwoordige wil men beschouwd hebben als een tempel der revolutie. Reeds vóór zijne voltooiing wilde men het als zoodanig inwijden met een revolutionnair feest, waar openlijk dezelfde beginsels gepredikt werden, die den ondergang van het oude hebben te weeg gebracht.

Men kan bij het beschouwen der afbeelding van het reusachtige gebouw, waaraan meer dan twintig millioenen zijn ten koste gelegd, de weemoedige gedachte niet onderdrukken: Wie weet hoe spoedig ook dit kunstwerk het lot van zijn voorganger treft!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken