Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Beweging. Jaargang 6 (1910)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Beweging. Jaargang 6
Afbeelding van De Beweging. Jaargang 6Toon afbeelding van titelpagina van De Beweging. Jaargang 6

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.37 MB)

XML (2.53 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Beweging. Jaargang 6

(1910)– [tijdschrift] Beweging, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 65]
[p. 65]

Figuren
Door
Casp. Gors.

I Het Tapijt

Ik bezit een perzisch tapijt van groote eenvormige figuren en een figurenrijken rand. De grond van het tapijt is warmrood, die van den rand room-wit, en de figuren hebben alle kleuren. En het rood buiten de figuren is vol kleine figuren van allerlei vormen en de figuren-zelf zijn vol figuren. Het geheel is als de doorsnêe van een levend wezen, zoo gloeiend en zonder de minste leegheid, - als de vergroote doorsnêe van een vleeschwond of van een bloeddroppel, maar waarin de geest alle vezels of alle bloedlichamen tot een vast en priesterlijk schrift zou gevormd hebben, zoodat overal de diepe zin zichtbaar was, hoewel niet verklaarbaar. Dat het een zin is, voelt men, ziet men, aan de harmonie die door al de vele kleuren als één rust en warmte komt heengedrongen en die heele onontraadselbare volte zoo stellig maakt en raadselachtig gedachteloos. En terwijl ik ernaar kijk zie ik het hangen op het weefgetouw en den slankgevormden Pers ervoor staan met zijn donkere gelaatskleur en zijn amandelvormige sluimerstille oogen. Zijn fijne handen bewegen en ik weet dat in zijn bloed de droppen ruischen waarvan hij de harmonie tot zijn kleuren neemt, en dat in elken droppel van zijn bloed de geheimnisvolle figuren geteekend staan, die hij in zijn arbeid weeft. Hij heeft zijn noodlot zóó om zich heen als het uit zijn geslacht in hem geboren is, en de draden die hij weeft omringen hem, en het heele heelal, en toekomst en

[pagina 66]
[p. 66]

verleden, hebben de gedaanten waarin hij gevangen blijft, maar waarin hij zich niet verwart.

II Zij

Zij kwam mijn huis ingewaaid, zoo uit de woestijn, waar zij in haar kanten japon had staan zien naar het slachten van een kalf, dat de karavaan tot voedsel diende. De zwartbaardige Arabieren hadden, met handen vol bloed, half lachend en half onnoozel naar haar opgekeken, omdat zij haar begeerenswaard en brutaal vonden. Zij had een innerlijke angst voor verveling en geen spoor van sentimentaliteit; was bovendien een goed schepsel, dat zichzelf op een afstand moest houden om niet den indruk te krijgen dien zij meest van al haatte: dien van gewoonheid. Maar zij had een sterken, nukkigen wil, die toch ook bij tijden goed dragen kon. Toen zij de heele wereld rondgereisd had, nu als vrouw van een zendeling die de Malgaschen bekeeren ging, dan in gezelschap van een ingenieur die den Bagdad-spoorweg moest helpen aanleggen, - ook onderwijl in europeesche hoofdsteden het atelier- of krotten-leven verkozen had boven het vertoeven temidden van de salon-meubelen, waarlangs zij 's avonds, op bezoek, haar blanke armen en japansche kapsel deinen deed, - kwam zij terug bij ons, waar de roem van de eenzaamheid en het blijven op één plaats haar heen lokten. Maar al spoedig voelde zij zich zóó klein - omdat zij niet van uur tot uur door den schok met menschen en voorwerpen zich herkende noch haar kracht in de bewegingen van anderen weerspiegeld zag - dat zij meende zichzelf te moeten minachten als ze zóó langer leefde; en inderdaad in de rust en de stilte waartoe zij gedwongen werd, een leven niet vond. Zoo wachtte zij dan, totdat zich in de luchtscheepvaart een bekoring opdeed, die zij nog niet had ondervonden en, met haar lichtheid, lenigheid en wilskracht, was zij het die hooger dan eenig ander haar vliegtuig boven den Eiffeltoren stijgen deed en daarna te pletter sloeg.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken