Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 13 (1902)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 13
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 13Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.05 MB)

ebook (3.71 MB)

XML (0.89 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 13

(1902)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 289]
[p. 289]

[Nummer 19]

De Pelikaan

RINGSOM de zon rolt met ons op den aardbol een vrek. Bij vele volkeren, en wel bij de beschaafdste, wordt hij aanschouwd en afgebeeld als het behoeftigste aller schepselen. Hij zou bijwijlen, door uiterste armoede gedwongen, zijne hongerige kinderkes te voesteren hebben met zijn eigen hertebloed! In dergelijken nood verkeerende, zulks zou hem meermaals gebeuren, - de liefdevolle vader, zoo heet het in den volkszeg der beschaafden, brengt zijn eigen borst gapende wonden toe, en laat druppelende bloed daaruit, als spijs en drank, in den mond der bezwijkende kinderen leken.

Groet den weeldigen pelikaan; van hem willen wij spreken.

Van de honderden namen die onze vogel eertijds droeg en nu nog draagt, binnen en buiten Europa, gaan er slechts twee ons nauwer aan, te weten: ‘pelikaan’ en ‘onocrotal’. Truo, zijne oude Latijnsche naam; hakik,

[pagina 290]
[p. 290]

zijne Hebreeuwsche naam; catha, in het Chaldeeuwsch; kuk en alhausal (keel, krop) in het Araabsch, enz., enz. zullen we maar laten varen.

Nederlanders, Belgen en Franschen, kennen den vogel enkel onder den naam van pelikaan, een zijner twee Grieksche namen. Door welken invloed en wanneer aan ons, Westerlingen, en aan onze talen 's vogels Grieksche naam is opgedraaid geweest, - in andere Europeesche streken draagt de vogel eenen naam eigen aan de taal der streek, - en weet ik niet. Waarschijnlijk omdat de vogel ons vreemd is, hebben wij ons getroost met eene vreemde benaming.

Het w. ‘pelikaan’ wordt afgeleid van πέλϵκυς = bijl, vanwege de gedaante van 's vogels langen snavel. (Hoogl. Vercoullie en andere geleerden).

‘Onocrotal, - niet onocrotaal, - is zijn tweede Grieksche naam. Aldus genoemd, staat onze gast aangeteekend in de Latijnsche vertaling onzer gewijde boeken, te weten: Levi 11, - Deuter. 14, - Isa. 34, - Soph. 2, Pelicanus enkel Ps. 101, en daarenboven bij menigvuldige boekstellers van vroegere dagen. Onocrotal (ὄνος ezelken, κρότος gerucht) is zoo veel gezegd als; een die het gerucht of het geroep uitgeeft van een balkenden ezel. Deze zeldzame benoeming komt hem vanwegens zijn heesch en vervaarlijk keelgeluid. Hier vraag ik mij verwonderd af, hoe de dienaar Gods, Jan van Ruusbroec, wel heeft mogen de afleiding van het woord onocrotalus verstaan? Hij zegt, sprekende van den pelikaan, dien hij onocrotaluse noemt: ‘Hi es ghelic den swane, maer hi heeft dat ansichte alse een esel.’ Surius, in zijne latijnsche vertaling van 's mans werken, heeft voorzichtjes ‘dat ansichte’ van den ezel daargelaten, en vertaald: ‘editque velut asini ruditum’ ‘hij balkt gelijk een ezel.’ Jammer maar dat Surius onzen vogel, naar het gevoelen der ouden doet balken, ‘colloin aquaum merso’, het is te zeggen, wanneer de pelikaan den hals in 't water plompt. De pelikaan, zegt Buffon, en heeft in 't geheel niet noodig

[pagina 291]
[p. 291]

in het water te plompen om zijn heesch keelgeluid te laten hooren. Verre van alle water, in het midden der woestijnen, of gezeten op de takken van eenen boom, geeft hij zijn heesch en vervaarlijk balken uit even als op het water. Zulks schijnt waar te zijn voor den butoor of moerstier, die water in zijnen gorgel zou scheppen, beweren eenige deskundigen, om zijn stiersch geluid gemakkelijker uit te brengen. Ten onrechte wordt ook de moerstier onocrotalus geheeten bij enkele woordenboeksmeders. Het eigenste en het zelfde dient gezeid te worden van den kropvogel of kropgans, - alzoo schijnt J. David (op Ruusbroec, 11 Tabern., blz. 213 aanteek.) te meenen dat onocrotal = kropgans. - De cormoran of zeerave is ook ten onrechte door enkelen aanschouwd als wezende de onocrotal.

 

***

 

‘Hi es ghelic den swane’ zegt nog Jan van Ruusbroec (11 Tabern., bl. 213 r. 12). Man Gods, uwe onocrotal, onze pelikaan, is een zwemvogel even als de zwaan, ja; maar hij verschilt toch met den zwaan in vele zaken, in omtrent heel zijn leven. De pelikaan leeft op zout zoo wel als op zoet water, doch veelal op zout water; de zwaan leeft op zoet water alleen. Wel is waar dat de zee in het Angelsaksisch gedicht Beowulf Swanrâd, zwanenweg genoemd wordt (Simons Beowulf, blz. 103). Zwanenweg wilt hier eenvoudig waterweg bedieden, en de Angelsaksische dichter heeft het w. zwanenweg bij voorkeur gebezigd om de eischen van het stafrijm. Omdeswille van het stafrijm vindt men hier en daar in het gedicht dergelijke onnauwkeurige benamingen. Het w. zwanenweg = zee en heeft dus voor ons gezegde geen bezwaar. Is het zoo niet ook dat het edelhert ‘heideganger’ in het gedicht geheeten wordt, daar het veeleer bosch- of woudganger diende genoemd te worden? Immers de wensch van het edelhert is:

 
O qui me gelidis in vallibus sistat,
 
et ingenti ramorum protegat umbra! (Virgil.)
[pagina 292]
[p. 292]

De pelikaan is een geweldige visscher, ‘vorace et grand déprédateur’ zegt Buffon. Een rijke vischgrond zal hij in weinigen tijd doodvisschen. Nooit en vischt de zwaan; hij is tevreden niet zoetwater mosselen, waaraf de mensch zoo afkeurig is, met lijklakens of eekels, met wormen, met vischeieren of veurs, met puiden, met menigerhande zaad van water- of andere struiken, en met reit en dergelijk waterwied, die hij met volle bekken inslikt.

Lijviger dan de zwaan is ook de pelikaan; even als de albatros of stormvogel in den Kaap, wordt hij ‘hamel’ genoemd (miso) in Persiën; doch in verre na en is hij als de zwaan zoo edeldrachtig. Onze Germaansche voorouders, wanneer God hun een dochterke verleende, gingen vaak aan de schoonheid van den zwaan, voor het lieve schepselke, eenen naam afvragen en noemden het Svanhit (zwaan(h)wit), of het zwaanwitte meisje. Nooit en had de lijvige, zwaargebekte pelikaan, geladen met zijnen langen snavelzak, als voorbeeld mogen dienen van de schoonheid der edele Germaansche dochter. Is het niet omdeswille van dien snavelzak dat in de Savooische Alpen, waar hij soms verschijnt, de pelikaan den leelijken naam draagt van ‘Goîtreuse’, uit het w. Goître, kwabbel, (De Bo), de naam van eene keelziekte zeer gemeen aldaar en alwaar hooge bergen en diepe dalen bestaan. Bezonder is deze ziekte onder het vrouwvolk gemeen. 'k En zeg niet dat de pelikaan anderzins een onhebbelijke vogel is. Oh, neen toch! schoon zou hij eerder mogen genoemd worden. Het en is eventwel de schoonheid niet die in hem bewonderd wordt, maar veeleer de uiterste zorgvuldigheid met de welke de Goddelijke Voorzienigheid onzen vogel heeft uitgereed en gewapend tegen gebrek en armoede.

('t Vervolgt)



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken