Het Boek. Jaargang 2

Uit Noord- en Zuid-Nederlandsche bibliotheken.

Amsterdam. - Universiteitsbibliotheek. - Door Mej. A.B. Ledeboer als erfgename van den heer C.N. Wybrands, te Amsterdam overleden op 16 Aug. ll., is overeenkomstig diens uitgesproken verlangen aan de gemeente Amsterdam geschonken een fonds van ƒ 18000.-. Hiervan behoudt de erfgename tot haren dood het vruchtgebruik, daarna zal de rente aan de Universiteitsbibliotheek ten goede komen. Zij zal moeten dienen voor aankoop en onderhoud van boeken over beschavingsgeschiedenis, voornamelijk Nederlandsche, in den ruimsten zin, d.i. met inbegrip van geschiedenis der letterkunde, kerkgeschiedenis enz. Uit de boeken door den heer Wybrands nagelaten mag bovendien door den bibliothecaris der Universiteitsbibliotheek alles worden uitgezocht, waarvan hij het bezit voor de bibliotheek gewenseht acht. Deze boeken, en die welke later uit het fonds zullen worden aangekocht moeten voorzien worden van een etiket, waarop: ‘Legaat C.N. Wybrands en N. Wybrands-de Wit.’ Overdracht aan of overplaatsing in een volksbibliotheek of leeszaal is verboden.

De schenking is op voorstel van B. en W. door den Gemeenteraad met waardeering en dank aanvaard

's Gravenhage. - Haagsche Bibliotheekgids door Fanny Simons, 's Grav. Mart. Nijhoff. - Na de uitgaaf van den Nederlandschen Bibliotheekgids acht mej. Simons voor de grootere steden plaatselijke gidsen noodig. Zij beoogt met dezen Haagschen gids het nut van het groote publiek, zoowel als van de studeerenden, en meent bovendien

[p. 379]

een gezichtspunt te openen voor een geheel nieuwe bibliotheek politiek. Het gelukte haar, door het rondzenden van vragenlijsten inlichtingen te krijgen over 136 Haagsche bibliotheken (hehalve nog de schoolbibliotheken), en dezen rijken voorraad gegevens trachtte zij min of meer systematisch te ordenen. De behandeling is uitvoeriger dan in den Nederlandschen bibliotheekgids - de Koninklijke heeft hier 4 bladzijden, daar slechts anderhalve -, maar van denzelfden aard; voor omstandige beschrijvingen, zooals in de Handleiding en Gids voor de Utrechtsche bibliotheek gevonden worden (zie hiervóór bl. 315) was hier geene plaats. Op de Koninklijke bibliotheek volgt de Openbare leeszaal, de algemeene volksbibliotheken, en kinderbibliotheken, en de bibliotheken van besloten gezelschappen, van kerkgenootschappen enz. In de volgende afdeelingen komt de systematische rangschikking duidelijk uit: geschiedenis en aardrijkskunde, staats- en rechtswetenschappen, krijgskunde, liefdadigheid, scholen, natuurwetenschappen, geneeskunde enz., techniek, handel en verkeer, kunst en letteren. Een alfabetisch register op de namen der instellingen en de voornaamste onderwerpen maakt het zoeken gemakkelijk. Het geheel is een net en handig boekje, dat eerbied wekt voor de zorg en toewijding die er aan besteed is, en zeker velen nut en gemak kan geven.