Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

Biekorf. Jaargang 2
Toon afbeeldingen van Biekorf. Jaargang 2zoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2,06 MB)

ebook (3,79 MB)

XML (0,89 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 2

(1891)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende


illustratie

Mingelmaren

DE eerweerde heer pastor van Damme heeft ons het volgende stuk bezorgd, zijnde het afschrift van eenen zerksteen, die eertijds te Damme te zien was en nu sedert jaren verdwenen is.

Wie de verdietschinge der latijnsche verzen gemaakt heeft, en weten wij niet.

Haec sunt crania Aubertini Royer et uxoris ejus sepultorum in medio chori.

 
O tu qui florem mundi sequeris vel honorem
 
hoc speculum cernas ut mundi gaudia spernas
 
Aubertinus ego Royer sub pulvere dego
 
prostratus membris sub dena luce decembris
 
anni milleni centeni ter quater ac quadrageni
 
Vivus magnifico carus comiti ludovico
 
jura Receptoris Rexi quam pluribus horis
 
flandris pergratus prelatus, nunc superatus
 
mortis natura quae non liquit sua jura
 
ponitur omnis honor mundi veluti modo ponor
[pagina 159]
[p. 159]
 
nunc quaero veniam, te quaeso precare mariam
 
Stet pro parte mei, consors ut sim Requiei. Amen.
 
 
 
O gij die 't bloemken uwer jeugd,
 
bekommert staeg in eer of deugd
 
Wilt dezen spiegel eens aenzien.
 
opdat ge 's werelds dienst zond vlien
 
Ik Aubertinus Royer groot,
 
moet hier vergaen in asschen snoot
 
mijn leden men hier strekken sag,
 
in december den thiensten dag
 
van het derthien honderste jaer,
 
en vier en veertig nog daer naer
 
ik was aen den graef lodewyck,
 
seer aengenaem en minnelyk
 
het recht van syn ontfangerijen
 
heb ik bediend seer lange tijen
 
de vlamingen my minden seer,
 
ik was hun heer maer nu niet meer
 
want de dood door haeren aerd,
 
en heeft aen my ook niet gespaerd
 
maer heeft my alhier neergeleyd,
 
met macht en pracht en heerlijkheyd
 
nu bid ik om vergiffenis,
 
gy bid Maria om lavenis
 
dat sij toch wilt mijn voorspraek zyn,
 
opdat ik haest ben uyt de pyn.


illustratie

DE eerweerde Augustiner monik, Pater F. Georgius Salomons, in zijn uur-werk van de Seven wee-en, opgedraeghen voor Nieuw-Iaer-Ghiefte aen Me Vrouwe M. Joanna Isabella Des Maystres, Abdis van het out vermaerdt Clooster van Sinte Brigitta, genaemt Marie-Throon binnen Dendermonde den 1 Ianuarij 1667, gedrukt te Antwerpen bij Jacop Mesens, 1667, schrijft eenen Sendt-brief aen de Godvrachtighe, Ghestichtighe, en Lofweerdighe Ioef-vrouwen Brigittinen, binnen Dendermonde den 1 Februarij 1667, en zegt daarin, bl. 311, als volgt, uitgeweerd de spellinge:

‘Ulieden zeer eerweerde Mevrouwe Abdisse,... hoe zij, gelijk Brigitta, eerst lang stom ende de Vlaamsche tale onwetende, het derde jaar, de zelve niet gelijk andere kinders, ofte menschen, al spelende, en kwalijk, maar zoo volmaaktelijk spreekt en schrijft, al of 't het haar moeders tale ware.’

Dat was een Mevrouwe Abdesse!

Die Pater Salomons was een knappe dichter. Horkt liever:

[pagina 160]
[p. 160]
 
Zulk een leven, zulk een sterven;
 
zulke schulden, zulke kerven;
 
zulke fauten, zulke straf;
 
zulk een wiege, zulk een graf.
 
 
 
Zulke landen, zulke wegen;
 
zulke vriend, zulk vijand tegen;
 
zulke wonden, zulk een pijn;
 
zulk een kruid, zulk medecijn.
 
 
 
Zulk een tijden, zulk een beiden;
 
zulk een komen, zulk een scheiden;
 
zulk ontbreken, zulke nood;
 
zulk een leven, zulk een dood.
 
 
 
Zulk een rechter, zulk een oordeel;
 
zulk een arbeid, zulk een voordeel;
 
zulk een werken, zulk een loon;
 
zulk een einde, zulk een kroon.

Dit op bladzijde 250-51 van zijn uurwerk van de zeven wee'n.

‘Zulk een tijden,’ 1ste reke, in den derden schaak, is zulk een tijen, weggaan, vertrekken te zeggen.

F. Georgius Salomons wierd geboren te Dermonde, op den 13sten meie 1632; hij overleed te Napels op den 5den october 1680. Dus in Biographische Sprokkelingen door den Heer Jan Broeckaert. Z. Verslagen en mededeelingen der K. Vl. Academie, 1891 Januarij, bl. 139.



illustratie

EENE lijste van boeken, die te verkoopen zijn levert het volgende:

‘628 Henry. Onderwyzingen. Mechelen, 1839, 5 bkd. in 18. (Deze uitgave wordt gretig gebruikt in de vlaamsche departementen van Frankrijk waar men onze hedendagsche taal niet verstaat).

‘629 Corn. Smet. (Volledige cursus van) Sermoenen op Zonen feestdagen 1843, 7 deelen. (Wat geschonden). Aanmerking gelijk bij de vorige nummer.’

Zondag = Ziet Zaterdag = Ziet
Maandag = Man, Vrijdag = Vrouwe,
Dijsendag = doet Donderdag = doet
Woensdag = wat Woensdag = wat
Donderdag = de Dijsendag = de
Vrijdag = Vrouwe Maandag = Man
Zaterdag = zegt. Zondag = zegt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken