Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 103 (2003)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 103
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 103Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 103

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 103

(2003)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Een huis van één nacht op cijnsgrond
(vraagw. 2002, blz. 404)

Prof. Mr. E.I. Strubbe, in zijn tijd een befaamd rechtshistoricus, heeft het bij nachte bouwen van een huisje grondig besproken in 't Beertje van 1967 (Overnacht bouwen van een meinachtkotje, blz. 6-12).

Hij kwam tot de conclusie dat er vroeger inderdaad een ongeschreven, maar algemeen aanvaarde gewoonte bestond, waarbij geduld werd dat armelui over nacht, na zonsondergang, een hutje mochten optrekken dat, hoe rudimentair en primitief ook, bewoonbaar was. Alles moest echter af zijn bij zonsopgang en de schouw moest kunnen roken.

Het betrof hier een soort volksgeloof en/of volksgebruik dat niet alleen bij ons bestond, maar ook in andere streken voorkwam (Wallonië, Frankrijk, Brabant, Wales, enz.). Steeds werden zulke huisjes opgericht op openbaar domein, op 's heren straten, in verlaten heidegebieden of in de duinen. Er zijn geen voorbeelden bekend van lieden die hun huisje neerpootten op privé-eigendom.

Strubbe stelde vast dat vele van die optrekjes ontstonden in de meinacht, dus tussen 30 april en 1 mei en daarom ook meinachthuisjes of meinachtkotjes werden geheten. Meinacht is een tijdstip dat in de folklore een speciale betekenis had (Biekorf 1998, blz. 249-257). Hij vond zelfs dat er in Veurne-Ambacht enkele verordeningen werden getroffen om zulke bouwseltjes te verbieden (in 1718, 1732 en 1743). In Veurne-Ambacht moet dit verschijnsel frekwent voorgekomen zijn, o.m. in de duinen langs de kust.

Het aangehaalde geval uit Avekapelle, te situeren omstreeks 1830, is ongetwijfeld een laat (of zelfs het laatste?) bekende geval van een meinachtkotje in die streek. In het bijzonder valt te noteren dat dit huisje-vanéén-nacht niet op een verlaten of openbaar domein, maar op een erf stond dat door de eigenaar voor een langere tijd en tegen een minieme vergoeding afgestaan werd (erfpacht, cijns of iets dergelijks).

[pagina 88]
[p. 88]

Zulke huisjes, bestemd voor doodarme mensen, werden geduld ter wille Gods. Onwillekeurig denken we ook nog aan andere liberaliteiten die aan de armsten uit onze maatschappij toegestaan werden, zoals o.m. het zanten, d.i. graanaren en overschotjes van de oogst (zoals kleine patatjes) oprapen op andermans land, juist na de oogst. Dit gebruik dat stand hield tot in onze tijden, verschafte de armen een beetje voedsel. Woning en voedsel (en kleren) zijn de primaire behoeften van iedere mens. Zoals voedsel werd bedeeld of dat er door de armen gezant mocht worden, zo ook was het hun toegestaan een huisje te bouwen om in te schuilen.

In de oudste tijden kwamen éénkamerhuisjes vaak voor. Een camere betekende een woning die alleen bestond uit amper één woonvertrek. Vaak werden zulke huisjes opgetrokken tegen kerken, zoals nu nog te zien is in Oudenaarde en in Veurne (Sint-Niklaaskerk).

Met de toenemende welvaart en de sociale voorzieningen verdwenen deze minihuisjes vlug uit onze samenleving. Moderne mensen verwonderen er zich dan ook over dat het ooit anders was.

Het woord meinachtkotje staat reeds niet meer bij De Bo (West-Vlaams Idioticon) 1873, in Gezelles Loquela of bij Schuermans (Algemeen Vlaams Idioticon).

A.B.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken