Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 16 (1883-1884)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 16
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 16Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 16

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (27.86 MB)

Scans (1514.96 MB)

ebook (27.08 MB)

XML (3.08 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 16

(1883-1884)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Misdaad en vergelding.

XIII.
Besluit.

Het lag in den aard der dingen, dat sir Archibald den volgenden dag naar den toestand van den gekwetste vernam. Hij voelde zich verplicht, dit persoonlijk te doen en zulks uit verschillende gronden.

De gebeurtenissen hadden elkander zoo snel opgevolgd, dat de afzonderlijke daarbij handelende personen niet eens den samenhang kenden, dewijl het vervoer van Ralph een oogenblikkelijke meedeeling onmogelijk maakte. Sir Archibald was echter ten hoogste verlangend zijne waarnemingen met die der anderen aan te vullen. Daarbij wenschte hij vurig iets naders omtrent den dood zijns broeders te vernemen. Het was hem wel is waar onverklaarbaar, waarom hij tot dusverre nog geen meedeeling daarvan ontvangen had; maar na het gebeurde van den vorigen dag kon hij aan de waarheid van het feit niet langer twijfelen. Daarbij werd hem het onaangename van dit bezoek aanmerkelijk verlicht, doordien de baronet daags te voren op den burcht geweest was. Wel geschiedde dit bezoek ambtshalve en de aanleiding daartoe deed hem ongemeen pijnlijk aan, maar het had hem zelven niet gegolden en alleen de ontmaskering ten doel gehad van een mensch, die hem op de schandelijkste wijze bedrogen had. Buitendien had hij met den baronet zij aan zij gestaan en daarbij gelegenheid gehad op te merken, dat diens vijandschap eigenlijk minder zijn persoon betrof.

Niettemin veroorzaakte zijn persoonlijke verschijning op het slot geen gering opzien Zoo iets was sinds menschengeheugenis niet voorgekomen; zelfs in geen enkele familie-oorkonde kwam iets voor, dat van een vriendschappelijke betrekking bij welke gelegenheid ook tusschen de huizen Waterheld en Maclean gewag maakte; de vijandschap was steeds getrouw van vader op zoon overgeërfd. Zelfs de baronet was verrast en bereidde diensvolgens sir Archibald een ontvangst, welke juist door hare hoofsche voorkomendheid bewees, dat men deze gebeurtenis niet verwacht had.

Alleen Mr. Herbert, wien de geheele vijandschap belachelijk voorkwam, vond sir Archibalds handelwijze natuurlijk, en zijne tegenwoordigheid verhoedde, dat tengevolge der verrassing het bezoek niet een uitsluitend vormelijk karakter kreeg en de familiehaat derhalve daaruit nieuw voedsel had kunnen putten. Hij liet den beiden ouden heeren niet langer dan vijf minuten tijd tot het wisselen van stijve beleefdheden en vraagde toen hoe het eigenlijk in Carola's kamer tot een worsteling gekomen was.

Dit bracht het gesprek in gang en ieder deelde de feiten mee, die hem bekend waren. Hieruit bleek, dat Ricardo, nadat hij de huisdeur dichtgegrendeld had, ijlings naar boven was gevlogen om zich langs een raam aan de achterzijde af te laten, daar de ramen gelijkvloers allen van ijzeren traliewerk voorzien waren. Carola had het verschijnen der vreemden op het voorplein bemerkt. De sheriff droeg zijn witten staf; dit duidde aan, dat hij in zijne functie verscheen, en nieuwsgierig om te. weten wat dit beduiden moest, had zij achter een venstergordijn verscholen blijven afzien wat er verder zou gebeuren. Wat gesproken werd, kon zij natuurlijk niet verstaan; maar zij zag, dat de sheriff zich tot Ricardo wendde en hem met zijn staf aanraakte, en als een in de gebruiken van haar land ervaren Engelsche wist zij, dat deze aanraking het uiterlijke teeken van een voltrokken inhechtenisneming was. Zij bemerkte daarna ook, dat het tusschen den bruinen knaap en den Italiaan tot een levendige woordenwisseling kwam, aan welker slot Ricardo in het huis terugsprong en de mannen tegen de deur storm liepen. Onmiddellijk daarop hoorde zij den Italiaan den trap opvliegen. Zij wilde hem in den weg treden, doch ontving een stomp, die haar deed terugtuimelen, en zag nu Ricardo in haar aan de achterzijde van het huis gelegen kamer ijlen. Nadat zij zich wat hersteld had, vatte zij moed en liep hem na. Zij begreep terstond dat Ricardo een middel zocht om te ontvluchten. De hulp kon slechts weinige minuten uitblijven; indien zij er in gelukte, hem slechts zoolang op te houden, dan viel er aan geen ontkomen meer te denken en de Italiaan was gewis een slimme bedrieger. Toen Carola hare kamer binnen kwam, had de Italiaan reeds een gordijn naar beneden getrokken en was bezig het aan de pin vast te maken, die in het kozijn geslagen was om de luiken te sluiten. Zij riep luide om hulp en vloog op hem toe om zijne ontvluchting te beletten. Ricardo was woedend over deze verhindering. Herhaaldelijk duwde hij haar ruw terug; maar Carola was een moedig en volstrekt niet zenuwachtig meisje: zij greep hem telkens opnieuw vast en al kon zij ook den sterkeren man natuurlijk niet overmeesteren, kon hij er toch niet in slagen om in de vensterbank te klimmen, ten einde zich af te laten. Ricardo's vertwijfeling steeg ten top; hij beperkte er zich niet

[pagina 412]
[p. 412]

meer toe Carola af te weren, maar gaf haar een slag in het aangezicht, die haar terug deed tuimelen. Doch het was reeds te laat; men hoorde de haastige voetstappen van de naderende mannen. Ricardo haalde den revolver uit en toen de deur openvloog, vuurde hij op den eerste, die binnen stormde. Wien de kogel trof, was hem geheel onverschillig; hij berekende, dat daardoor een kleine stilstand zou ontstaan, waarvan hij gebruik wilde maken om een sprong uit het venster te wagen Ralph werd door den kogel geraakt, en het ware Ricardo wellicht gelukt, ten minste het laatste plan uit te voeren, wanneer Jim niet de tweede geweest was. Deze bekommerde zich echter in het geheel niet om den gekwetste, maar wierp zich met éénen sprong op den Italiaan en omklemde hem met armen en beenen. Tevergeefs poogde Ricardo dien last af te schudden, tevergeefs trachtte hij zijn revolver te gebruiken, daar de knaap terstond zijn pols omkneld had. Ricardo deed alle moeite om zich met behulp van zijn vrije hand van Jim te ontslaan, het mocht hem niet baten: hij had er den tijd niet meer toe, het tooneel wisselde te snel. Carola bad zich hersteld en poogde met beide handen de vrije hand van Ricardo vast te houden; de mannen, die achter Ralph naar binnen gekomen waren, verschenen eveneens en namen Carola's plaats met gunstiger gevolg in. Ricardo werd spoedig ontwapend, op den grond geworpen en gebonden, terwijl Carola Ralph naar de sofa sleepte en hem daar ten minste voor de stampende voeten der vechtenden in veiligheid stelde.



illustratie
de pop is ziek, naar sonderland.


Zoo stonden de zaken toen sir Archibald en sir Francis langs den achterkant van het huis

[pagina 413]
[p. 413]

in de kamer drongen. Intusschen had ook de in huis werkende meid, door het rumoer opmerkzaam gemaakt, den grendel van de huisdeur terug geschoven, zoodat de gemeenschap met het voorplein weer hersteld was.

Dat alles bleek uit het gesprek der drie oude heeren. die tamelijk lang bijeen bleven, om al die bijzonderheden tot een geheel te maken In ieder geval vormden deze feiten de grondslag van een zware misdaad. Ricardo had zich aan gewelddadig verzet tegen overheidspersonen binnen den kring van hun ambtelijke bevoegdheid schuldig gemaakt en iemand levensgevaarlijk daarbij gekwetst. Zijne gedraging verwekte bovendien ook het gegronde vermoeden, dat de verklaringen van Jim geheel overeenkomstig de waarheid waren en nadat sir Archibald met alle bijzonderheden bekend gemaakt was en de meegebrachte kogels bezichtigd had, bestond er bij hem ook niet meer de geringste twijfel of de maleische knaap had de waarheid gesproken.



illustratie
de breiles, naar ferdinand pacher.


Door de verwonding van Ralph verlengde zich wederom het verblijf van Mr. Herbert, die aanvankelijk slechts weinige dagen had willen blijven. Intusschen ging sir Archibald voort, dagelijks, hetzij persoonlijk, het zij door een bediende, naar de vorderingen der beterschap te vernemen. Daarbij verzuimde hij echter niet bij het Indische Compagniehuis te Londen onderzoek te doen naar het lot zijns broeders. Daar waren tot dusverre nog geen lijsten der verliezen ingekomen, hetgeen ook eigenlijk met het oog op den toestand in Indië licht te verontschuldigen was. Er heerschte nog steeds algemeene wanorde en lijsten der gesneuvelden

[pagina 414]
[p. 414]

zijn wel het laatste, aan welker samenstellnig men in zulke tijden van verwarring denkt Daarbij kwamen bijna dagelijks verloren geachte burgerlijke en militaire personen weer terecht, en de regeering was derhalve niet eens in de mogelijkheid een nauwkeurige tabel daarvan op te maken; wat men daaromtrent in Engeland hoorde, vernam men uit particuliere brieven, en deze hadden zooveel over eigen leed te berichten, dat daarin van ongelukken die vreemden betroffen slechts zelden sprake was.

De genezing van Ralph maakte intusschen snelle vorderingen en nadat hij eenmaal zoover hersteld was, dat hij de kamer verlaten kon, eischte de plicht der beleefdheid de ziekenbezoeken van sir Archibald met een tegenbezoek te beantwoorden.

Dit geschiedde dan ook en Carola bedankte persoonlijk den man, die haar te hulp gesneld was, en zoo verloor de overgeerfde vijandschap langzaam, maar onafgebroken haren prikkel; men vermeed van weerzijden zorgvuldig dit onderwerp aan te roeren en de oude hecren voelden zich te meer tot elkander aangetrokken hoe nader zij met elkander bekend werden. Zoo ergens dan geldt bij zulke oude vijandschappen de grondstelling, dat slechts de eerste schrede de meeste overwinning kost.

Een verder punt van aanraking vormde het tegen Ricardo ingeleid onderzoek. Zij werden hierbij gemeenschappelijk verhoord en Ricardo was hun beider tegenpartij. Van den eenen zou hij den broeder vermoord hebben, van den ander had hij in ieder geval den zoon gekwetst. Toen eenmaal de justicie de zaak in handen had, nam dan ook de dood van den overste een andere gedaante aan. Het betrof hier in het geheel niet meer het verlies van een officier, maar het bewijs eener misdaad die den dood van Mr. Hamilton tot grondslag had. Hierbij moest de telegraaf dienst doen en het duurde ook niet lang of de tijding kwam in, dat de overste inderdaad in de door ons geschilderde gevechten gevallen was.

Bij deze gelegenheid kwam dan ook aan het licht, dat in Allahabad een crimineel proces tegen een zekeren Ricardo Pocca aanhangig was daar deze gepoogd had om zijne vrouw te vergiftigen en er werd aangevraagd of deze Ricardo Pocca en ginsche vermeende Ricardo Pocca een en dezelfde persoon was.

Middelerwijl had men ook het adelsdiploma van Lughini aan den napelschen gezant in Londen doen toekomen en van dezen het antwoord ontvangen, dat er in Napels geen adellijke familie van dien naam bestond. En daardoor bekwam de verdenking nieuwen grond; het betrof nu nog slechts de vaststelling van den persoon. Daartoe bezat men echter een gemakkelijk, hoewel tijdroovend middel, men verlangde de overkomst van vrouw Pocca naar Engeland.

Aan dit verlangen kon licht voldaan worden: men kende het verblijf van Giannina Zij had intusschen in Allahabad een kommervol leven geleid en vernam met blijdschap de mededeeling, dat zij op kosten der regeering naar Engeland zou gaan. Van Engeland kon het haar niet zwaar vallen naar Italië te komen en zij verlangde vurig naar haar vaderland terug. Zij had het toch slechts verlaten om weer in het bezit van haar kind te komen Dit doel was echter niet alleen verijdeld, want Ricardo bezat het kind niet, maar zij had in dit half wilde land gruwzame mishandelingen verduurd, welke len laatsten sprank van liefde tot haren echtgenoot bij haar uitgedoofd en de begeerte naar een stil leven op den geboortegrond tot een laaie vlam in haar aangewakkerd hadden.

Giannina bracht de doodacte van den overste en het officieele afschrift van zijn testament mede. Op den ouden burcht veroorzaakte de bevestiging van diens dood een diepe treurigheid. Thans hadden sir Francis en Ralph gelegenheid elkander hunne vertroostingen aan te bieden; zij waren onwillekeurig in het lot der familie verwikkeld geworden en ook deze omstandigheid leidde tot inniger toenadering.

Mr. Herbert was reeds sinds geruimen tijd naar zijne woonplaats teruggekeerd. Hij had zijne oude zoowel als de nieuwe hem dierbaar geworden vrienden in de beste en vredelievendste stemming achtergelaten. De winter was reeds zoo ver gevorderd, dat de dagen weer begonnen te lengen en nog steeds hadden de Macleans hun slot niet verlaten om het met hun huis in de stad te verwisselen. Het proces tegen Ricardo verkeerde nog altijd in het stadium der onderzoeking en daar dit in Trestham plaats greep en de Macleans elk oogenblik als getuigen konden opgeroepen worden, wachtte men het einde op het slot af. Wij willen nochtans niet beweren dat dit de eenige of ook slechts de eigenlijke beweegreden was; maar in ieder geval was het de verklaring, die de Macleans op de hun door bevriende familiën uit Liverpool gedane vragen gaven.

In dien tusschentijd werd Ralph een hartstochtelijk schaatsenrijder. De blinkende spiegel van het dichtgevroren riviertje bood hem een zeer voortreffelijke baan en mettertijd kon hij met iedereen een weddenschap aangaan, dat hij in vijf minuten van het slot naar den ouden burg zou rijden. Hij kon het ook; want hij had het dikwijls genoeg gedaan.

De droefheid der Waterfields over het verlies des broeders en ooms sleet met den tijd en omstreeks het midden van januari kon sir Francis aan Mr. Herbert melden dat Ralph voornemens was om de hand van Carola aanzoek te doen en er genoegzaam grond voor de inwilliging van dit aanzoek voorhanden was. Wanneer hij dus aan het ter wille van den rouw stille verlovingsfeest wilde deel nemen, moest hij onverwijld overkomen.

Gedachtig aan het werkdadig aandeel, dat hij in dezen gelukkigen einduitslag gehad had besloot Mr. Herbert aan de uitnoodiging gevolg te geven en onttrok zich nogmaals voor eenige dagen aan zijn beroep. Hij was dan ook getuige van de plechtige verloving, welke de ophanden vereeniging der beide gescheiden huizen in Ralph en Carola bezegelde.

Tot dusverre had men nog met geen enkel woord van de oude vijandschap gerept. Het was alsof de beide huizen nimmer vijandig tegenover elkander gestaan hadden. Bij den feestmaaltijd, welke op de verloving volgde, en door nimand anders bijgewoond werd dan de beide vaders, de twee verloofden en Mr. Herbert, loste eindelijk de wijn de tong van den baronet.

‘Sir Archibald,’ begon hij, nadat hij den mond met zijn servet afgewischt had en zich behaaglijk in zijn leunstoel uitstrekkend, ‘één genoegen moet gij mij doen: gij moet de boot terugnemen, die ik u destijds ontnam. Ik geloof dat de spitsboef opzettelijk in mijn vischwater is gevaren om een twist tusschen ons uit te lokken.’

‘Sir Francis,’ antwoordde sir Archibald, wiens wangen eveneens een weinig door den wijn gekleurd waren, ‘vraag van mij wat gij wilt, alleen dit niet? Behoud de boot, die een twistappel tusschen ons moest worden en ons integendeel tot elkander gebracht heeft.’

‘Maar ik erger mij, zoo dikwijls ik de boot aan de ketting zie iiggen: gij zijt de ware eigenaar!’

‘Integendeel, gij zijt de ware eigenaar!’

‘Sir Archibald, gij wilt mij ergeren!’

‘En gij wilt een ouden twist weer oprakelen!’

‘Ik heb dien niet begonnen!’

‘En ik...’

‘Wel, sapperloot!’ riep Mr. Herbert, ‘dat gaat toch al te ver. Ik geloof dat gij beiden in staat waart ter wille van het bezit dier oude boot de strijdbijl weer op te graven.’

‘Wanneer sir Francis beweert...’ - ‘Wanneer sir Archibald zegt...’ riepen beide heeren tamelijk opgewonden Mr. Herbert toe, terwijl Ralph en Carola nu eerst op het gesprek opmerkzaam werden, dat inderdaad een gevaarlijke wending dreigde te nemen.

‘Silentium!’, bevool Mr. Herbert beide handen gebiedend uitstrekkende. ‘Ik wil niets hooren! In het belang des vredes ontneem ik u beiden het woord! Hoort mij eerst aan!’

Daarop wendde hij zich tot sir Frncis: ‘Gij wilt dus de boot volstrekt niet behouden?’

‘Neen!’ antwoordde de baronet beslist.

‘Gij hebt volkomen gelijk; ik zou in uwe plaats eveneens handelen.’

‘Maar, mijnheer Herbert,’ riep sir Archibald opstuivend.

‘Bedaar!’, sprak deze; ‘gij wilt dus de boot in geen geval terugnemen?’

‘Maar hoe kan ik dat doen?...’ begon sir Arehibald terwijl sir Francis hem zegevierend aanzag.

‘Gij hebt volkomen gelijk: ik zou in uwe plaats ook eveneens handelen.’

Nu wierpen de beide heeren elkander zege vierende blikken toe.

‘Maar, kinderen!’ riep Mr. Herbert op den toon van onverholen verwondering uit. ‘Als gij de boot niet behouden wilt en gij haar niet terug wilt nemen, waarom stelt gij haar dan niet ter beschikking van Mr Ralph en miss Carola? Zij heeft hen tot elkander gebracht; zij moge hen ook beiden verder dragen.

Bij deze eenvoudige oplossing der met ernstige verwikkelingen dreigende bootgeschiedenis zagen de beide oude heeren elkander eerst een oogenblik verbluft aan; toen berstten beiden in een schaterend geluh uit en klonken met volle glazen: de klip was gelukkig omgezeild.

In de eerstvolgende zitting van het hof van assisen werd Ricardo ter dood veroordeeld en de gerechtigheid had haar loop. Het legaat, dat de overste aan zijn moordenaar had vermaakt, werd ongeldig verklaard, maar sir Archibald weigerde deze som, die den dood van den overste veroorzaakt had en grootendeels nog aanwezig was in, ontvangst te nemen. Hij schonk die aan de weduwe van den terechtgestelde, die daardoor in staat gesteld werd in haar vaderland een eenvoudig, doch onbezorgd leven te leiden. Zij reisde af zich nog altijd met de hoop vleiende haar verloren kind te zullen terugvinden.

Na afloop van het rouwjaar werden Ralph en Carola een paar, en was den beiden ouden heeren nog het geluk beschoren, kleinkinderen op hunne knieën te zien rijden. De eenige strijd, die nu en dan nog eens tusschen hen ontbrandde, betrof de vraag op wien van hen beiden de jongen of het meisje het meeste geleek.

Jim heeft zijn legaat bekomen en het geld is voor hem bij de engelsche bank belegd. Dat hij het ooit zal opvragen, is hoogst onwaarschijnlijk; want hij trad in dienst van het jonge paar en heeft volop alles wat hij noodig heeft.

 

einde.

Onze nieuwe jaargang.

Wij treden na dit nummer een nieuwen jaargang in, die voor onze lezers inderdaad een feestelijke jaargang zijn zal; want de Belgische Illustratie zal eene belangrijke verandering ondergaan, in wat hare redaktie betreft.

Een groot getal katholieke vlaamsche schrijvers, namen bemind bij ons volk, hebben zich vereenigd om aan ons bloeiend tijdschrift een nieuwen glans bij te zetten: het eerste nummer zal reeds daarvan getuigenis afleggen. Immers, wij hebben de vaste medewerking bekomen van een aantal prozaschrijvers en dichters, zoo als van Mgr. Claessens, Mgr. Rutten, Frans de Potter, L. van Ruckltngen, Professor Claeys, Dr. Renier Snieders, fr. Daems, den direkteur Jan Bols, Dr. August Snieders, de inspekteur Willems, en twintig anderen, befaamd in onze letterkunde.

De Illustratie zal door prachtige gravuren, gelijk door prachtigen tekst, voor onze vlaamsche gewesten worden wat de Hausschatz, wat de Alteund neue Welt is voor Duitschland, een tijdschrift, dat het nuttige met het aangename in zich ver eenigt en overal het goede bevordert.

In de lange jaren van ons bestaan, heeft de Illustratie zich voor geene zóó schitterende toekomst bevonden als nu, en wij hopen ook dat het getal inschrijvers aan de degelijkheid, welke het werk zal ten toon spreiden, beantwoorden zal. Met die hoop gaan wij den nieuwen jaargang in, en zijn zeker dat het vlaamsche volk ons tijdschrift ‘nog vele jaren’ zal toewenschen!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken