Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 32 (1926)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 32
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 32Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 32

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.44 MB)

ebook (3.38 MB)

XML (0.64 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 32

(1926)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende


illustratie

Mengelmaren

Hopliepoop

In Biek. 1925, xxxi, 215, was er vrage naar den oorsprong van den naam ‘Oopliepoop’ vanuit Sweveghem.

In antwoord daarop:

Eerst, dat woord ‘Oopliepoop’ of ‘Hopliepoop’ (met zachte o in ‘-poop’) 'n schijnt niets te beteekenen uit zijn eigen. Aan een anderen kant niemand 'n meent te weten dat er vóór een goê-honderd jaar hier zulk een name bekend stond. Kan. Tanghe in zijn Geschiedenis van Sweveghem spreekt vele van den Steenen Molen, het Lammeken, het Schaliënhof, maar nooit van de herberge ‘den Hopliepoop’ die daartusschen ligt; en toch, daar waar die herberge thans is, aan den hoek der Ommegangstrate, stond er al in den Franschen Tijd een woninge die later de ‘de Hopliepoop’ is gedoopt geweest; werkelijk, van een vrouwtje geboren in 1822 heb ik weleens vernomen dat, toen zij klein was, de naam ‘Hopliepoop’ voor dat huis algemeen gold op de streke.

Ten tweede nu, een gissing. Die naam, maar-een aardig vreemd-zeggen, van over honderd jaar, zal wellicht een van die oorlogs- of legermanswoorden geweest zijn, alhier aan 't woekeren gerocht, zooals er thans vele in zwang zijn gekomen sedert het groot geweld van 1914. En inderdaad, omtrent 1814 was er een groote beroerte in 't gewesthier, uitdien dat de Bondgenooten al Audenaerde lagen en de Franschen te Kortrijk: Sweveghem was daartusschen als een stap- of een springsteen, en meer dan een letje-lang zijn daar Bondgenooten thuisgeweest. Welaan in een Hollandschen Keukenboek (van Juff. Mar. Haezebrouck) staat een oude bijzondere drank aangewezen, de Hoppelpoppel, uit eierdoren rhum en arak, iets dat wellicht voor geen ganzen gemaakt was! Zou 't soms omendom een glazeken zulken niet zijn dat de Bondgenooten, daar in dat huis dikwijls vernachtend, henzelven met smake verkloekt en verfrischt hebben, het drankje verorberend en den naam achterlatend? ‘Hoppelpopp(el)’! waaruit, met de Sweveghemsche ‘ie’ die zoo-

[pagina 120]
[p. 120]

geren overal indraait, ‘Hopliepoop’ is gegroeid? Ik zou wel durven zeggen vanja.

FDW.



illustratie

HIER in 't Noorden: doen de boeren de koeien op, als ze z'in 't Zuiden indoen om te melken.

DBo 'n geeft die wvl. eigenaardigheid niet-aan bij het woord ‘opdoen’, 't en zij in den algemeenen zin van optooien.

Die boerenspreuke van alhier schijnt wel overeen te komen met dien zin van optooien; want eer dat de koeien inkomen, wordt het stal gemest (vaneigen als 't noodig is), en de beesten krijgen ‘buikvullinge’. Ze zijn dus buiten en binnen opgedaan.

(Bekeghem).

FDW.



illustratie

WEET-je hoe thans de Schabeletters in Brugge gekleed zijn, wanneer ze op hun beste staan?

Volgens de nieuwsbladen ‘met een witten helm’ onderander ('t vlaamsch van ‘un casque’!). Sedert 14 dagen is dat. Maar 't volk in die 14 dagen, heeft al een echteren naam gevonden om dien ‘helm’ een brugsch gezichte te geven.

Alzoo: die mannen zijn gekleed met een vlieger (caban), en (hoorde 'k van verschilligen al) met een paar witte handschoenen en... een witten helm? - Neen... een witten kokerul!

‘Met een vlieger, een paar witte handschoen en een witten kokerul’. Zie-je ze staan?

Vgl. DBo op ‘kokkerulle’ = klein huisje, en klein koutertje. Een ‘kokkerulletje’ te Brugge heb ik weten zijn entwat enja... lijk een strontje; en men zegt er nog, tegen een klein boontje: ‘mijn zoete kokkerulletje’. Men vergete hierbij niet den ‘Cocorul’, een slag gedicht van voorheen (vgl. Oudemans, op dat w.), en de Ypersche ‘Cokerulle’ uit de XIIIe e., enz.

L.D.W.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken