Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 1

Toekenning van pensioen aan de dochter van den overleden³⁾ Schout bij Nacht Jacob van Cooperen, 1742.

Is gehoord het rapport van de Heeren Gecommitteerden tot de zaken van de Financien, ingevolge en tot voldoe-

3) 1732 overleden.

[p. 182]

ninge van des Raads Resolutie van den 30 October 1742¹⁾, geexamineerd hebbende de Requeste²⁾ van Maria Antonette van Koperen, dogter van wijle Jacob van Koperen en klijndogter van wijlen Johan van Brakel, beyde in qualiteyt van Schout bij Nagt van de Maze, den Lande veele jaren na den anderen gedient hebbende, versoekende om redenen, bij de voorsz. Requeste geallegeert, met een jaarlijks pensioen te mogen werden begiftigd. Waarop gedelibereerd en in agting genomen zijnde, dat der suppliante voornoemde vader den Lande veele jaren als Schout bij Nagt heeft gediend, en derselver groot-vader als Schout bij Nagt van dit Collegie sijn leven in dienst van den Lande heeft verloren³⁾; en daarbij geconsidereerd sijnde de ongelukkige en beklaaglijke toestand waarin de suppliante haar bevind, - Is goedgevonden en verstaan, dat aan de suppliante sal worden geaccordeerd en toegelegd, so als haar geaccordeerd en toegelegt werd mits desen, een somma van twee honderd vijftig guldens jaarlijks. En dat deselve ten dien eynde op de Werf Lijste sal werden gebragt met den naam van M.A. van Coperen, met dien verstande nogtans, dat deselve Maria Antonetta van Coperen komende te huwelijken, ofte dat den Raad eenige wezentlijke redenen daartoe mogte hebben: dat in soodanigen geval de voorsz. geaccordeerde gifte van twee honderd vijftig guldens jaarlijks sal cesseren en aan haar suppliante niet meer werden betaalt.⁴⁾

1) Bij de Admiraliteit op de Maze ontbreken even als bij de overige een groot gedeelte der Resolutien, ten gevolge van den brand bij het Departement van Marine in 1844.

2) Niet aanwezig.

3) 10 Julij 1690 gesneuveld bij Bevesier.

4) Bisdom als voren. Admiraliteit Personeel III. Zonder dagteekening.