Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 39 (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 39
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 39Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 39

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.01 MB)

ebook (3.73 MB)

XML (0.73 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 39

(1933)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Mengelmaren.

Vlaamsche Palm.

Een trouwe Lezer schrijft:

‘Onze Vlaamsche palm moet ook al plaats maken voor nieuw en vreemd goed: echte palm uit het Zuiden en nog veel meer valsche, geverfde palm (?), maar die “lang” is, waarmee ge kunt zwaaien in de processie.

Toen ik klein was, heb ik thuis altijd onzen palmboom weten staan: een buxus, d.i. een “palmboom” in den volksmond. Daarvan werden voor ons en voor de geburen die 't vroegen, de palmtakken gesneden. Hoevele eeuwen lang zijn onze voorouders op Palmenzondag naar de kerk geweest met takken van dien palmboom uit eigen streke en eigen grond? Ieder gezin liet een grooten tak wijden, en thuis werden de takjes er van op al de kruisbeelden gestoken, en bij 't wijwatervat om huis en stallingen te zegenen, en op de hoeken van 't land op Goeden Vrijdag.

Moet die oude Vlaamsche palmtak hem nu met schaamte wegduiken voor die preutsche en zwierige indringers in onze Palmprocessie? Is hij te volksch om in de handen van de priesters gedragen te worden? Rechtuit gesproken, ik zie onzen ouden en nederigen Vlaamschen palm veel liever dan die

[pagina 94]
[p. 94]

waaierige pluimen uit den vreemde. Die met onze kerkelijke gebruiken begaan zijn, zouden ze ook niet een beetje onbaatzuchtig ijveren om bij de menschen, te lande vooral, dat schoon gebruik van den “palmboom” staande te houden of weer in leven te brengen waar het vervallen is?’.

Puppen met de' puppere.:

een puppre is een zeer lichte ijzeren eegde gebruikt op de vlaschaards, en die al lichte wippen er over gaat. Werken met zulk een eegde is puppen.

Beveren-Roeselare.

J.G.

Beeren met nen beer.

(uitspr. scherplange e, gelijk teer, meer).

Een beer is een zevenscharre; met den beer werken is beeren.

Beveren (Roeselare) - Woumen.

G.M.

't Kerkhof lukken.

- 't Is Amelie van 't Hoekje die 't kerkhof èlukt ét. D.w.z. de eerste die na Nieuwjaar begraven wordt. Poperinge.

Benaaien.

Als iemand hem verhangen heeft, dan steken zij hem in een zak dien ze dan toenaaien, zooals ze dan zeggen: ze benaaien hem.

Watou.

Moncarey zijn meulen en zijn muil.

- Hij heeft een slag van Moncarey's meulen! zeggen ze in den zin van: een slag van den meulen, een slag van Slingers meulen: een beetje verdraaid.

- Hij is dommer of Moncarey's muil! Dat is: zeer dom.

Alzoo veel gezeid te Poperinge. Wie mag die Moncarey zijn of geweest zijn? en waarom zou hij die ‘eere’ in de volksspreuken verdiend hebben?

D.V.

Een muilband op een lampe.

Ze hadden den elektriek gekregen op hun kortweunste en de man had ook een lampe doen leggen al achter in de koterij, maar alzoo losliggend (een ‘balladeuse’ zeggen ze in 't Fr.), om er mee te kunnen rond gaan. 't Was een gewone lampe maar hij had ze zelf in een kooitje van ijzerdraad gevlochten tegen 't breken:

- M'hên der een muilband op gemaakt, zei hij.

Hulste.

G.M.

[pagina 95]
[p. 95]

Afheffen.

- Jonge terwe in den vorst, 't en is niet dat ze vervriest maar, gelijk dat ‘den ouden boer’ zegt, de dere is ‘da' z'ofheft’.

Af heffen, hier intrans. in den zin van: opgestoken worden.

Ooigem.

Scha-v'r-bate.

- 'k Hoorde gisteren hier entwien zeggen: 'k Heb m'n peerdjen op pensioen gezet!

Dat is weêral een onvlaamsche spreuke die eene oud-andere zuivervlaamsche aan 't verdringen is... of reeds heeft verdrongen.

‘Mijn peerd op pensioen zetten’ wil zeggen: 't peerd blijft het mijne, maar 'k heb het voor zooveel winter- of zomermaanden, of 1 of 2 jaar, op een ander hof gedaan en daar moeten ze 't voederen en onderhouden voor nieten, maar ze mogen 't ook terzelfder tijde gebruiken voor alle diensten, t'hunner bate.

Mijn grootvader, zaliger, uit wiens mond ik het zoo dikwijls hoorde, zette ook ‘op pensioen’ maar van hem 't waren koeien, en hij-zei dat veel schooner op vlaamsche wijze, met een spreuke die dan ten andere, over een goê honderd jaar, overal in zwang was in 't Noorden van West Vlaanderen (en elders zeker ook wel?).

- 'k Gaf ik, zei Grootvader, alle jare, 3-4 koeien ‘in scha-v'r-bate’ eene alhier, eene aldaar, een andere ginder op een verder hof; dat was met gesloten beurze van weêrskanten, 't is te zeggen: ‘schâ voor bate’

‘Schâ-v'r-bate’ klonk dat niet welluidender dan dat ‘op pensioen zetten’? Schâ-v'r-bate! 't Klinkt en 't zingt 'lijk een liedje!

E.B.

 

- Als er iets in uw ooge zit, doe die dan toe, en zeg me schoon na:

 
D'r steekt iets in mijn oog,...
 
't is geen goed of 't is geen kwaad,...
 
't is van Christus' en Maria's zaad.

Aldus het volksgeloof in Mechelen.

L.B. Muanda.

[pagina 96]
[p. 96]

Tegen den tram.

- 'k En zou van mijn leven op geen tram meer willen zitten! die eerdekruipers, die slekkestekers, dat en kan maar fokkebollen!

Uit den mond van Staf Gheeraert, lichtbewaarder op Sint Jan te Poperinge.

Als het sneeuwt op den 1n van Maarte:

- De nieuwe maarte [= dienstmeid] is thuis èkomen met è witte schorte aan: 't en zal geen goê zijn!

Poperinge.

Als de huisvrouwe zonder maarte (meisen, meid) zit en dat er heur geen andere en komt aanmelden: Ze moet veel lezen (bidden) voor 't verlatenste zieltje uit het vagevier en ze zal verhoord worden.

Kortrijk.

Flauwe melk.

Als de melk er afgelangd, flauw en blauw uitziet, dan mag de melkboer hooren: ‘Piere toch, wa' flauwe melk weeral, 't is juiste lijk voorloop van bleekers kloefen!’.

Brugge.

Krijschevangers.

Als de vischman met te kleenen levaard (versche haring) rondvent, dan mag hij hooren: Wel, Miel, 't zijn lijk krijschevangers, ge zoudt er compassie mee hên

Brugge.

Doodstampen.

Van een schoffelare die te vele met ne keer wil doen: ‘Jan zou alle werk doen, maar hij en 'raakt er niet deure, tenzij met er één goed te doen en er twee dood te stampen.’

Zandvoorde.

A.V.W.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken