Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 6 (1895)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 6
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 6Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 6

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.09 MB)

ebook (3.61 MB)

XML (0.95 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 6

(1895)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende


illustratie

Mingelmaren

Vader Verleure van Iper

WIJ verkorten uit de Godsdienstige Week van Vlaanderen, het volgende:

Terwijl 't Geloove vermindert in Europa, verspreidt het meer en meer onder de Heidenen van Asia en Africa. Eene der voorspoedigste katholieke zendingen, is die van de Karmeliten Discalsen in de provincie Malabar, in 't zuid-westen van Engelsch Indiën. Zij begrijpt twee bisdommen, het aartsbisdom van Verajoly, en het bisdom van Quilon, en is bestierd door 2 Bisschoppen, 30 Vaders Karmeliten, en 76 inlandsche priesters.

De Karmeliten hebben, sedert Januarij 1894 tot Junij 1895, meer dan 3000 heidenen bekeerd; en, hadden zij de middels om meer kerken en scholen op te richten, zij zouden in korten tijd geheel die streke ons H. Geloove doen aannemen. Een Vlaming alleen, Pater Victor, van het klooster van Brugge, geboortig van Iper, (in de wereld Mr Karel Verleure) heeft in het gebied Mologamoede, in 10 maanden, 1107 Heidenen bekeerd en gedoopt. 't Is reeds 37 jaren geleden dat Vader Verleure Belgenland verlaten heeft; hij is vicaris-generaal van het bisdom van Quilon, en wel gezien bij christenen en ongeloovigen. Nu en dan ontvangt hij gezantschappen van heidensche dorpen, die hem komen uitnoodigen om bij hen te gaan prediken.

Het gebeurde eens dat de aanzienlijksten van Onarlakadey, een gansch heidensch dorp, naar Mologamoede om hem kwamen. De Missionaris stemde toe in hun verzoek, maar op voorwaarde, dat zij eenen duivelstempel in hun dorp zouden vernielen, en in de plaats het kruis van Jesus-Christus planten.

Onder het gezantschap was de Peyâdi, dat is de duivelpape van dien tempel, en die er zelfs eigenaar van was.

Het scheen dat die Peyâdi van Onarlakadey met den duivel wel stond, want iederen nacht, had hij nauwelijks de gewoonlijke offerande opgedragen en den duivel beroepen om orakels te komen geven, of hij was aanstonds van satan bezeten. Na eenige opmerkingen stemden die van Onarlakadey en zelfs de Peyâdi toe, en beloofden van den volgenden Zondag zelve het kruis naar hun dorp te dragen. Den volgenden Zondag kwamen zij terug. Pater Victor gaf hun het kruis te dragen, en hij volgde, met vele christenen van Mologamoede. Te Onarlakadey aange-

[pagina 288]
[p. 288]

komen gingen zij recht met het kruis tot bij den afgodstempel.

Als de Heidenen bij den tempel vergaderd waren, deed Pater Victor hun eene aansprake en, naar den Peyâdi gekeerd: ‘Daar,’ zei hij, ‘is het kruis dat ik hier ben komen planten, maar eerst moet de duivel hier weg; gij waart de aanleider van het volk om hem hier te aanroepen, nu neem die bijle: het behoort dat gij den eersten kap kapt in uwen Narayannasâmi, alsook in den bewaarder die vóór den tempel staat. Die beelden moeten verbrijzeld, de brokken moeten weggedragen, en het kruis in het midden geplant worden.’ - De Peyâdi nam de bijle en kapte uit al zijne krachten op het beeld van den afgod. Varings wierd eene hieidensche vrouwe door den duivel bezeten; zij viel ter aarde en rolde op den grond, huilende en kermende: ‘Overal word ik hier weggejaagd!...’ - Als het huis van den duivelbewaarder viel, schreeuwde zij nog meer: ‘Overal word ik hier weggejaagd!...’

Als alles bereid was, plantte de E. Pater Victor het kruis; daarna kwamen allen, zoo wel heidenen als christenen, den boom der zaligheid vereeren en omhelzen. Verscheidene kloeke mannen grepen alsdan de bezetene vast, sleepten ze bij het kruis, en dwongen ze om het ook te kussen. Zij deed het, doch met diepe zuchten; toen besproeide haar de Missionaris met gewijd water, zij beefde door gansch haar lichaam, zij riep nog eens uit, al kermende: ‘'t Is gedaan, ik ben van hier verjaagd!...’ En zij viel met haar aanzichte op den grond vóór het kruis neder; na eenige oogenblikken sprong zij vreugdig op, van den duivel verlaten, en ging, uit haren vrijen wil, het kruis omhelzen. - ‘Zijt gij niet bevreesd?’ vroeg haar P. Victor. - ‘Neen-ik’, antwoordde de heidene,’ ik en ben niet benauwd,: ik heb uit geheel mijn herte aan den duivel verzaakt......’

Als de Missionaris Onarlakadey verliet, nam hij de twee zonen van den Peyâdi met hem, naar Mologamoede opdat zij te spoediger in de christelijke leeringe zouden onderwezen worden, en dan naar hun dorp zouden wederkeeren, om aan hunne ouders en andere heidenen de gebeden van de christenen te leeren. Eenige dagen daarna kwam de oude Peyâdi zelve P. Victor bezoeken, en hij verhaalde hem dat, sedert de vernieling van den tempel, de duivel hem alle nachten schrikkelijk kwol. - ‘Doch, zijt gerust, Pater,’ voegde hij er bij, ‘'t is gedaan voor altijd met den duivel in ons dorp: het kruis is geplant en 't zal geplant blijven; ik zal getrouw wezen aan den waren God.’ - Inderdaad, in December 1891, heeft de gewezen Peyâdi, met geheel zijn huisgezin, en een groot getal andere heidenen van Onarlakadey, nog eens plechtiglijk aan den duivel verzaakt, en het Heilig Doopsel ontvangen.

Dit zijn de gevarenissen dier kloeke west-vlaamsche helden, die, schier vergeten van hun eigen volk, ginder verre wreg, in den wijngaard des Heeren win- en werkzaam zijn.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken