Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 2 (1879)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 2
Afbeelding van Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.75 MB)

Scans (15.13 MB)

XML (0.76 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 2

(1879)– [tijdschrift] Bijdragen en Mededeelingen van het Historisch Genootschap–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Verzoekschrift van Pieter Woutersz. van Zierikzee,Ga naar voetnoot1)
als Raad gediend hebbende in de vloot van den Commandeur Quast, om betaling van gemaakte onkosten enz., 1618.

Aan de Ed. Hoochmo. Heeren, mijn Ed. Heeren die Staten Generael der Vereenichde Nederlanden.

Verthoont met gedyenstige eerbiedinge Pieter Woutersz. van Z.zee, Ordinairis Raet bij de Commandeurs ter zee,

[pagina 114]
[p. 114]

hoe dat hij, suppliant, met U Ed. Ho. Mo. appostille hem gevonden heeft bij de Heeren van de Admiraliteyt tot Hoorn ende Enkhuysen, d'welcke hem mede hebben voor het overwinnen van twee Turksche rovers geconfereert zeecker somme van penningen, gelijck den Commandeur Quast en Officyers ende andere bootsgesellen genoten hebben. Ende alsoo vuyt dezelve requeste claerlijck conde gespeurt worden de goede sorge, die hij suppliant neffens den Commandeur nacht ende dach gedragen heeft, om 's Lants vloote in goede ordonnantie te houden, den vrijbuyters naer te jagen, schieten, abordeeren ende allen affbreuck te doen. Oock mede alle naersticheyt gedaen om eenige landen, havenen ende bayen aentezoucken. Dat mede hij suppliant, in alle voorvallende sware zaecken, 's Landts eere ende reputatie, neffens den Commandeur ende Capiteynen, bij allen Heeren ende Gouverneurs in Spangien, door de Spaensche spraecke moet bewaren, ende altoos vuytten name van U Ed. Ho. Mo. moet voorgaen, om nu alle molestatien te eviteren; waerdeur hij suppliant aldaer compt te geraecken in grote costen, boven zijnne vuytredinge ter zee, om hem naer behoren voor de langen reysen te versyen. Ende dat mede hij suppliant grote extraordinarise oncosten is doende, omme van Z.zee naer Amsterdam, Enckhuysen nae Texel te varen, alwaer hij moet wachten naer den wint, tot dat 't schip t'zeyl gaet, ende midlertijt groot gelt aldaer is verterende, zonder dat hem, suppliant, daer voor oyt eenige recompense is gegeven geweest, nochte en heeft hij, suppliant, oyt eenich proffijt van de plunderinge genoten, omme daer mede eenige zijn extraordinaris oncosten te mogen vervullen.

Alle 't welcke geconsidereert, ende dat hij, suppliant, in recompense van sijn verminckte leden, in 's Landts dyenste in den Straet van JublitarGa naar voetnoot1) becomen, nyet meer en heeft

[pagina 115]
[p. 115]

als een tractement van vyer honderd car. guldens 's jaers, waer van hij, suppliant, treckende zij, met voorsz. oncosten bevindt datter geen twee hondert guldens connen overschyeten omme met vrouwe ende kinderen aff te leven. Ende alzoo hij, suppliant, den xxiiij Meye lestleden, is innegecomen ende maer eenen dach thuys is geweest, ende voorts gestadelijck alhyer in den Hage heeft leggen wachten, omme van U Ed. Ho. Mo. bescheit te hebben van de schriften ende afbeeldingen in wat voegen dat men de stadt van ArgiersGa naar voetnoot1) dwingen, ende vrijbuyters vuytter zee souden crijgen, U Ed. Ho. Mo over gegeven. D'welcke hij, suppliant, mede tot sijnne grote costen, ende vuyt een sonderlinge ijver ten dyenste van 't Vaderlandt in 't net heeft doen stellen; doch als noch geen expeditie van U Ed. Ho. Mo. becomen, omme naer huys te mogen vertrecken ende hem weder op de aenstaende reyse gereet te maecken. Is daer omme genootdrukt hem aen U Ed. Mo. te keeren, gedyenstelijcken verzouckende, dat U Ed. Ho. Mo. insyende 't gene voorsz., gelyeven sijn suppliants voorschr. oncosten, zoo in Spangien als anders tot desen dage toe geleden, bedragende wel over de drye hondert car. guldens, zulcx te recompenseren ende vergoeden, als U Ed. Ho. Mo. naer hare gewonelijcke discretie bevinden zullen te behoren; oitmoedelijck om goet ende cort affscheyt, op dat hij, suppliant, alle vordere teercosten alhyer mach schouwen. Dit doende etc.

Gepresenteert den xx Julij 1618.

Buiten op staat: Requeste voor

Pieter Woutersz., wonende tot Z.zee.

voetnoot1)
Zie over hem Kronijk, jaargang 1875.
voetnoot1)
Gibraltar, 1607.
voetnoot1)
Algiers.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken