| |
| |
| |
Lijst der wiegedrukken.
1. Biblia latina, cum postillis Nicolai de Lyra, Pauli Burgensis additionibus et replicis Matthiae Doringk. Pars I-III. Neurenberg, Anton Koberger. 1487, 3 Dec. 3 dln. [Het volledige werk bevat 4 dln.] fol.
P. I: 468 ongen. bldn., waarvan de signatuur a (= bl. 1-10) ontbr. Signat.: [a]-z, ꞇ, aa-zz, ꞇꞇ, ᶗᶗ10, behalve b, ee en xx12, i, k en q8, p, pp, qq en ᶗᶗ6 en hh4. P. II: 370 ongen. bldn. Signat. A-Z, Aa - Pp10, behalve F, H, Cc, Dd en Pp8. P. III: 348 ongen. bldn. Signat.: AA-ZZ, AAA-NNN10, behalve HH en NN12, OO, GGG, HHH en NNN8, VV en XX6. P. IV: ontbr. 2 col. 72 reg. Houtsneden.
Pars I: Bl. 1-10 ontbr. Bl. 11 a (m. signat. b), col. 1, tekst: paulatim9 ∥ ꞇꝓ ∥ īcremēta sur ∥ gētes: q̄ndecī graduūꞇnue- ∥ etc. Ald., comment., col. 1: tria. Et ita paulatī ꞇ ꝓ ïcremēta multiplicādo ꝓcede- ∥ etc. Bl, 468 a, col. 2, in fine textus: Explicit oratio ma ∥ nasses regis iuda. ∥ Ald., in fine commenti: Explicit oratio regis manasses. ∥
Pars II: Bl. 1 a (m. signat. A), tekst: Incipit prefatio beati ∥ hiernonymi p̃sƀri in librum ∥ Esdre. ∥ Bl. 261b, in fine textus: Explicit psalterium. Ald., in fine commenti: Explicit postilla supra [Pellechet: super] librū psalmorum edita a fra ∥ tre Nicolao de lyra ex ordine minorū sacre theologie ∥ doctore excellentissimo. ∥ Bl. 262 blank. Bl. 370 a, col. 2, in fine textus: Explicit liber ∥ Ecclesiasticus. ∥ Ald., in fine commenti: Postilla venera ∥ bilis fratris Nico- ∥ lai de lyra [Pellechet: lira] super ec ∥ clesiasticuz finit fe- ∥ liciter. ∥
Pars III: Bl. 1 a (m. signat. AA), col. 1, tekst: Incipit prologus ī Esa ∥ iam ꝓꝓhetam. ∥ Bl. 348 a, col. 2, in fine textus: Explicit seđs liber Ma ∥ chabeorum. Ald., in fine commenti: Explicit postilla Nicolai de lyra suꝓ vetus testm̄ cum ∥ expositōibus britonis in ꝓlogos Hieronymi. ꞇ cum ad- ∥ ditōibus Pauli ep̄i burgcn̄. [sic] ꞇ correctorijs earundē addi- ∥ tionum editis [Hain en Pellechet: editus] a Mathia doringk ordinis minorum. ∥
Pars IV: ontbreekt.
HC. *3167. Pellechet 2346. Brit. Mus. II, 431 vlg. (IB. 7384). VB. 1728. Proctor 2060. - Pars II en III verschillen, zooals boven aangeduid, in sommige punten van Hain en Pellechet.
Door Mertens (Cat. I, 59) met het volgende nr. als één werk behandeld. In 't begin van den tekst in P. II de initiale U, in P. III de initiale N met de hand ingevuld in blauw en goud, de andere initialen doorgaans in rood, soms in blauw, de initiaalstreepjes overal in rood. Op eerste bedrukte blad van ieder deel de aant. met de hand: Bib. S. Mich. Behoorde dus aan de Premonstratensen-abdij van Sint-Michiels te Antwerpen. Gestreepte en gestempelde perkament-banden, houten borden, overblijfselen van koperen sloten. Dln. I en II op eenige plaatsen door water beschadigd.
B. 460a.
2. Biblia latina cum glossulis tam marginalibus quam interlinea-ribus ordinariis una cum Nicolai de Lyra postillis. Pars V. Bazel, Johannes Froben & Johannes Petri. 1498, kalendis decembribus [1 Dec.]. fol.
| |
| |
HC. *31725. Pellechet 33515. Brit. Mus. III, 791 vlg. (IB. 37895), pars V. VB. 5985. Proctor 77635.
Door Mertens (Cat. I, 59) met het voorgaande nr. als één werk behandeld. Initialen met de hand ingevuld in blauw of rood, een enkele (bl. 5 a) opgemerkt in blauw en rood; rubriekteekenen in rood. Op schutblad, vóór den titel, aant. met de hand: A Monsieur Gaudry, chanoine de ... 1661; de plaatsaanduiding niet te ontcijferen. Bruin lederen band met fraaien stempel in goud, op voor- en achterplat: Christus aan 't kruis, met Maria en Johannes. Daarboven, opdruk in goud, op voorplat:
F. ROGERVS, op achterplat: BRADSHAV.
B. 460b.
3. Hungaria (Michael de). Sermones tredecim. S.n.l. et a. [Leuven, Jan van Westfalen, ca. 1481-1482.]. 4o.
Cop. 3201. Campbell 1245.
Vastgeplakte perkamenten schutbladen met Hs. in 16e eeuwsch schrift (onleesbaar). Op eerste van twee schutbladen vooraan gebonden, aant. met de hand: Iste liber pertinet martino de arschot. Si quis inveniat, amore Dei sibi redde. Daaronder, in andere hand: Franciscus a groeuendonck. Op bl. 2 a, boven: Sum Francisci a Groeuendonck. Initialen, rubriek teekenen en initiaal-streepjes met de hand bijgevoegd, in rood; vele plaatsen in tekst rood onderlijnd. Donkerbruin lederen band, gestreept en gestempeld; houten borden; overblijfselen van sloten.
B. 463.
4. Johannes Junior. Scala coeli. Leuven, Jan van Westfalen. 1485. fol.
HC. 9408. Campbell 1044. VB. 4915. Proctor 9236.
Samengebonden met Nr.. 23. Fol. 1 blank: de titel vermeld door Campbell ontbreekt. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld met rood of blauw, de initiale V op bl. 3 a in rood en blauw, de initiaal streepjes in rood. Zie Nr. 23 over herkomst en band.
B. 464.
5. Nieder (Johannes). Tractatus de morali lepra. S.n.l. et a. [Keulen, Ulrich Zell. ca. 1470]. 4o
H. 11814. VK. 866. Brit. Mus. I, 185 (IA. 2826). Proctor 845.
Door Mertens (Cat. II, 59) met de twee volgende als één nr. behandeld. Op blz. 1 a op rechter kant, aant. met de hand: N.P.L.M. Aldaar, onderaan: Bibliothece D. Michaelis Antwerpie, op blz. 2 a boven: Bibliothece S. Michaelis. Op laatste bladzijde van het hierbij gebonden Nr. 7: Fratris Raphaelis Sebastiaens et suorum. Initialen, rubriekteekenen, initiaal-streepjes en strepen onder sommige plaatsen van tekst met de hand bijgevoegd, in rood. Aant. op kant. Lichtbruin gestreept lederen band, houten borden, overblijfselen van sloten. - Hierbij zijn gebonden Nr. 6 en Nr. 7.
B. 465a.
6. Seneca (Lucius Annaeus). De quattuor virtutibus cardinalibus. S.n.l. et a. [Keulen, Drukker van de Historia S. Albani. ca. 1474]. 4o.
Cop. 5362. VK. 1072. Brit. Mus. I, 214 (IA. 3404). Proctor 1003.
Samengebonden met Nr. 5 en Nr. 7. Initialen, rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld in rood. Zie Nr. 5 over herkomst en band. De ware auteur van 't geschrift De quattuor virtutibus, sive de formula honestae vitae is bisschop Martinus Dumiensis.
B. 405b.
| |
| |
7. Seneca (Lucius Annaeus). De remediis fortuitorum. S.n.l. et a. [Keulen, Drukker van de Historia S. Albani. ca. 1474]. 4o
Cop. 5373. VK. 1071. Brit. Mus. 1, 214 (IA. 3402). Proctor 1002.
Samengebonden met Nr. 5 en Nr. 6. Voor band en herkomst zie Nr. 5. De initialen, rubriek-teekenen, initiaal-streepjes en strepen onder de opschriften bijgevoegd met de hand, in rood.
B. 465e.
8. Nieder (Johannes). Manuale confessorum. S.n.l. et a. [Leuven, Jan van Westfalen, ca. 1481]. 4o.
HC. *11837. Campbell 1281. Proctor 9280.
Door Mertens (Cat. II, 58) met het volgende als één nr. behandeld. Bl. 64 (blank) ontbreekt; een blank blad van voren, de signat, van eerste bedrukte bl. is echter a. Hierbij is geb. Nr. 9. Moderne band, met het wapen der stad Antwerpen op den rug. De initialen niet ingevuld; rubriek-teekenen met de hand ingevuld, in zwart. Randaant. met de hand.
B. 466a.
9. Mensa philosophica. [Door Theobaldus Anguilbertus Hybernensis]. Leuven, Jan van Westfalen. S. a. [ca. 1481]. 4o.
HC. 11078. Campbell 1240. Proctor 9276.
Samengebonden met Nr. 8. Verschilt van het door Campbell beschreven exemplaar in de volgende punten: 1) Bl. 1 (blank) ontbreekt; 2) de tabula (= bl. 2-6, volgens Campbell) is achteraan gebonden en vormt bl. 77-81 van 't onderhavig werk; 3) de door Copinger en Campbell voor deze tabula vermelde signat, a2 en a3 ontbreken: de bl. 77-81 hebben geen signaturen. Initialen, rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood. Zie Nr. 8 voor band.
B. 466b.
10. Sylvaticus (Matthaeus). Liber pandectarum medicinae. S.n.l. et a. [Straatsburg, Adolf Rusch (R-drukker)]. fol.
HC. *15192. Brit. Mus. I, 64 (IC. 676). VB. 2128. Proctor 251. Groningen 174.
Initialen, rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood de initiale N op bl. 2a, in rood en blauw, een aantal andere in blauw. Op bl. 2a boven, aant. met de hand: Bibl. Tongerl.; dus voortkomstig van de abdij van Tonger-loo, prov. Antwerpen. Bruin lederen band; rug: titel, versieringen en het wapen van genoemde abdij. Vgl. Nrs. 37, 58, 65 en 71. Bevat 308 bldn. (bl. 1 blank inbegrepen), niet 300, zooals Mertens (Cat. I, 59) vermeldt.
B. 467.
11. Tambaco (Johannes de). Consolatio theologiae. S.n.l. et a. [Spiers, Georg Reyser (en Johannes Beckenhub?)]. fol.
HC. *15236. Brit. Mus. II, 484 (IB. 943). Proctor 338. VB. 2171. Groningen 175.
Deze druk wordt door Proctor en Voulliéme aan den drukker van den Henricus Ariminensis te Straatsburg toegeschreven. De rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood; de initialen zijn overal achtergebleven, behalve op bl. 1a van de tafel, waar de initiale P in blauw en de initiale S in rood ingevuld zijn. Die tafel is vooraan gebonden en is dus = bl. 1a-6a (in plaats van bl. 287a-292a in het door Hain beschreven ex.). Op schutblad, tegenover bl. 1a, aant. in handschrift van 't begin der 19e- eeuw: Haec secunda editio Consolationis theologicae J. de Tambaci, impressa est Parisiis, offic. Petri Caesaris et Joh. Stol, ca. ann. 1475. La Serna Santander. Diet., vol. 2. Bedoeld is: La Serna Santander, Diet, bibliogr., III, 384 vlg., Nr. 1275, waar een druk van 't onderhavig werk zeer oppervlakkig beschreven wordt; volgens nieuwere opsporingen blijkt de bewering van den aan- | |
| |
teekenaar onjuist te zijn. - Op bl. 1a van tafel (bl. 287a Hain) aant. met de hand: Monasteij S. Salvatoris Antuerpie; dus eertijds eigendom van 't klooster van Sint-Salvator te Antwerpen. Donkerbruine lederen band, met overblijfselen van koperen sloten; houten borden. Titel op voorplat, op geel perkament geschreven, en in koperlijst met neetjes op band vastgemaakt.
B. 468.
12. Fasciculus temporum. [Door Werner Rolevinck]. S. l [Keulen], Conrad [Winters] de Homborch. 1476; feria sexta ante Martini episcopi [8 Nov.]. fol.
H. *6919. VK. 1028. VB. 859. Proctor 1160. - Verschilt van H. en VK.: 74 bldn. (in plaats van: Hain 73 bldn., en VK. 76 bldn.) Bl. 1 blank (overeenkomstig met VK.). De Tabula (= bl. 1-8 bij Hain; = bl. 2-9 bij VK.) is achteraan gebonden. Twee blanke bladen (= bl. 75 en 76 bij VK.) tusschen den tekst en de Tabula. Ontbreken de twee blanke bladen (= Hain: bl. 9 en 10; = VK.: bl.10 en 11), die op de Tabula moesten volgen.
Op bl. 1a (blank) de aant. in 16e-eeuwsche hand, doorgehaald: 1541. A Monsgr maistre thomas du kene(?), chanoine d'Anvers, op bl. 1b (insgelijks blank), zeer waarschijnlijk in het handschrift van Miraeus: Bibliothecae publicae Antuer piensi Franciscus Sweertius F. Antuerpiensis L.M.D.D. CD D CVIII IIII July. Het boek behoorde dus in 1541 aan Thomas du Kene(?), kanunnik te Antwerpen en werd, op 4 Juli 1608 door P. Sweertius' zoon, aan de Antwerpsche bibliotheek geschonken; het is evenwel niet vermeld in de Primordia van Miraeus. Van de talrijke houtsneden zijn enkele (zie: bl. 2b, 9a en 9b) met de hand gekleurd. Licht- en donkerbruin gemarberd lederen band, gestreept en gestempeld. Achteraan bijgebonden: F. 461 (Geen incun.).
B. 469.
13. Tortellius (Johannes). Orthographia. Vicenza, Hermann Lichtenstein. 1480, 31 Oct. fol.
HC. *15567. Proctor 7158.
318 bldn. (bl. 1 en 318 blank inbegrepen). Op bl. 2a, in de plaats open gelaten voor de initiale C, aant. met de hand: Bibl. Tongerl. Behoorde dus aan de aloude Premonstratensen-abdij te Tongerloo, prov. Antwerpen. Moderne band (vermoedelijk 18e eeuw).
B. 470.
14. Themistius. Paraphrasis in posteriora Aristotelis. Treviso, Bartholomaeus Confalonerius & Morellus Gerardinus de Salodio. 1481, 15 Febr. fol.
HC. * 15463. Proctor 6488.
Op bl. 2a boven, aant. met de hand: Bibl. Tongerl. Behoorde dus aan de abdij van Tongerloo, prov. Antwerpen. Bruine lederen band, zwart gemarberd, vermoedelijk van de 18e eeuw. Enkele initialen (op eerste bldn.) met de hand ingevuld, in zwart.
B. 471.
15. Ludolphus de Saxonia. Vita Christi. Neurenberg, Anton Koberger. 1483, in b. Jacobi profesto [24 Juli], fol.
HC. *10294. Brit. Mus. II, 426 (IB. 7309). VB. 1700. Proctor 2037.
Op bl. 1a, boven tekst, aant. met de hand: D. Nicolaus Gilloeus (ofwel Gillecus?), beneden, onder den tekst + Aegidius Buys, Dominicanus Antuerpiensis. Ao 1617. 16 Januarij. Initialen en ubriek-teekenen ingevuld in rood, hoofdletters in tekst
| |
| |
met rood puntje voorzien, vele plaatsen in rood, andere in zwart onderstreept; aant. met de band op kant van bladen. Gestreepte bruinlederen band met koperen plaatjes en nageltjes, houten borden, overblijfselen van sloten; ingelijste geschreven titel op voorplat.
B. 472.
16. Gerson (Johannes). Opera. Pars IV. Keulen, Johannes Koelhoff, vader. 1484, in vigilia S. Mathiae apostoli [26 Febr.]. fol.
HC. *76214. Pellechet 51244. VK. 4584. VB. 781. Proctor 10564. Groningen 904.
Initialen, rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood. Op bl. 1a, boven, aant. in hand van 16e eeuw: Pro monasterio mentis Sion apud Machlinia. xxviij [1528]. Stempel, op bl. 1a, rechts: Département des Deux-Nèthes. Administration centrale, en, daarboven, met de hand geschreven: B.C. [Bibliothèque communale] 276. P(?) Dus oorspronkelijk eigendom van het nonnenklooster van den Berg Sion of Sionsberg, gewoonlijk genaamd Blijdenberg, bij Mechelen, en door het Fransche beheer aan de Bibliotheek gekomen. Donkerbruin, gestreept en gestempeld lederen band, waarvan rug en een deel van beide platten in lichtbruin leder ruw hersteld; houten borden. Overblijfselen van koperen sloten; gaten in de platten wijzen de plaatsen van vroeger aanwezige versieringen in metaal aan, die cirkelvormige afdrukken nagelaten hebben. Het schema van strepen en ruitvormige afdeelingen, zoowel als de met stempels aangebrachte versieringen laten Duitschen oorsprong van band vermoeden. Vgl. hierover; A.G. Roos, Cat. incun. Groningen; blz. 4.
B. 473.
17. Ausmo sive Auximo (Nicolaus de). Supplementum summae Pisanellae. Neurenberg, Georg Stuchs (voor Anton Koberger). 1488, 20 Juni. 4o.
HC. *2168. Brit. Mus. II, 467 vlg. (IB. 8049). Pellechet 1641. Proctor 2260. VB. 1903.
368 bldn., eerste en laatste bl. blank; het door Hain beschreven ex. miste naar allen schijn beide blanke bldn. Bl. 367b, col. 1 heeft 49 reg. in plaats van doorgaans 47. Ruimte voor initialen overal oningevuld gebleven. Op bl. 1a (blank), aant. met de hand: Remacli Huardtt. en, daaronder, in andere hand: Ioës Huartt; op bl. 2a, boven den tekst: Carm. Discalc. Mechlinie. Behoorde dus achtereenvolgens aan Remaclus en Johannes Huart en aan het klooster der Ongeschoende Carmelieten (ofwel Carmelieterssen?) te Mechelen. Gebonden in bruin leder en houten borden; de laatste slechts op een breedte van 9 cm. met leder overtrokken, latende de borden op een breedte van 7 cm. bloot. Over deze soort van bindwerk, vgl. W.H.J. Weale (Bookbindings and rubbings of bindings, blz. CXV): ‘A large proportion of books, both manuscript and printed, produced in Germany were, untill well into the sixteenth century, bound in boards, only the back and from a quarter to a third of the sides being covered with leather or pig-skin.’ Het leder in 't onderhavig ex gestreept en gestempeld; de sloten die met klinknagels aan de borden vastgemaakt waren, zijn er af.
B. 474.
18. Panormitanus (Nicolaus). Lectura super primo libro decretalium, pars 1 & 2. Bazel, Johannes de Amerbach. 1488. fol.
HC. *123151. Brit. Mus. III, 749 (IB. 37303)- VB. 438. Proctor 757.
Door Menens (Cat. I, 61) met de vier volgende als één nr. behandeld. Op bl. 2a boven, aant. met de hand: Bibliothece Abbatie S. Salvatoris Antuerpie. Behoorde dus aan het klooster van Sint-Salvator (Pieter-Potsklooster) te Antwerpen, in 1652 tot abdij verheven. Rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld in
| |
| |
rood, initialen in blauw of rood, Gestreepte en gestempelde bruin lederen band, houten borden, overblijfselen van sloten.
B. 475a.
19. Panormitanus (Nicolaus). Lectura super secundo libro decretalium, pars 1. Bazel, Johannes de Amerbach. 1487. fol.
HC. *123152. VB 436. Proctor 7573. Brit. Mus. III, 749 vlg. (IB. 37302).
Samengebonden met Nr. 20. Initialen, rubriek-teekenen, enz., band en herkomst = Nr. 18
B.475b.
20. Panormitanus (Nicolaus). Lectura super secundo libro decretalium, pars 2. Bazel, Johannes de Amerbach. 1487. fol.
HC. *123153. VB. 437. Proctor 7574. Brit. Mus. III, 750 (IB. 37304).
Gebonden vóór Nr. 19. Initialen, rubriek-teekenen, enz.; band en herkomst = Nr. 18.
B. 475e.
21. Panormitanus (Nicolaus). Lectura super secundo libro decretalium, pars 3. Bazel, Johannes de Amerbach. 1488. fol.
HC. *123154. VB. 439.
Hierachter is gebonden Nr. 22. Initialen, rubriek-teekenen, enz., band en herkomst = Nr. 18.
B.474d.
22. Panormitanus (Nicolaus). Lectura super tertio libro decretalium. Bazel, Johannes de Amerbach. 1488. fol.
HC. *123155. VB. 440.
Samengebonden met Nr. 21. Initialen, rubriek-teekenen, enz., band en herkomst = Nr. 18.
B. 475e.
23. Saliceto (Nicolaus de). Antidotarius animae. Leuven, Jan van Westfalen. S. a. [ca. 1485]. fol.
HC. 14155. Campbell 1495. Proctor 9254. VB. 4931.
Hierachter is gebonden Nr. 4. Op bl. 1a (blank), aant. met de hand: ... fratris Henrici Siluani, cappellani in Leewis super Teneram ex dono Dni. Anthoni De Pottere. Volgen verschillende aant., meestal doorgehaald, en dan, van andere hand: H. VD. Bosche, cappellane te Dender Leew. Op bl. 2a, tusschen overschrift: Tabula en tekst, aant. met de hand: Bibliothece Sti. michaelis, en, in den rechterhoek, boven: f. N.V.C.P.S. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld, in rood, somtijds in blauw, initiaal-streepjes altijd in rood; de initiale V op bl. 6a zorgvuldiger, in verschillende kleuren. Enkele aant. met de hand op kant van bladen. Lichtbruin gestreept en gestempeld lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten.
B. 476.
24. Geminiano (Johannes de Sancto) [= Helwicus Teuton icus]. Liber de exemplis et similitudinibus rerum. Libri V-X. S.n.l. et a. [Deventer, Richard Paffroet. ca. 1477]. fol.
Cop. 2649. Campbell 1040. Proctor 8955.
Ontbreken libri I-IV; begint met signat, a2 ([a1] blank) en bevat signat, a-z10., aa-bb10, cc8. Het ontbrekende slot is in handschrift op 6 bldn. aangevuld; volgen 2 bldn. blank en dan, in druk, de laatste 8 bldn. van de tabula generalis (= bl. 9-16 van Campbell 1040), 1e bl. met signat. B1. Op bl. 1b (blank), aant. met de hand: Hoc volumen pertinens monasterio fratrum ordinis sanctae crucis in namurco continet secuudam partem libri de exemplis el rerum similitudinibus. Servanti benedic-
| |
| |
tio. 1490. Behoorde dus aan de klooster-gemeente der reguliere kanunniken, gezegd Broeders van 't H. Kruis, te Namen. Initialen, initiaal-streepjes en sommige rubriek-teekenen met de hand bijgevoegd in rood; opschriften en sommige woorden en volzinnen rood onderstreept. Gestreepte en gestempelde bruin lederen band, nog al gehavend, op houten borden, met overblijfselen van koperen sloten.
B. 477.
25. Caracciolus de Licio (Robertus). Sermones de laudibus sanctorum. Antwerpen, Geeraard Leeu. 1490, kal. Martiis [1 Maart]. 4o.
HC. *4481. Campbell 397. Pellechet 3288. Proctor 9393.Groningen 64. - Bl. 1a overeenkomstig met Campbell en Pellechet, niet blank, zooals bij Hain.
Initialen met de hand bijgevoegd, in rood; een enkele (N), op bl. 6a zorgvuldiger, in rood en zwart. Op bl. 1a, boven titel, aant. met de hand: De bibliotheca P. minimorum Antverpiensium, op bl. 236a (laatste bedrukte blad), insgelijks: Liber monasterij Rubeeuallis in zonia; het geschrift van de laatste aant. schijnt ouder te zijn dan dat van de eerste. Heeft dus achtereenvolgens aan de Augustijnen-priorij van Sint-Pauwels in Zoniënbosch bij Brussel, gewoonlijk genaamd Roodenklooster (Kubea Vallis), en aan het Minimenklooster te Antwerpen behoord. Bruin lederen band, rug gestempeld; naam van den schrijver, goud op rood.
B. 478.
26. Speculum exemplorum. [Door Aegidius Aurifaber]. Straatsburg, s.n. [Drukker van den Jordanus de Quedlinburg]. 1490, altera die post dominicam Invocavit [1 Maart], fol.
HC. *14918. Brit. Mus. I, 139 (IB. 2024). Pellechet 1618. VB. 2435. Proctor 653. Groningen 169.
Samengebonden met: F. 4197 (Druk van 1504). Initialen, rubriekteekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood; sommige grootere initialen in rood met zwart. Op verso-zijde van achterste schutblad gedeeltelijk aan binnenzijde van achterplat vastgeplakt, aant. in handschrift van de 16e (?) eeuw: Liȯer mo[na]st[er]ij Rubeeuall[ensis] in zonia iux[ta] bruxellas p[er] donu[m] et amabilem nostrum magistrum petru[m] valckenisse. Oretur igitur fideliter pro eo. Het blijkt uit de aant., dat het boek eertijds eigendom van 't Roodeklooster in Zoniënbosch bij Brussel was, hetwelk het als gift van Petrus Valckenisse ontvangen had. Band zoodanig hersteld, dat van 't oorspronkelijke bindwerk uiterlijk slechts het grootste deel van 't achterplat overgebleven is. Dit is in bruin leder op houten bord, met overblijfselen van koperen sloten. Lijkt veel op Duitsche banden van den tijd. Het schema der strepen komt echter nagenoeg overeen met den band der abdij van Averbode, gereproduceerd in Brassinne, La reliure mosane. Pl. X, de stempels daarentegen vertoonen veel overeenkomst met die van een Tongerschen band (ald., Pl. XXXI) Evenals daar, hebben wij hier het Lam Gods met het kruis, doch zonder opschrift, den pelikaan, die zijn jongen voedt, en den haan, en bovendien een rozet stellende een zesbladerig bloemkroon voor, alsmede een heel klein sterretje met vijf stralen. De overeenkomst, die deze banden van oostelijk België met gelijktijdige banden van Duitschland vertoonen, zou aan Duitsche invloeden, bijzonderlijk uitgaande van Keulen, kunnen doen denken. Over Duitsche banden, zie Koos, Cat. d. incunabelen v.d. Bibl. d. Rijks-univ.
te Groningen, blz. 4, die W.S. Brassington, A history of the art of bookbinding (London, 1894) volgt, alsmede W.H.J. Weale, Bookbindings and rubbings, I, blz. CXV-CXXII; II, 35-52, 240-307. - Zie over het onderhavig werk de studie van P. Bonaventura Kruitwagen in: Tijdschr. voor boek- en bibliotheekwezen, II (1904), 272-291.
B. 479.
| |
| |
27. [Schedel (Hartmann)]. Liber chronicarum. Neurenberg, Anton Koberger. 1493, 12 Juli. gr. fol.
HC. *14508. Brit. Mus. II, 437 (IC. 7451). VB. 1743. Proctor 2084. Groningen 163.
1809 houtsneden, door Wohlgemuth en Pleydenwurff; gedeeltelijk met de hand gekleurd. Initialen met de hand ingevuld, in zwart, enkele in zwart met rood; de groote initiaal C, op bl. 21a, is achtergebleven, initiaal-streepjes in rood ingevuld. Enkele aanteekeningen, van 16e-eeuwsche hand, op verschillende plaatsen van werk. Bl. 317 (gen. CCXCVII): onderaan een stuk afgescheurd. Op schutblad (binnenzijde van voorplat), aant. met de hand: Sapiens nulla re eget: et tamen multis rebus illi opus. Et contra: Stullo nulla re opus est: nulla [idem?] re seit uti sed cibo eget. Petrus Colen, Canonicus Busciducen[sis].x Miserere mei deus x quia pius es. Daaronder: groot wapen, met de hand geteekend. Op verso-zjjde van los schutblad, vooraan: Latijnsche spreuken, in twee verschillende 16e eeuwsche handschriften. Onder de eene: x Ao XVe XXXV x. Op bl. 1a, boven den titel van 't register (houtsnede), aant. met de hand: In domo M. Hauci(?) de Delfft. Ao 1558. Daaronder: R, (?) P. Colen, p[res]b[yte]ro, in Buscoducis canonico q[ui] me, justo possidet titulo, post obitum suum librarie conuentus predicatorum in buscoducis donauit ad instantiam et petitionem venerabilis patris domini Anthonij de leend, eiusdem conventus prioris dignissimi et vigilantissimi... sexagesimo quarto. Ita est, P. Colen, pbr. Een aantal woorden, door ... aangeduid, waren niet te ontcijferen. Het boek bevond zich dus in 1558 in het huis
van den kanunnik Hand (?) van Delft (te's Hertogenbosch?), was t.j. 1564 het eigendom van Petrus Colen, kanunnik te's Hertogenbosch, die het, na zijn afsterven aan de bibliotheek van 't Predikheerenklooster, aldaar, schenkt, en dat wel op aandringen van den heer Antonius van Leende, prior van dat klooster. Met deze congregatie, die zich 1651 te Mechelen vestigde, zal het dan wel naar daar overgebracht zijn. Donkerbruine lederen band van den tijd, gestreept en gestempeld, houten borden; overblijfselen van koperen sloten. Band gedeeltelijk hersteld; de binder [Gijselynck], die dit werk verrichtte, wordt aangeduld door het etiket op binnenzijde van voorplat: Reliure du livre rouge, 13 Marché aux Oeufs. Anvers [ca. 1890]. Op het schutblad (binnenzijde van 't achterplat) is een middeleeuwsche wereldkaart vastgeplakt.
B. 481.
28. [Alphonsus a Spina]. Fortalitium fidei. Neurenberg, Anton Koberger. 1494, 25 Febr. 4o.
HC. *375. Brit. Mus. II, 438 (IB. 7464 en 7465). Pellechet 565. VB. 1747. Proctor 2088.
300 hldn. (bl. 1 blank inbegrepen), waarvan 289 genummerd. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld in rood of blauw. Op bl. 2.1, boven titel, aant. met de hand: Bibliothece Monasterij S. Saluatoris Antuerpiensis, met uitlating van 't eerste woord herhaald op bl. 3a boven. Behoorde dus aan het Pieter-Potsklooster (Sint-Salvator) te Antwerpen. Gestreepte en gestempelde donkerbruine lederen band, zonder sloten of sporen ervan. Achteraan is gebonden Nr. 29.
B. 483.
29. [Institoris (Henricus) & Sprenger (Jacobus)]. Malleus maleficarum. Neurenberg, Anton Koberger. 1494, 17 Maart.4o.
HC. *9245. Brit. Mus. II, 438 (IB. 7468). VB. 1748. Proctor 2090.
Samengebonden met Nr. 28. Wijkt af van Hain en Brit. Mus.: Bl. 1 blank. Bl. 2: titel. Bl. 6b-8b (overeenkomstig met Hain, die echter 5b en 7b had moeten
| |
| |
tellen): Register. Bl. 9 blank. Bl. 10 genummerd I. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld in rood of blauw; de initiale U op bl. 10 (gen. I) in verschillende kleuren. Zie Nr. 28 over herkomst en band.
B. 483.
30. [Institoris (Henricus) & Sprenger (Jacobus)]. Malleus maleficarum. Keulen, Johannes Koelhoff, zoon. 1494, in vigilia s. Katharinae [24 Nov.]. fol.
HC. 9244. VK. 637. VB. 1076. Brit. Mus. I, 298 (IB. 5064). Proctor 1462. Groningen 120.
Samengebonden met Nr. 56 en Nr. 35: voor band en herkomst zie Nr. 56. Initialen met de hand ingevuld in rood, blauw of in beide deze kleuren.
B. 484.
31. Ferrariensis (Johannes). Liber de coelesti vita. S. l. [Venetië], Matthaeus Capcasa (voor Hieronymus Blondus). 1494, 19 Dec. fol.
HC. *6982. Pellechet 4766. VB. 4072. Proctor 4999.
Bl. 1 (titel) ontbreekt. Bldn. 7, 25, 57 verkeerdelijk genummerd: VIII, XXVI en LV1. Wijkt af van Pellechet: Bl. VIIII (m. signat, b), reg. 1:... paululü dormiētes..., in plaats van: ... paulu dormientes (bij Pellechet). Signat, (het ontbrekende bl. 1 inbegrepen): a8, b - 16, m4. Vóóraan is een kopersnede, die niet bij 't werk behoort, gebonden, en achteraan het werk: E. 2421 (Gesta Romanorum. Hagean, Henr. Gran. 1508). Op de recto-zijde van de bijgebonden kopersnede, aant. met de hand: Fr. Franciscus De Licht, canonicus S. Michaelis Ant. Pastor xenodochij. H[ulstensis]. en op verso-zijde van laatste blad: Franciscus De Licht, canonicus S. Michaelis Antverpiensis Premonstrati ordinis. Pastor Xenodochij Hulstensis. Behoorde dus aan den Antwerpschen kanunnik Francisais de Licht, geb. Antwerpen in 1605, priester gewijd in 1629 en toen pastor van 't gasthuis te Hulst in Zeeuwsch-Vlaanderen, van 1651 af pastor te Deurne en als zulke in 1673 overleden. Gestreepte en gestempelde lederen band, zonder sloten.
B. 485.
32. Gritsch (Johannes). Quadragesimale Gritsch una cum registro sermonum de tempore et de sanctis per circulum anni. Lyon, Johannes Trechsel. 1495, 27 April. 4o.
HC. 8080.
Initiaal-streepjes met de hand bijgevoegd in rood; sommige woorden en volzinnen rood onderstreept; aant. met de hand in zwart, soms in rood. Op bl. 1a, boven titel, aant. met de hand: R. 2. Bibliothece mechl. ff. minorum; op bl. 2a, boven: B[ibliothèque] C[ommunale.] 802. P. Aldaar, beneden, in rechter hoek, stempel: Département des Deux-Nèthes. Administration centrale. Behoorde dus aan het Minderbroederklooster te Mechelen en is door het Middenbestuur van 't Departement der Beide-Nethen aan de Antwerpsche Bibliotheek gekomen. Ruw gerimpelde perkamenten band.
B. 486.
33. Vocabularius utriusque iuris. Neurenberg, Anton Koberger. 1496, in vigilia visitationis Mariae [1 Juli]. 4o.
Reichling VI, 72, Nr. 1896. Panzer II, 220, Nr. 263.
Rubriek-teekenen en initiaal-streepjes ingevuld in rood, initialen doorgaans in rood, enkele in blauw. Op schutbladen (kant van het berd) zijn bladen uit Hs. (15e-eeuwsche hand; 2 col.) geplakt. Veel handschriftelijke aanteekeningen op schutbladen zoowel als op eerste en laatste blz. druk. Op schutblad vóóraan is
| |
| |
nog de naam van een vroegeren eigenaar: Adrianus de Hase, te ontcijferen. Op bl. 2a boven, aant. met de hand: Bibliothece Monasterij S. Salvatoris Antuerpiensis. Behoorde dus naderhand aan het klooster van Sint-Salvator of Pieter Pots-klooster te Antwerpen. Gestreepte en gestempelde donkerbruine lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten.
B. 487.
34. Dionysius Nestor. Vocabularium. Venetië, Philippus Pincius. 1496. fol.
HC. *6255. Pellechet 4336. Proctor 5314. VB. 4354.
152 bldn.; bl. 152 (blank) bijna geheel uitgescheurd. Signat.: a-q8, r6, s8, t10. Afwijkingen van Hain en Pellechet. Bl. 151a, reg. 34:... diligēter ... (overeenkomstig met Pellechet; Hain: diligenter); ald., reg. 35: ... huiusmodi... (overeenkomstig met Hain: Pellechet: huius modi). Bldn. 134, 135, 136, 137 en 138 zijn verkeerdelijk genummerd: CXXXVI, CXXXVII, CXXXVIII, CXXXII en CXXXIII, bldn. 141, 142, 143 en 144 verkeerdelijk genummerd: CXXXXIII, CXXXXIIII, CXXXXV en CXXXXVI. Op bl. 1a, boven, aant. met hand:... ad librariam diuj Hier[ony]mi i[n] gandavo retro ecclesiam beatj Joannis Baptiste - (en, aansluitend, in andere hand:) nunc ... sibi assignatum a Philippo Clerico, possidet J Bochius. Was dus eerst de eigendom van 't Hiernonymietenklooster te Gent en kwam later, door tusschenkomst van Philippus Clericus (Philip de Clerck?) in 't bezit van J. Bochius. Gestreepte en gestempelde bruin lederen band, zonder sloten; nog al gehavend.
B. 488.
35. Summenhart (Conradus). Tractatus bipartitus dedecimis. Hagenau, Henricus Gran. 1497, ipso die Briccij [13 Nov.] fol.
H. *15177. Brit. Mus. III, 685. (IB. 13756). VB. 1177. Proctor 3189.
Samengebonden met Nr. 56 en Nr. 30; voor band en herkomst van boek, zie Nr. 56. Rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld in rood, initialen in blauw of rood.
B. 489.
36. Paulus Soncinas. Quaestiones super metaphysicam. Venetië, Simon Bevilaqua. 1498, 28 Sept. fol.
HC. *12495. Panzer II, 433, Nr. 2345.
199 bldn. + 4 bldn. registers = 203 bldn. Signat.: a - ℥6, ᘔ6, ᘔ6, 46, A-F6, G7; 2e bl. van 4 bldn. registers met signat. 2. De 4 bldn. registers, door Hain als bldn. 1-4 vermeld, zijn achteraan gebonden. Afwijkend van Hain, bl. 1 (titel bl. 5 bij Hain), regel 2:... prcd. (Hain: ... pred.). Verschillende namen van vroegere eigenaars op vóóraangebonden schutblad doorgehaald en onleesbaar; op bl. 200 (titel van tafel), aant. met de hand: S.L. Collegij Soc. Jesu Louanij. Behoorde dus aan de Jezuieten te Leuven. Gestreepte en prachtig gestempelde lederen band, op houten borden, met overblijfselen van sloten; draagt den naam van den binder: ANDRI BOVLE (Parijs). Zie beschrijving van stempels bij W.H.J. Weale, Bookbindings and rubbings of bindings, blz. 215 vgl., Nrs. 494-496. Rug en drie hoeken leelijk hersteld.
B. 490.
37. Gratia Dei (Johannes Baptista). Liber de confutatione hebraicae sectae. Straatsburg, Martin Flach. 1500, in vigilia S. Matthaei apostoli [20 Sept.]. 4o.
HC. *7879. Pellechet 5304. Brit. Mus. I, 157 (IA. 2246 en 2247). Proctor 719. VB. 2511.
| |
| |
Samengebonden met: K. 8105 (Ricoldus, Contra sectam Mahumeticam liber. Parisiis. Henr. Stephanus. 1511). 143 bldn., de twee laatste blank. Bldn. 7-68, 71-141 genummerd I - CXXXIII. Op titelblad van 't eerste werk (K. 8105), de aant. met de hand: Bibl. tong.; behoorde dus aan de bibliotheek der abdij van Tongerloo, prov. Antwerpen. Lichtbruine gladde lederen band; gestempelde rug, waarop o.a. het wapen der abdij. Vgl. Nrs. 10, 58, 65 en 71.
B. 491.
38. Castro (Paulus de). Lectura super libris I.-IV., VI., VII. Codicis. Venetië, Andreas Torresanus. 1495, 21 Jan. fol.
H. *4601. Proctor 4736.
Initialen met de hand ingevuld, afwisselend in rood en blauw; de initiale N op bl. 2a zorgvuldiger in rood en blauw. Op bl. 1a boven, aant. in 17e-eeuwsche hand: God. van Santuoort. d.d. Biblioth. Antwerp. Werd dus door Godfried van Santvoort, tijdelijk (tot ca. 1625) kanunnik der cathedrale kerk van Antwerpen, aan de Bibliotheek geschonken. Dit en de drie volgende nrs. zijn de eenige van de thans in de Bibliotheek aanwezige wiegedrukken, die in de Primordia van de Miraeus (1609) vermeld worden. Gestreepte en gestempelde lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten; rug hersteld.
B. 492a.
39. Castro (Paulus de). Lectura super libris I. et II. Digesti veteris. Venetië, Andreas Torresanus. 1495, 19 Jan. fol.
H. *4614. Proctor 4735.
Initialen, herkomst en band overeenkomstig met Nrs. 38, 40 en 41.
B. 492b.
40. Castro (Paulus de). Lectura super libris I. et II. Infortiati. Venetië, Andreas Torresanus. 1494, 22 Aug. fol.
H. *4625. Pellechet 3360. Proctor 4734.
Initialen, herkomst en band overeenkomstig met Nrs. 38, 39 en 41. Achteraan is gebonden Nr. 41 (B. 492d).
B. 492c.
41. Castro (Paulus de). Lectura super libris I. et II. Digesti novi. Venetië, Andreas Torresanus. 1494, 13 Maart. fol.
H. 4632. Pellechet 3363.
Samengebonden met Nr. 40 (B. 492c). Initialen, herkomst en band overeenkomstig met Nrs. 38, 39 en 40.
B. 492d.
42. Martinus Polonus. Margarita decreti. Straatsburg, s.n. [Drukker van den Jordanus de Quedlinburg]. 1489, in die sabbati post Pentecosten [13 Juni], fol.
HC. *10845. Brit. Mus. I, 139 (IB. 2015). VB. 2430. Proctor 650.
106 bldn., laatste bl. (blank) inbegrepen. Signat.: A8, b-q6, r8. Initialen met de hand ingevuld in rood of blauw, initiaal-streepjes en een enkel rubriek-teeken (op bl. 2a) in rood. Op bl. 1a, boven, aant. met de hand: blienberg, op bl. 1a (blank) van Nr. 42, hierachter bijgebonden:... blienberch mechlinie. Op schutblad, binnenzijde van voorplat, is aangeteekend: Liber monasterij beate marie Viridisuallis canonicorum regularium in zonia iuxta bruxellam, en, op wit blad tegenover; Prouenit liber iste monasterio nostro Viridisuall[ensi] a confratre nostro patre Hermanno abelinx rectore dum viueret regularissarum in blyenberghe mechlinie, q[u]i... migrauit ab hac luce Anno domini 1503 in profesto sancti thome apostoli. Het blijkt dus, dat het werk eerst aan het nonnenklooster van Blijdenberg bij Mechelen behoorde en later door tusschenkomst van P. Herman Abelinx, aan liet klooster te
| |
| |
Groenendaal bij Brussel kwam; vgl. Nr. 56. In denzelfden band zijn gebonden Nrs. 43 en 48. Gestreepte en gestempelde lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten; nogal gehavend.
B. 493a.
43. Andreae (Johannes). Hieronymianus. S.n. et l. [Keulen, Conrad Winters de Homborch]. 1482, 9 Aug. fol.
HC. 1082. VK. 105. VB. 866. Brit. Mus. I, 249 (IB. 4053). Pellechet 669. Proctor 1171.
113 bldn., waarvan bldn. 1 en 113 blank. Signat.: a-b8, c9, d-g8, h6, i-k8, 1-o6.8, p6. Samengebonden met Nr. 42 (B. 493a) en Nr. 48 (B. 3060). Zie Nr. 42 over herkomst en band. De initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld afwisselend in blauw of rood, de initiaal-streepjes in rood; de initiaal H. op bl. 2a zorgvuldiger in blauw en rood.
B. 493b.
44. [Laurentius (Frater)]. Summe le roy, of des conincs summe. Haarlem, s.n. [Jacob Bellaert]. 1484, 31 Mei. 4o.
HC. 9952. Campbell 1630. Proctor 9170. Cat. Vergauwen 337.
Door Mertens (Cat. II, 63) met het volgende nr. als één werk gecatalogiseerd. Ontbreekt bl. 1 (blank) en het slot (bldn. 192-200); bl. 8 is vóór bl. 2 gebonden. Achteraan is een ander fragment (Nr. 45: B. 494b), waarvan het begin ontbreekt, bijgebonden. Inlichtingen hiervoor geeft een aant. in 18e-eeuwsche hand op wit blad vóóraangebonden: Fragmenten van den eersten druck binnen de Stadt antwerpen gedruckt, bij Geeraert Leeu Anno 1483. uyt hunne aenstaende vernietinge bij versuijminge der selve, behoedt in het jaer 1773. hebbe de selve uijt achtbaer heijt tot hunne oudtheijt in desen bandt doen versamelen den 5. Augustij 1776. Hieruit blijkt, dat de toenmalige eigenaar die zijn naam niet noemt, meende met een enkel werk te doen te hebben; slechts het laatste der ueide fragmenten in een druk van Geeraert Leeu. Gestreepte en gestempelde bruin lederen band. Initialen, initiaal-streepjes en rubriek-teekenen met de hand bijgevoegd in rood; overschriften rood onder-streept.
B. 494a.
45. Liden. Die passie ende dat liden ons heeren Jesu Christi. Antwerpen, Geeraard Leeu. 1485, 9 Juli. 4o.
Cop. 3584. Campbell 1159.
Samengebonden met Nr. 44 (B. 494a). Ontbreken 14 bldn. van 't begin en laatste bl. (blank). Zijn aanwezig: 5 bldn., die niet nader kunnen bepaald worden, verder: signat, c8, d1-2, 4-6 e6, f8, g6, h6;i8, k5= 57 bldn. Zie Nr. 44 over herkomst en band.
B. 494b.
46. Campanus (Johannes Antonius). Opera omnia. Venetië, Bernardinus de Vianis Vercellensis (voor Andreas Torresanus). S. a. [ca. 1495]. fol.
HC. 4285. Pellechet 3179. VB. 4511. Proctor 5577.
299 bldn.: 118 bldn., gen. [I] II-CXVIII (bldn. 30, 36, 59, 65. 82, 93 fout gen.: XXXIII, XXXXIII, LVIII, LXIIII, LXXIIII, XICII); 6 ongen. bldn., 84 bldn. gen. I-LXXXIIII (bldn. 80, 81 fout gen.: LXXXI. LXXXII); 2 ongen. bldn.; 58 bldn. gen. I-LVIII; 4 ongen. bldn.; 26 gen. bldn. gen. I-XXVI; 1 ongen. bl. Laatste ongen. bl. (blank) ontbreekt, ofwel als schutblad op binnenzijde van achterplat vastgeplakt. Signat.: a-b8, c4 d-o8, p10; A6, B-I8, K-L6, M8; Aa2, Bb-Gg8, Hh10, aa4, bb-cc8, dd6, ee5. Opbl. 1a boven, aant. met de hand: Biblioth. PP. Beg-
| |
| |
gard. Autuerp. Behoorde dus aan het klooster der Beggaarden, Bogaarden of Penitentie-broeders te Antwerpen. Gestreepte en gestempelde lederen band; rug gedeeltelijk (en leelijk) hersteld.
B. 954.
47. Epistolae illustrium virorum. S. l. [Lyon], Nicolaus Wolf. 1499, ad Idus Februarias [13 Febr.] fol.
H. *6662. Pellechet 4614. Proctor 8676.
84 bldn. Signat.: a-o6. Bl. 84a, reg. 2 ond.:... cartharum (overeenkomstig met Pellechet, afwijkend van Hain: cartarum). Initialen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld in rood, kapittel-opschriften rood onderlijnd; sommige initialen met wat zwart erbij, en de initialen S (lb. 1b) en E (bl. 2a) zorgvuldig in rood en zwart. Samengebonden met: C. 972a (Joa. Picus Mirandula, Opera. Straatsburg, Johannes Prüss. 1504) en met dit nr. door Mertens (Cat. I, 114) als een werk gecatalogiseerd. Op bl. 1a (titel) van laatstgenoemd werk, de aant. met de hand: Lib. Bibl. Viridis Vallis. Behoorde dus aan 't klooster te Groenendaal bij Brussel. Gestreepte en gestempelde lichtbruine lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten.
B. 172b.
48. Calderinus (Johannes). Concordantia sive Ambidextrium. S.n.l. et a. [Lubeck, Bartholomaeus Ghotan. ca. 1483]. fol.
H. 4245. Reichert II, 134. VB. 1452.
92 bldn., waarvan eerste en laatste blank. Samengebonden met Nr. 42 (B 493a- en Nr. 43 (B. 493b). Zie nr. 42 over herkomst en band. De initialen met de hand ingevuld in blauw of rood (afwisselend), de initiaal-streepjes en rubriek-teekenen in rood, de initiale C op bl. 2a zorgvuldiger in blauw en rood.
B. 3060.
49. Hugo de Sancto Caro. Postilla super psalterium. Neurenberg, Anton Koberger. 1498, 31 Jan. fol.
HC. *8973. Brit. Mus. II, 444 (IB. 7544).
354 bldn.: bl. 1-16 ongen., bl. 17-353 gen. I-CCCXXXVII, bl. 354 blank. Signat.: AA-BB8, a-z8, A-S8, T10. Initialen (ruw), initiaal-streepjes en rubriek-teekenen met de hand ingevuld in rood. Een aant. met de hand op voorste schutblad is uitgevaagd, een wit blad vóór den titel gebonden is te drie kwart afgesne) den, en eindelijk is een aanteekening op den rechter hoek boven van bl. 1 eruit gesneden; op bl. 2a boven, aant. met de hand: Ad usum ff. Capucinorum Antwerpensium. Na aan verschillende andere eigenaars toebehoord te hebben is het werk dus in 't bezit van de Capucijnen te Antwerpen gekomen. Gestreepte en gestempelde lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten.
B. 3983.
50. Augustinus (Aurelius). De civitate Dei, cum commento Thomae Valois et Nicolai Triveth. Bazel, Johannes de Amerbach. 1490, Idibus Februariis [13 Febr.]. fol.
HC. *2066. Brit. Mus. III, 752 (IB. 37328). Pellechet 1561. VB. 452. Proctor 7585.
Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld in rood of blauw (omtrent afwisselend), de initiale I op bl. 2a in rood en blauw, de initiaal-streepjes in rood. Op bl. 1a, rechter hoek, boven, aant. met de hand: Bibliothecae D. Michael[is] Antuerpia[e]. Behoorde dus aan de Sint-Michiels-Abdij te Antwerpen. Gestreepte en gestempelde lichtbruine lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten. Achteraan is Nr. 51 (B. 4274) bijgebonden. Vgl. Nr. 79, een andere uitg. van dit werk.
B. 4273.
| |
| |
51. Augustinus (Aurelius). De Trinitate. Bazel, Johannes de Amerbach. 1490. fol.
HC. *2039. Brit. Mus. III, 753 (IB. 37329). Pellechet 1542. VB. 450. Proctor 7586.
Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld, afwisselend in rood en blauw, initiaal-streepjes in rood. Samengebonden met Nr. 50 (B. 4273); zie dat Nr. over herkomst en band.
B. 4274.
52. Augustinus (Aurelius). [Sermonum opera plura ac diversa, fol. 305-602:] Sermones de tempore. - Sermones de sanctis. Bazel, Johannes de Amerbach. 1495. 2 dln. fol.
H. *2008. Brit. Mus. III, 756 (IB. 37380). Pellechet 1518. VB.464. Proctor 7605.
Bl. 311 a (m. signat, a) met initiale A uitgewerkt in rood en blauw, andere initialen, zooals rubriek-teekenen ingevuld, afwisselend in rood of blauw, initiaal-streepjes in rood. Op eerste blad wit, vooraan bijgebonden, aant. met de hand: Petrus Blijenborch goudanus. Gestreepte en gestempelde bruine lederen band, houten borden, overblijfselen van sloten.
B. 4275/76.
53. Cassiodorus (Magnus Aurelius). Expositio in psalterium. Bazel, Johannes de Amerbach. 1491. fol.
HC. 4574. Brit. Mus. III, 753 (IB. 37344). Pellechet 3350. VB.454. Proctor 7591.
Rubriek-teekenen en initialen met de hand ingevuld in rood, de laatste ruw, soms met wat zwart. Op bl. 1a boven, aant. met de hand: Bibl. Sti. Michaelis; aldaar, beneden: Jacobus Linnich, Aldenbourensis. Gladde geelbruine lederen band, zwart gemarmerd.
B. 4282.
54. Bernardinus de Senis. Sermones sive Quadragesimale de christiana religione. S.n.l. et a. [Lyon, Johannes Carcanus. 1498(?)]. 4o.
Cop. 955. Pellechet 2084. Groningen 39.
BL 1 (titel) ontbreekt. Op bl. 2a, aant. in 17e-eenwsche hand: Bibliothece mechliniensis fratrum Eremitarutm s. D. Augustini. Daarnevens, van andere hand: F. Norbertus van Couweruen. Onderaan, rechterhoek, stempel met opschrift: Département des Deux-Nèthes, Administration centrale. Anvers. Op het eerste der vooraan gebonden witte bladen, aant. met de hand: Judocus de bosser Louaniensis. Vita nostra peregrinatio. Anno 1604, ij Julij. Daaronder langere aant. in 't Latijn, met het jaartal 1640, waaruit blijkt, dat Dominus Norbertus, prior in S. Michaele Ant-werpie een zeker boek uit de bibliotheek der Augustijnen te Mechelen genomen en het onderhavig werk aldaar in zijne plaats gelaten heeft, tot dat het eerste zou terug gegeven zijn. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld, in rood, de initiale N op bl. 2a in rood met een weinig blauw. Perkamentband.
B. 4308.
55. Guido de Monte Rochen sive Rotherii. Manipulus curatorum. S.n.l. et a. fol.
H. *8l62.
106 ongen. bldn. waarvan eerste en laatste blank. 2 col. 43 reg. Signat.: a-i8, k6, i-m8, n - o6. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld in blauw of rood (afwisselend), de initiale R op bl. 2a in blauw en rood, de initiaal-streepjes in rood. Samengebonden met drie andere werken, waarvan F. 4296 (Chr. Druthmarus, Expositio in Matheum evangelistam. Straatsburg, Joh. Grüninger. 1514) en F. 4310 (Car. Fernandus), Speculum disciplinae monasticae. Parijs, 1515) het onderhavig
| |
| |
werk voorafgaan en de incunabel Nr. 58 (B. 1471) bel volgt. Band van 't laatsteder 18e of begin der 19e eeuw. De vier werken schijnen niet oorspronkelijk dus samengebonden te zijn geweest. Op bi. 1a (blank), boven, van onderhavig werk, de aant. met de hand: Martinus Sleghers (?), presbyter canonicorum S. Sulpitij Diestensis.
B. 4309.
56. Turrecremata (Johannes de). Summa de ecclesia contra impugnatores potestatis SummiPontificis. Accedunt Flores sententiarum b. Thomae de Aquino de auctoritate Summi Pontificis collecti per Johannem de Turrecremata. Lyon, Johannes Trechsel. 1496, 20 Sept. fol.
HC. *15732. VB. 4703. Proctor 8608. Groningen 178.
Hierbij zijn gebonden Nr. 35 en Nr. 30. Rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand bijgevoegd in rood; initialen afwisselend in rood of blauw. Op 1e witte blad van de twee die den titel voorafgaan, aant. in 16e-eeuwsche hand: Prouenit liber iste domui nostre viridisuallis et relictus est nobis a confratre nostro patre hermanno abelinx, rectore dum viueret regularissarum in blienberghe mechlinie... qui obijt anno domini 1503 in profesto sancti thome apostoli. Dus herkomstig van de Augustijnen-priorij van Groenendaal bij Brussel, die het boek met een aantal andere, 12 in 't geheel, als gift ontvangen had van P. Hermannus Abelinx, bestuurder van het nonnenklooster Blijdenberg bij Mechelen; vgl. Nr. 42. Gestreepte en gestempelde bruine lederen band van den tijd, houten borden, overblijfselen van koperen sloten; klein gedeelte van rug hersteld.
B. 4388.
57. Holkot (Robertus). Super libros Sententiarum. Lyon, Johannes Trechsel. 1497, ad nona Aprilis (5/20 April). fol.
HC. 8763. VB. 4705. Proctor 8612.
194 bldn. 2 col. (met marg.) 55 reg. Signat.: 1, a-n8, o10; A8, B6, C-H8, I10. De initiale U op bl. 9a, 48a, 86a, 95a en 123a met de hand ingevuld in rood en bruin met versieringen, de andere initialen, alsmede de rubriek-teekenen, initiaal-streepjes en onderstrepingen in rood, de initialen soms met wat zwart erin. Op schutblad, binnenzijde van voorplat, de aant. met de hand: Bibliotecae Rubeauallis. Behoorde dus aan 't Roodeklooster in Zoniënbosch bij Brussel. Samengebonden met: F. 4396 (Holkot (Rob.). Super librum Sapientiae. Bazel, Jac. de Pforzheim. 1506). Gestreepte en gestempelde lederen band, houten borden, overblijfselen van koperen sloten; nog al gehavend.
B. 4397.
58. Poenitentialis. Liber poenitentialis. [Door Rabanus]. S.n.l. et a. [Leuven, Jan van Westfalen. ca. 1485]. fol.
H. *13154. Campbell 1426. Proctor 9248.
110 bldn., waarvan bl. 1 blank. Signat.: - 4, a-f8, gl0, h-n8. 2 exemplaren.
1e ex.: Geb. met: F. 4296, F. 4310 en Incunabel Nr. 55 (B. 4309). Zie Nr. 55 over herkomst en band. Initialen en rubriek-teekenen met de hand ingevuld in rood of blauw (afwisselend), de initiaal-streepjes in rood; de initiale C op bl. 5a in verschillende kleuren, met versieringen. Voor het blauw, dat overal ontverfd is, werd blijkbaar slecht materiaal gebruikt.
B. 4471.
2e ex. (58bis): Niets ingevuld met de hand. Op bl. 2a boven, de aant. met de hand: Bibl. tongerl. Behoorde dus aan de abdij van Tongerloo, prov. Antwerpen. Gladde lichtbruine lederen band, met het wapen der genoemde abdij op den rug, overeenkomstig met nrs. 10, 37, 65 en 71. Hierbij is gebonden Nr. 59.
B. 4471bis.
| |
| |
59. Antoninus, archiep. Florentinus. Confessionale. S.n.l. et a. [Leuven, Jan van Westfalen, ca. 1485]. fol.
HC. 1168. Campbell 162. Pellechet 833. Proctor 9243.
90 ongen. bldn., waarvan 1e bl. blank. 2 col. 41 reg. Signat.: a-h8, 16. Samengebonden met Nrs. 58bis en 60. Zie Nr. 58bis; over herkomst en band.
B. 4481.
60. Sacramenta. Tractatus de septem sacramentis. S.n.l. et a. [Leuven, Jan van Westfalen. ca. 1485]. fol.
Cop. 5201. Campbell 1491. Proctor 9252.
44 ongen. bldn. 2 col., 41 reg. Signat.: A-D8, E12. Samengebonden met Nrs. 58bis en 59. Zie Nr. 58bis over herkomst en band.
B. 4482.
61. Carchano (Michael de). Sermonarium de commendatione virtutum et reprobatione viciorum. Milaan, Uldericus Scinzenzeler. 1495, 11 Juli. 4o.
HC. 4505. Pellechet 3298. Proctor 6030. Groningen 66.
Op bl. 1a, boven titel, aant. 16e-eeuwsche hand, doorgehaald: Liber cenobij Viridisvallis in zonia ordinis canonicorum S. Augustini; op 't zelfde blad, beneden, van dezelfde hand, insgelijks doorgehaald: Hune librum reliquit nobis venerabilis. pater et confr[ater] no[ster] Herwaldus (?) Vinx, quondam prior huius domus et postea rector sanctimonialium in Galilea Gandauj ibique defunctus. Orate pro co. Daarboven, in 17e-eeuwsche hand, niet doorgehaald: Hospitij carmelitarum dis-cal[ceatarum] mechlinie. Op bl. 265b (laatste bedrukte blz.), onderaan, stempel: Département des Doux-Nèthes. Administration centrale. Anvers, en, daarnevens, met de hand geschreven: B.C. [= Bibliothèque communale]. 177. P. Werd dus door P. Vinx, eerst prior van Groenendaal bij Brussel en later bestuurder van 't Klooster Galilaea te Gent, nagelaten aan de priorij van Groenendaal, werd in de 17e eeuw het eigendom van de Ongeschoende Carmeliterssen te Mechelen en kwam door het centraal bestuur van 't Departement der Beide-Nethen aan de Antwerpsche bibliotheek. Bl. 261b-265b, aant. met de hand, op kant van bladen. Initialen met de hand ingevuld, in rood, en kapittel-opschriften rood onderstreept Perkamenten band.
B. 4522.
62. Sermones quadragesimales thesauri novi. Straatsburg, s.n. [Martinus Flach]. 1497. fol.
Cop. 5438. Reichling III, 181 vlg. (5438).
136 bldn. 2 col., 53 reg. Signat, a-v, waarvan a, b, c, f, i, m, o en q katernen en de rest ternen. Copinger telt 137 bldn., Reichling slechts 134, het onderhavig ex. heeft er echter stellig 136. Reichling noemt de signat, in onder de ternen; zou hij misteld hebben, of ontbreken er 2 bldn. van die signat, in het door hem beschreven ex.? Zijne beschrijving komt anders nauwkeurig met ons ex. overeen. Samengebonden met F. 4536a (Joh. Herolt, Sermones discipuli de tempore et de sanctis. Keulen, Henr. Quentell. 1504) en door Mertens (Cat. I, 503) met dit werk als één nr. behandeld. Op bl. 1a (titel) van dit werk van Herolt, boven aant. met de hand: Ad vsum interdum fratris petri valckenborch, en daaronder, in andere hand: Biblioth. p.p. Beggard. Antuerp. Op bl. 1a (titel) van onderhavig werk (Sermones quadra-gesimales), boven, aant. door binder afgesneden; daaronder: Adfrs.johs.vsu.ord. Predicator. De Angia, op nieuwe regel: Nunc in usum habet frater petrus valcken-borch, en, op derde regel, in andere hand, doorgehaald: Frater Joēs Angiensis de. (het laatste woord is niet te ontcijferen). Het boek behoorde dus aan het klooster
| |
| |
der Beggaarden te Antwerpen; de predikheer Johannes de Angia en broeder Petrus Valckenberch hebben het achtereenvolgens in bruikleen gehad. Gestreepte lederen band, achterplat gestreept en gestempeld, houten borden, overblijfselen van sloten. Initialen met de hand ingevuld, afwisselend in blauw en in vuil donker rood, onderstrepingen in zwart, aanteekeningen met de hand op kant van bladen.
B. 4536b.
63. Maioranis (Franciscus de). Sermones de sanctis. Bazel, Jacobus [Wolf] de Pforzheim. 1498. 4o.
H. *10532. Brit. Mus. III, 777 (IA. 37711). Proctor 7706.
268 bldn.: 1-10 ongen., 11-268 gen. I - CCXXXVIII, CCXL-CCLIX. Signat.: a10, a-z8, A-H8, I10. Onderstrepingen en aanteekeningen met de hand meestal in rood, zelden in zwart. Op bl. 1a (titel), boven, aant. met de hand: Bib. Aug. Mechlin. - Philip van Wav[re?], Prior 1689. Aldaar, onderaan, stempel: Département des Deux-Nèthes. Administration centrale, en aant. met de hand: B[i-bliothèque] C[ommunale]. Behoorde dus tegen het einde der 17e eeuw aan het klooster der Augustijnen te Mechelen. Achteraan is bijgebonden: F. 4424 (Des. Erasmus, Enchiridion de milite christiano. Leipzig, Val. Schumans. 1515). Gestreepte en gestempelde perkamenten band, houten borden, koperen sloten.
B. 4546.
64. Zerbus (Gabriel). De cautelis medicorum. S.n.l. et a. [Venetië, Christophorus de Pensis. ca. 1495]. 4o.
HC. *16286. Proctor 5235.
16 ongen. bldn. Signat.: a-d4. 2 col. 40-41 reg. Samengebonden met Nr. 65, 66, 67 en vier andere drukjes. Voor herkomst en band, zie Nr. 65.
B. 5669.
65. Mundinus, med. Bonon. Anatomia. Venetië, Bernardinus [de Vitalibus,] Venetus (voor Hieronymus Duranti). 1494, 20 Febr. 4o.
H. 11638. Reichling III, 117. VB. 4467.
24 bldn. Signat.: aa-ff4 (bl. 21 m. signat, f, bl. 22: ff ii). 43 reg. Op bl. 1a (blank), boven, de aant. met de hand: Gerardus Drunacus 1592. Volgen de titels van de twee naastvolgende bijgebonden werkjes: Nrs. 66 en 67, en dan, in andere hand, de nota: Cosmos Dillanus, pastor in Tongerloo 1610, en verder beneden, nog eens in verschillende hand: Bibl. Tongerl. Behoorde dus aan de abdij van Tongerloo, waar Geeraard Adriaans, naar zijne geboorteplaats Drunen (Noord-Brabant) Drunaeus genaamd, en Cosmas Dillen kloosterlingen waren. Achteraan zijn in den zelfden band gebonden de drie incunabelen Nrs. 66, 67 en 64, alsmede vier andere traktaatjes, tusschen 1641 en 1664 gedrukt. De acht werkjes kunnen dus ten tijde van Drunaeus (1592) of Dillen (1620) nog niet in éen band zijn vereenigd geweest. Nrs. 66 en 67 waren echter reeds met het onderhavig werkje samengebonden, en misschien ook Nr. 64 dat op die nrs. volgt. De tegenwoordige band, een gladde lederen band met het wapen der abdij van Tongerloo op den rug, kan dus niet van vóór 1664 dagteekenen. Vgl. Nrs. 10, 37, 58 en 71.
B. 5825.
66. Aegidius [Corboliensis], Carmina de urinarum iudiciis. Venetië, Bernardinus [de Vitalibus] Venetus (voor Hieronymus Duranti). 1494, 16 Febr. 4o.
HC. 101. Pellechet 62. Proctor 5522.
| |
| |
78 ongen. bldn., waarvan eerste en laatste blank. Signat.: a8, b-r4, s6. 43 reg. Samengebonden met Nrs. 65, 67, 64 en vier traktraatjes van de 17e eeuw. Zie Nr. 65 over band en herkomst.
B. 5989.
67. Maiolus (Laurentius). De gradibus medicinarum. Venetië, s.n. [Aldus Manutius]. 1497. 4o.
HC. 10528. VB. 4468. Proctor 556a.
56 ongen. bldn., waarvan laatste blank. Signat. A-G8. 31 reg. Samengebonden met Nrs. 65, 66, 64 en vier tractaatjes van de 17e eeuw. Zie Nr. 65 over band en herkomst.
B. 6023.
68. Voragine (Jacobus de). Legenda aurea sanctorum sive historia longobardica. S.n. et a. [Keulen, Ulrich Zell]. 1483. fol.
Cop. 6434. VK. 623. Brit. Mus. 1, 197 (IB. 3036). VB. 642. Proctor 905. Groningen 191.
Sluit met bl. 233 (gen. CCXXVI). Bevat slechts de Legenda aurea: ontbrekende Historie plurimorum scriptorum noviter addite: laboriose ex diver sis libris in unum collecte, met welke het werk op 462 bldn. komt. Bl. 233b, col. 2, reg. 45: Explicit legenda aurea cöpilata ∥ p pclarissimu ac religiosū virū Jaco 11 bū de voragine ep̄m lanuēsem. ∥ Op bl. 2a boven, aant. in 16e-eeuwsche hand: Monasterij S. Salvatoris Antuerpi[ensi]s. Behoorde dus aan 't klooster van Sint-Salvator te Antwerpen. Rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld in rood, initialen afwisselend in rood en blauw, slechts de initiaal U op bl. 7a zorgvuldiger in verschillende kleuren. Bruine lederen band (van den tijd?) gestreept en gestempeld; houten borden, overblijfselen van koperen sloten. De indeeling van plat vertoont eenige overeenkomst met die van twee Luiksche banden van de 17e eeuw, afgebeeld in Brassinne, Pl. 38 en 45bis Bl. 229b en 230a gedeeltelijk door slijk of vuil water beschadigd. Band vertoont veel overeenkomst met dat waarin Nrs. 23 en 4 vereenigd zijn.
B. 6634.
69. Caesarius de Heisterbach. Dialogus miraculorum. S.n.l. et a. [Keulen, Ulricus Zell. ca. 1473]. fol.
HC. 4230. VK. 300. Brit. Mus. I, 195 (IB. 2988). Pellechet 3153. VB.663. Proctor 890.
310 bldn. Defekt ex.: bldn. 6 en 7 zijn er uitgesneden, van blz. 63 zijn er eenige regels van col. 1, en bl. 64 is er ten grootsten deele uitgescheurd. Initialen, rubriek-teekenen en initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood. Op bl. 2a, boven, aant. in hand van 't laatste der 18e of begin der 19e eeuw: Livre écrit par un jésuite. En daaronder staan de twee eerste regels van 't boek gedrukt: Prologus Cesarij cistercie ∥ sis monachi ī Heysterbach. Commentaar is overbodig. Gestreepte en gestempelde lederen band, houten borden; sporen van sloten, die tot op 't laatste stukje weggenomen zijn.
B. 6640.
70. Herodotus. Historiae, conversae e graeco in latinum per Laurentium Valensem. Venetië, Johannes & Gregorius de Gregoriis. 1494, 8 Maart. fol.
HC. *8472. VB. 3879 +. Proctor 4536.
142 bldn., waarvan 8 ongenummerd en bl. 9-142 gen.[I]II-CXXXIIII. Signat. A8, a-d8, e-x4. 44-45 reg. Initialen met de hand ingevuld in blauw of rood (omtrent afwisselend), rubriek-teekenen en initiaal-streepjes in rood, onderstrepingen
| |
| |
in bleek zwart. Op bl. 1a de handschriftelijke aanteekening: Bibliothecae Loci S. Bernardi op een opgeplakt reepje papier, waaronder tegen het licht een grooten-deels doorgehaalde nota aangaande vroegeren eigenaar zichtbaar is; de niet doorgehaalde woorden: ... custos huius Libri ... alleen zijn nog te ontcijferen. Het boek behoorde dus aan de Cisterciënsen-abdij van Sint-Bernaards te Hemiksem bij Antwerpen. Gestreepte vuilbruine lederen band met sporen van vroeger aanwezige sloten.
B. 6759.
71. Trithemius (Johannes). De scriptoribus ecclesiasticis. Bazel, s..n. [Johannes de Amerbach]. 1494, [na 28 Aug.]. fol.
HC. *15613. Brit. Mus. III, 755 (IB. 37368). VB. 462. Proctor 7601.
148 bldn., waarvan bl. 1-6 ongenummerd, bl. 7-146 gen. 1-140, bl. 147 ongenummerd; bl. 148 (blank) ontbreekt. Signat.: A6, a-d8.6, e8, f-t8.6, u8. Samengebonden met: K. 6809a (Paulus Orosius, Adversus paganos. 1526). Gladde lederen band met den stempel der abdij van Tongerloo op den rug, gelijkvormig aan Nrs. 10, 37, 58 en 65.
B. 6809.
72. Cronica van der hilliger Stat Coellen. Keulen, Johannes Koelhoff, zoon. 1499, up sent Bartholomeus avent des hilligen Apostels [23 Aug.] fol.
HC. *4989. VK. 324. VB. 1077. Brit. Mus. I, 299. (IB. 5073). Pellechet 3566. Groningen 76.
Op wit blad tegenover 1e titelplaat (bl. 1a), aant. met de hand op een opgeplakt stukje papier: Maria geboren greffin zu Limborg vnde Stirum, en daaronder, in andere hand: Hat mihr vnden benenter diese Cöllnische Cronica geschencket der gestald dass ich sei nit solle iwelch (?) s[ch]enken. A. 1614 den 2 decembris. Daaronder, in andere hand: Ernestus Fredericus Comes Salmensis me modo iusto titulo poscedit [sic]. Hieronder, op witte blad zelf: J aij acheté cette chronique rarissime dans la vendition de la Bibliotèque [sic] de feu marquis de Westerloo l'an 1734 â Bruxelles ...C. Major. De talrijke houtsneden zijn met de hand gekleurd. Gladde lichtbruine lederen band met eenvoudige goud-omlijsting op beide platten, met een naar het midden gerichte eikel tusschen twee eik-lbaderen in iederen hoek; titel, jaartal en versieringen in goud op rug.
B. 7932.
73. Leven ons heeren Jesu Christi. Door Ludolphus [de Saxonia]. Antwerpen, Geeraard Leeu. 1487, 3 Nov. 4o.
HC. 10048. Campbell 1181, VB. 4802. Proctor 9369.
306 ongen. bldn. (overeenkomstig met Cop.; Campbell: 304 bldn.) Signat. a-b8, c-f6, g8, h-z6, r6 - q6, a - L6, aa-oo6. De drie eerste van de talrijke houtsneden, alsook eenige xylographische initialen met de hand gekleurd. De initiale I op bl. 6a in verschillende kleuren met de hand geteekend en met versieringen, die het blad op drie zijden omlijsten; de andere initialen doorgaans ingevuld in rood, een enkele opgemerkt in blauw en een andere in zwart. Deinitiaal-streepjes en eenige rubriek-teekenen zijn ingevuld in rood. Gladde bruine lederen band van de 18e eeuw, zwart gemarmerd, met bladwerk in goud-opdruk op beide platten omlijst. Over de houtsneden van dit werk, zie: W.M. Conway, The woodcutters of the Netherlands in the 15th century, blz. 56 vlg. en Jean de Bosschere, quinten Metsys, blz. 50, 70 en 71.
B. 8478.
74. Fasciculus temporum (Nederlandsch). [Door Werner Role-vinck]. Utrecht, Jan Veldener. 1480, op Sinte Valentijns dach [14 Febr.]. fol.
| |
| |
HC. 6946. Campbell 1479. VB. 4948. Proctor 8858.
340 bldn.: bl. 1-8 ongenummerd, bl. 9-113 gen. I-CV, bl. 114-267 gen. Cv - CClviij, bl. 268-340 gen. CClvixj - CCCXXX; bl. 114 is echter een dubbel van bl. 113, terwijl de nummering van bl. 268 een fout is, die later niet gecorrigeerd werd. Het eerste en het laatste blad ontbreken in 't onderhavig ex. Twee initialen D op bl. 202a (gen. Cxciiii) met de hand ingevuld in donkerrood, vele initiaal-streepjes in rood, rubriek-teekenen niet zoo dikwijls, achteraan sommige in blauw en rood, andere afwisselend in blauw of in rood. Op bl. 201b (blank), gen. Cxcm, register met de hand geschreven, op andere plaatsen handschriftelijke notas. Modern band (begin 19e eeuw?) met het wapen van de stad Antwerpen op rug; te scherp door binder gerogneerd).
B. 8479.
75. Aquino (Thomas de). De vitiis et virtutibus. S.n.l. et a. [Antwerpen, Mathias van der Goes. ca. 1486]. 4o.
Cop. 540. Campbell 1665.
54 ongen. bldn. Laatste bl. ontbreekt in 't onderhavig ex. Signat.: a-c6, d4, e - C6, g-k4.6. 30 reg. Initiaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood. Modern band.
B. 9872.
76. Aquino (Thomas de). Summa theologica. I, II1, II2, III, Neurenberg, Anton Koberger. 1496, 15 Jan. 2 bdn. (I, II1 = bd. 1; II2, III = bd. 2). fol.
HC. *1436. Pellechet 1035. Brit. Mus. II, 441 (IB. 7500). VB. 1758. Proctor 2102
P. I: 194 bldn., waarvan laatste blank. Signat.: A-E8, F-H6, I8, K L6, M8, N O6, P8, Q-S6, T8 V-Y6, Z8; Aa8, Bb Cc8, Dd Ee8. Bl. 1 (titel) ontbreekt in 't onderhavig ex.; vervangen door een wit blad, waarop de titel met de hand geschreven is. - P. II, 1: 188 bldn., waarvan laatste blank. Signat.: a-d8, e-n8, o-x8.6, y z6; aa-cc6, dd ee8. P. II, 2: 274 bldn. Signat.: AA-DD8, EE-GG6, HH II8, KK-NN6, OO8, PP-ZZ6; Aa - Ff6, Gg8, Hh - Vv6. - P. III: 176 bldn., waarvan het laatste (blank?) ontbreekt in ons ex. Signat.: a-d8, e-z6, r6, r6, E6, H6, Q6.
Op blz. 2a van elk deel (P. I, II1, II2 en III) een initiale met de hand ingevuld, in blauw, met versieringen in rood (in P. I meer grauwrood), andere initialen als mede de rubriek-teekenen bijgevoegd in rood, met zwart erin. Op bl. 2a van P. I, onderaan, de aant. met de hand: Liber receptus est e Collegio RR. PP. Societatis [Jesu?] Embricensi et re-incorporatus Bibliothece ffr. Min. strict. Obs. Montis Caluarie Altinensis. 12 Martij 1687. Het werk werd dus in 1687 van het college der Jezuieten(?) te Emmerik aan den Beneden- Rijn overgebracht naar het klooster Calvarienberg der Minderbroeders van de strikte observantie, te Elten in dezelfde streek gelegen. Gladde donkerbruine lederen banden, zwart gemarmerd, met gestempelde randomlijsting op de platten.
B. 127711.
77. Gerson (Johannes). Collectorium super Magnificat. S.n.l. et a. [Keulen], N[icolaus] G[oetz de Schlettstadt. ca. 1475]. fol.
HC. *7716. VK. 460. Brit. Mus. I, 239 (IB. 3841). Pellechet 5139. VB. 4984. Proctor 1121.
Laatste bl. (blank) ontbreekt in 't onderhavig exemplaar. Bl. 55 bevat slechts 1 col.; de tweede helft van 't blad is afgesneden, zonder dat iets aan den tekst ontbreekt. Zooals blijkt uit de beschrijving van 't ex. in 't Brit. Mus., werd een typographische fout dus gecorrigeerd. Initialen, rubriek-teekenen, initiaal-streepjes en onderstrepingen met de hand ingevuld, in rood. Moderne bruine lederen band, zwart gemarmerd met gestempelde randomlijsting op de platten; vermoedelijk uit de laatste helft der 18e eeuw.
B. 12737.
| |
| |
78. Gouda (Guilhelmus de). Tractatus de expositionc missae. Antwerpen, Mathias [van der] Goes. S. a. [ca. 1487]. 4o.
Cop. 2755. Campbell 881. Cat. Capron 21.
22 bldn. Signat.: a-c6, d4. Over de houtsnede op laatste blad, zie: W.M. Conway, The woodcutters etc., blz. 175 vlg. Initialen, initiaal-streepjes en rubriek-teekenen, van bis. 12b-17a, met de hand ingevuld, in rood, het kruis op 't misgewaad op de houtsnede gedeeltelijk met de hand gekleurd, in rood. Ongebonden, in dunnen cartonomslag van 't laatste der 18e of begin der 19e eeuw. Met een ex-libris van P.P.C. Lammens en een ander van J. Capron. Aangekocht op de Veiling Capron, 16 Apr. 1875. Het werkje is dus uit de verzameling Lammens aan Capron gekomen, wordt echter in den veilingscatalogus Lammens niet vermeld; misschien door hem uitterhand gekocht.
B. 15731.
79. Augustinus (Aurelius). De civitate Dei, cum commento Thomae Valois et Nicolai Triveth. Bazel, Johannes de Amerbach. 1489, Idibus Februariis [13 Febr.]. fol.
HC. 2064. Brit. Mus. III, 751 (IB. 37313). Pellechet 1559. VB. 447. Proctor 7578.
Ruw gebonden in geel leder op houten borden. BI. 1 hersteld; aant. met de hand op bl. 2a boven, vermoedelijk aangaande vroegeren eigenaar, uitgevaagd. Gekocht in Nov. 1883 op Veiling Fonteyn, Leuven.
B. 18080.
80. Leeringhe. Corte leeringhe wt den scrifturen. S.n.l. et a. [Gouda, Geeraard Leeu. ca. 1482]. 8o.
Cop. 3529. Campbell 1089a (2e suppl., p. 26). Cat. Ipers 125.
84 bldn. Signat.: a-k8, 14. 17 reg. Bl. 62b houtsnede: De mis van den H. Gregorius. Vgl. W.M. Conway, The woodcutters etc., blz. 32-53 over de houtsneden van Geeraard Leeu gedurende zijn verblijf te Gouda. Het onderhavig ex. wijkt in de volgende punten af van Campbell's beschrijving: Bl. 1a, reg. 5: boecxkijn (Campbell: boecxkyn); reg. 10: altcsamen (Campbell: al te samen); reg. 13: menschen soe (Campbell: menschen. Soe); reg. 14: nauolghede (Campbell: navolghede). Initialen T op bl. 1a, D op bl. 2a en I op bl. 4a met de hand ingevuld en rijk versierd in rood en blauw en die bladen gedeeltelijk met de versieringen omlijst; andere initialen en rubriek-teekenen in blauw of rood, initiaal-streepjes en onderstrepingen in rood. Gestreept en gestempeld lederen bandje op houten borden; in lederen koker. Met ex-libris van Edward Ipers. Door het ‘Bestendig Dotatiefonds ten voordeele der Stadsbibliotheek en van het Museum Plantin-Moretus’ op de veiling Ipers in Maart 1913 voor de Stadsbibliotheek aangekocht.
B. 27303.
81. Jordanus [de Quedlinburg]. Meditacien. Antwerpen, Geeraard Leeu. 1487, 5 Jan. 8o.
HC. 9447 (= H. 10044). Campbell 1051. Cat. Ipers 127. - Bl. 1a, reg. 1 afwijkend: vanden (Campbell: vande).
144 bldn.; bl. 64 ontbreekt in 't onderhavig ex. (blijkbaar uitgescheurd). Signat.: [a]b-s8. 14-16 reg. De talrijke houtsneden met de hand gekleurd, initiaalstreepjes en onderstrepingen in rood. Zie W.M. Conway, The woodcutters etc., bi. 52 over de vermelde houtsneden. Gestreept en gestempeld zwart lederen bandje met lederen knoppen voor sloten, houten borden; in lederen koker. Exlibris en herkomst = Nr. 80.
82. Aristoteles. Questioncs naturales. Antwerpen, Godfridus Back. S. a. [ca. 1495]. 4o.
| |
| |
HC. *1728. Campbell 182. Proctor 9448. Cat. v.d. Corput 1435 II, p. 2).
32 bldn. Signat.: a8, b4, c-f6 4, 35-37 reg. Met 3 houtsneden. De eerste (op den titel) is het werk van “the third Antwerp woodcutter” (Conway, the woodcutters, etc. blz. 86 vlg.). Zij stelt twee personen voor, die de plantenkunde bestudecren. en waarvan de eene op een boom zit, terwijl de andere eronder te rusten ligt. De houtsnede op de verso-zijde van den titel, waarop de auteur zijn boek aan een ridder aanbiedt, is meer in den trant van den meester die voor Bellaert in Haarlem werkte (Conway, blz. 74 vlg.). De derde houtsnede, een vogelmuit (drukkersmerk van G. Back) voorstellend, is aan 't einde (bl. 32b) geplaatst. Dit drukkersmerk wordt niet vermeld door G. van Havre, Marques typographiques. Gewone band. Geschenk van Dotatiefonds. Op de veiling der verzamelingen van Dr. van den Corput en H. Dyseriuck (Amsterdam, Fred. Muller & Cie, 15-20 Mei 1911) aangekocht.
B. 30373.
83. Petrarca (Franciscus). De secreto conflictu curarum suarum. Antwerpen, Geeraard Lceu. 1489. 14 Maart. 4o.
HC. *12801. Campbell 1388. Proctor 9384. Cat. v.d. Corput 1433 (II, blz. 2).
42 bldn. Signat.: a6, B-G6. 35 reg. Gestempelde lederen band, vermoedelijk van de 18e eeuw. Met het groote drukkersmerk (op laatste blz.) van G. Lceu, No 2 bij G. van Havre, Marques typographiques, 1, 259. Geschenk van 't Dotatiefonds; met Nr. 82 op dezelfde veiling aangekocht.
B. 30374.
84. Vegius (Maphaeus). Vita [poetica] divi Antonii. Deventer, s.n. [Richard Paffroet]. 1490. 4o.
HC. *15922. Campbell 1711. Proctor 8991.
12 bldn., het laatste bl. (blank) inbegrepen. 151.1 (titel en houtsnede) ontbreekt in 't onderhavig ex. Signat.: a-b6. Initiale E op 1. b2a met de hand ingevuld in blauw en rood, initiaal-streepjes en rubriek-teekenen in rood. Gewone band. Met ex-libris van Gustave van Havre. Geschenk van 't Dotatiefonds, aangekocht op de veiling Fred. Muller & Cie. (Amsterdam, 3-7 Mei 1909), en herkomstig uit de verzameling G. van Havre. Zie: Cat. Muller (3-7 mai 1909), No. 1856.
B. 35752.
85. Troest. Der sondaren troest of die spieghel der consciencien. Door Jan van Remmerswael. Antwerpen, Mathias van der Goes. 1492. 8o.
100 bldn. Signat.: a-m8, n6, 20 reg. Goth. Zonder bladnummering noch reclamen.
Bldn. 1-5 ontbreken. Bl. 6a (eerste blad van 't onderhavig ex.): lichteliken doet Capit. viij ‖ Van donderscheit tusschen dootli- ‖ ke enz. Bl. 7b, laatste regel: Hie reyndet die tafel ‖ Bl. 8a.: ⁌Dat eerste capittel is. wat sonde ‖ is / en̄ hoemen sonde bekēnen sal. ‖ Bl. 33a (m. signat, e), reg. 16: ⁌ Hiereyndet dat eerste deel vā de ‖ sen boexken. Bl. 99a, reg. 12: ⁌Ghescreuen en̄ gheeyndet is dit ‖ boecxken ghenoemt der sondaren ‖ troest of die spieghel der cōscienciō ē in onse contient van antwerpen te ī mirebroeders op sinte benedictus ‖ auōt / bi mi broed' Jan van remmer ‖ swael. Int iaer ons heren M.CCCC. [I en̄ xcij. ⁌En̄ is geprent in selfde ‖ iaer / bi mi Mathijs vāder goes ‖ Bl. 99b en (zeer waarschijnlijk) bl. 100a blank. - Bl. 100b: ⁌Broeder Jan van rēmerswael ‖ Hieronder is een vierhoek, 6.0 × cm. groot, waarop vermoedelijk een prent of drukkersmerk stond, uitgesneden. Daaronder: ⁌Geprent tantwerpen buten die ‖ earner poert int vogelhuys / bi my ‖ Mathiam goes ‖
| |
| |
Niet beschreven. Voor een uitgave van 't zelfde werk, in 't zelfde jaar gedrukt bij Geeraard Leeu te Antwerpen, zie Campbell 1685 en 2d supplément, p. 41.
Initialen, initiaal-streepjes en eenige rubriek-teekenen met de hand ingevuld, in rood. Op bl. 99b (blank), aanteekening met de hand: Dezen boek behoort toe aan Jan van Droogenbroeck, van Sint Amands. 1853. Behoorde dus in 1853 aan den bekenden Vlaamschen dichter, destijds 18 jaar oud. Het werkje was, als het in 't bezit der Bibliotheek kwam, nog samengehecht met Nr. 86, dat er klaarblijkelijk mede samengebonden geweest was, de band ontbrak echter toen reeds. Beide drukken werden door het Dotatiefonds voor de Bibliotheek aangekocht op de veiling der boekerij L. Theunissens (Gent, Camille Vyt, 13 Dec. 1911).
B. 35753.
86. Kintscheyt. Van die gheestelike kintscheyt Jesu. Antwerpen, Geeraard Leeu. 1488, 16 Febr. 8o.
HC. 9781. Cambell 1074.
Verminkt exemplaar.: 21-22 bldn. gansch en 8 bldn. gedeeltelijk uitgesneden, tot het ontbrekende deel behoort het slot (4-5 bldn.). Initialen, rubriek-teekenen en initaal-streepjes met de hand ingevuld, in rood. Oorspronkelijk met Nr. 85 in één deel vereenigd; zie dat nummer over herkomst. Over de houtsneden, waarvan, jammer genoeg, een groot aantal uitgeknipt zijn, zie W.M. Conway, The woodcutters, etc., blz. 79.
|
|