Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 1 (1890)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 1
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 1Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.20 MB)

ebook (3.96 MB)

XML (0.88 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 1

(1890)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende


illustratie

Mingelmaren

IN verschillige streken van Belgenland en bijzonderlijk te lande, als er entwie gestorven is, verbrandt men binst de zielmesse eenen strooi- of kafzak, 't zij den dien waarop de overledene over eerde gelegen heeft, 't zij eenen anderen: is het niet langs eene kruisstrate of op eenen driesch, 't is ten minsten ievers waar dat er vele weg en wêere gegaan wordt. In 't midden van de asschen zetten ze een kruisken daar vrienden en magen komen bidden voor de zielelavenisse van den doode.

Elders vindt men van die kruiskens aan muren of aan boomen hangen, ofwel op de huisgevels of de buitenmuren van capellen geschilderd.

Deskundigen treffen in die geplogentheden een bewijs aan alsdat onze heidensche voorouders, gelijk de Romeinen, ook hunne dooden mitsgaders het lijkbedde verbrand den. Als zij, later van tijd bekeerd zijnde, hunne dooden aan de kerkhoven en aan den openbaren kerkdienst moesten afstaan, verbrandden zij het onderbedde en zetten het kruis daar waar zij te voren het lijk zouden verbrand hebben en de asschen ervan bewaard.

In 't Antwerpsche en in 't Brabantsche, omtrent Aarschoot, Tervueren, Thienen, enz. wordt de kiste, als men het lijk naar de kerke niet en draagt maar vervoert, op eene lage strooschooven geleid, waarvan men van tijd tot tijd eenen uittrekt en langs den weg laat vallen.

[pagina 288]
[p. 288]

In Vlanderen, bijzonderlijk in 't Poperingsche en in 't Ipersche, legt men voor het huis van den overledene of voor het hekken van het hof kruisen van uitgedorschen stroo, op eene hoogte van twee, drie, vier lagen, volgens de plechtigheid van den begraafdienst.

Te Gent overstrievelt men den kerkvloer met stroo, in de diensten van rijke lieden; elders doet men het van aan het huis tot aan de kerke en tot aan het kerkhof. Het stroo wordt dan door den armen weggehaald.

In dien zin sprak de geleerde heer Van Bastelaer in de vergaderinge der oudheidskundigen van Belgenland, te Middelburg in Zeeland, van 2den tot 5den in Pietmaand 1890.



illustratie

VAN oorspronge is Fransch-Vlanderen eene echt vlaamsche, eene echt nederlandsche landstreke, en in den grond is het volk van Fransch-Vlanderen van zuiver germaanschen bloede, van rein vlaamschen stam. Ruim twee eeuwen lang is Fransch-Vlanderen nu door de Franschen overmeesterd en overheerd geweest. Ruim twee eeuwen lang en is door de Franschen niets gedaan tot instandhouding of tot opheffing van al 't gene dat nog eigen en vlaamsch is, in tale, zeden, enz., in dit geweste. Integendeel, ruim twee eeuwen lang heeft de fransche macht alles gedaan dat zij kon, om al dat vlaamsch is in deze ongelukkige landstreke te bestrijden, om er de edele vlaamsche gezindheid, om er de schoone vlaamsche tale uit te roeien, te kortvlerken en te verbasteren. Maar die twee eeuwen van miskenninge, van uitschimpinge en verachtinge der heiligste volksrechten en hebben van het vlaamsche volk van Fransch-Vlanderen nog geen fransch volk kunnen maken. Neen, maar nog heden ten dage is er het volk goed vlaamsch, goed nederlandsch in woord en daad. Men draagt er nog vlaamsche namen, schoone, zinrijke, echt germaansche namen, die zelfs in Noord-Nederland gedeeltelijk reeds zijn uitgestorven; men spreekt er vlaamsch, men leeft er na vlaamsche zeden en gebruiken. De wete, dat het volk aldaar uit den vlaamschen, uit den nederlandschen, den germaanschen stam gesproten is, blijft onuitgedoofd. Kortom, het volk in Fransch-Vlanderen, ofschoon het van boven op al eenen zwakken, franschen schijn moge verkregen hebben, het eigenlijke volk is er in der daad volbloed vlaamsch, volbloed nederlandsch, volbloed germaansch gebleven.

Wanneer komt de held die de mannen van den verlatenen broederstam van Fransch-Vlanderen weêr zal vereenigen met hun volle broeders in Oost- en West-Vlanderen, weêr met eere zal terug brengen in 't nederlandsche huisgezin?

Uit het ‘Algemeen nederduitsch en friesch Dialecticon,’
door Johan Winkler, 's Gravenhage, Martinus Nijhoff, 1874.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken