|
| |
Register van plaatsen van herkomst, vroegere eigenaars, begiftigers, enz.
| Abelinx (Hermannus), bestuurder van 't nonnenklooster Blijdenberg bij Mechelen, overleden 30 Dec. 1503. De priorij van Groenendaal bij Brussel had hem het bezit van 12 boekdeelen te danken, waarvan twee incunabelen in de Bibliotheek |
42, 56 |
| Administration centrale du Dép. des Deux-Nèthes |
16, 31, 54, 61, 62 |
| Adriaans (Geeraard). Zie: Drunaeus (Gerardus). |
|
| Angia (Johannes de), predikheer |
62 |
| Antwerpen. Beggaarden, Bogaarden of Penitenciebroeders, tak der Franciscanerorde, sedert 1128 (of wel 1228) te Antwerpen gevestigd (Mertens & Torfs, Gesch. v. Antwerpen, I, 392 vlgg., 421 vlgg.) |
46, 62 |
| Capucijnen, een andere tak derzelfde orde, door Alexander Farnese naar Antwerpen geroepen en aldaar gevestigd sedert 1586 (Mertens & Torfs, V, 2 86-289) |
49 |
| Cisterciënsenklooster van Sint-Salvator, of Pieter Potsklooster, rond het midden der 15e eeuw door Pieter Pot als priorij |
|
| |
| |
| gesticht en sedert 1652 abdij; een van zijn priors was Christoffel Butkens, de schrijver der Trophées du Brabant (A. Thys, Historiek der straten van Antwerpen, blz. 683-686) |
11, 28 (en 29), 33, 68 |
| Minimen, tak der Franciscanerorde, sedert 1614 in Antwerpen. (Mertens & Torfs, V, 401 vlg.) |
25 |
| Predikheeren of Dominicanen, kwamen in 1243 naar Antwerpen. (A. Thijs, Historiek, blz. 603). Priester: Aegidius Buys, † 1622 |
15 |
| Premonstratensenabdij van Sint-Michiels, gesticht in 1124. (A. Thijs, Historiek, blz. 653-66) |
5 (6 en 7) 23, 31, 50, 53 |
| Arschot (Martinusde) |
3 |
| Augustijnen. Zie: Groenendaal, Mechelen. |
|
| Beggaarden. Zie: Antwerpen. |
|
| Berg Sion, of B1ijdenberg. Zie: Mechelen. |
|
| Blijdenberg. Zie: Mechelen. |
|
| Blijenborch (Petrus), van Gouda |
52 |
| Bochius (Johannes) [= Boghe (Jan)], humanist en reiziger, geb. 27 Juli 1555 te Brussel, overleden 13 Januari 1609 te Antwerpen. Sedert 1585, na jarenlange reizen door Europa, te Antwerpen gevestigd, werd hij door Alexander Farnese tot stadssecretaris benoemd. Hij had omgang met de voornaamste geleerden in deze gewesten, vooral met Franciscus Sweertius en Valerius Andreas, die hem den BelgischenVergilius (‘alterum Belgii Maronem’) noemde. Hij had een rijke boekenverzameling aangelegd, bestaande uit de beste Grieksche en Latijnsche schrijvers. Miraeus, in zijn Elogia Belgica (blz. 210) gewaagt ervan, en vermeldt, dat de Antwerpsche Magistraat in Boghe's sterfhuis een belangrijk aantal werken aankocht voor de publieke bibliotheek der stad. Blijkens een collegiale akte van 20 Mei 1609, zou het Antwerpsche stadsbestuur den ingezetenen Portugeeschen geneesheer Ludovicus Nonius gelast hebben, voor een bedrag van ‘sesse hondert guldens eens in den voors. uytroep daer mede te coopen de boeken die men meest bequaem sal vinden totte voors. Bibliothecque.’ De stadsrekeningen vermelden de uitbetaling dier som met de toevoeging: ‘.... totte Bibliothecque, die tot eere van de Stadt ende gerieff van de Borgeren hun totter studien begevende, wordt opgerecht ....’ Van een nalatenschap aan de bibliotheek, waar de Biogr. nationale (II, 543) van spreekt, is nergens eenig spoor te vinden |
34 |
| Bogaarden. Zie: Antwerpen. |
|
| Bossche (Hendrik van den), kapellaan te Denderleeuw. 17e eeuw? |
23 |
| Bosser (Judoeus de). Leuven, 1604 |
54 |
| |
| |
| Boule (André), boekbinder te Parijs |
36 |
| Bradshav. Vermoedelijk een boekbinder. De naam staat op het achterplat van den band, terwijl op het voorplat F. Rogerus staat. Zou het F(rater) Rogerus Bradshaw zijn? |
2 |
| Broeders van 't H. Kruis. Zie: namen. |
|
| Buys (Aegidius), priester der Predikheerenorde te Antwerpen, overleden den 30 Nov. 1622 (Graf- en gedenkschriften v.d. prov. Antwerpen, V, 126) |
15 |
| Calvarienberg. Zie: Elten. |
|
| Capron (J.), boekenliefhebber. De veiling van zijn bibliotheek had plaats van 6-8 Aug. 1875 te Brussel. Ex-libris met de zinspreuk: Quaero |
78 |
| Carmelieten (Ongeschoende). Zie: Mechelen. |
|
| Carmelieterssen (Ongeschoende). Zie: Mechelen. |
|
| Capucijnen. Zie: Antwerpen. |
|
| Cisterciënsen. Zie: Antwerpen;Sint-Bernaards. |
|
| Clericus (Phi lippus) |
34 |
| Colen (Petrus), kanunnik der collegiale kerk van Sint-Jan te 's Hertogenbosch, 1564 |
27 |
| Corput (? Edouard - B.-H.-J. van den), geneesheer, geb. in 1821 te Brussel. Veiling van zijn bibliotheek door Fred. Muller & Co. te Amsterdam, 15-20 Mei 1911 |
82 |
| Couwerven (Norbertus van), schrijver van theologische werken, geb. einde 16e eeuw te Antwerpen, overleden aldaar in 1661. Was 1640 prior, 1652-1661 abt der St. Michiels-Abdij te Antwerpen (Biogr. nationale, IV, 453-455) |
54 |
| Delft (? Hen ricus van). 1558 |
27 |
| Département des Deux - Nèthes. Zie: Administration centrale. |
|
| Diest. Collegiale kerk van Sint-Sulpitius, in 1457 van parochiale tot collegiale kerk verheven. (Miraeus & Foppens, Opera diplomatica, I, 455 vlg.) |
55 |
| Dillen (Cosmas), kloosterling te Tongerloo, geboortig van Balen, in 1619 licenciaat in godgeleerdheid te Leuven, in 1620 pastoor van Tongerloo, in 1626 voorzitter van 't nieuw gestichte Norbertijnsch College te Rome, waar hij reeds in 1629 op 42 jarigen leeftijd overleed. (W. van Spilbeeck, De abdij van Tongerloo, blz. 449 vgl. 456) |
65 |
| Dominicanen. Ziŷ: Predikheeren. |
|
| Dotatiefonds (Bestendig) ten voordeele der Stadsbibliotheek en van het Museum Plantin-Moretus, gesticht in 1906 en werkzaam tot 1914. De Bibliotheek dankt aan deze prijsbare instelling, benevens een groot aantal andere kostelijke werken, de zeven incunabelen |
80, 81, 82, 83, 84, 85, 86 |
| |
| |
| Droogenbroek (Jan van), Vlaamsch dichter, geb. 1835 te Sint-Amands, prov. Antwerpen, overleden te Rotselaar, prov. Brabant, in 1902 |
85 |
| Drunaeus (Gerardus), dus genaamd naar zijn geboorteplaats in Noord-Brabant - zijn eigenlijke naam was Geeraard Adriaans - kloosterling te Tongerloo, 1590 pastoor van Retie en aan den koning van Spanje als candidaat voorde waardigheid van abt dezer abdij voorgesteld, maar niet benoemd. (W. van Spilbeeck, De abdij van Tongerloo, blz. 415 vlg.) |
65 |
| Du Kene [=Du Quesne?] (Thomas), kanunnik te Antwerpen, 1541 |
12 |
| Du Quesne (Thomas). Zie: Du Kene. |
|
| Elten, plaats aan den Duitschen Beneden-Rijn. Calvarienberg, klooster der Minderbroeders van de strikte observantie, 1687 |
76 |
| Emmerik, stadje aan den Duitschen Beneden-Rijn. College der Jezieten(?) 1687 |
76 |
| Qaudry, kanunnik te ...., 1661. |
|
| Galilaea, nonnenklooster. Zie: Gent. |
|
| Gent. Galilaea, nonnenklooster van de Augustijnen-orde, gesticht in 1433. (Ant. Sanderus, Gandavum, p. 457; lib. V, cap. 13). Bestuurder: Her waldus (?) Vinx, 16e eeuw? |
61 |
| Hieronymietenklooster, gesticht omtrent 1430, vermeld in een akte van 1439 als ‘Sent Jeronimus huus bij sent-Janskercke in de Nedercelstrate’. (F. de Potter, Gent, IV, 523-537) |
34 |
| Gillecus (Nicolaus). Zie: Gilloeus. |
|
| Gilloeus [ofwel Gillecus?] (Nicolaus) |
15 |
| Grobbendonk (Franciscus a). Zie: Groevendonck. |
|
| Groenendaal (Viridis Vallis), Augustijnenpriorij in Zoniënbosch bij Brussel, gesticht in 1349; de vermaarde mystieker Jan van Ruusbroec was haar eerste prior (1349-1381). (Alph. Wauters, Hist, des environs de Bruxelles, III, 534-544) |
56, 61 |
| Groevendonck (Franciscus a). Zeer waarschijnlijk een andere vorm van den naam van 't dorp Grobbendonk, prov. Antwerpen, die oudtijds dikwijls zoo geschreven en tot nog toe door het volk ongeveer aldus uitgesproken wordt |
3 |
| Hase, (Adrianus de) |
33 |
| Havre (Gustave van), bibliophiel, geb. 5 Maart 1817 te Antwerpen, overleden aldaar 23 Jan. 1892 |
84 |
| Hieronymieten. Zie: Gent. |
|
| Huart (Johannes) |
17 |
| Huart (Remaclus) |
17 |
| Hulst, gem. in Zeeuwsch-Vlaanderen. Gasthuis dienende voornamelijk ter herberging van vreemde reizigers, bestond reeds in de 14e |
|
| |
| |
| eeuw. In 't begin der 17e eeuw hersteld en een ziekenhuis eraan toegevoegd, waarvan de zorg aan de gasthuis-nonnen van Sint-Elisabeth-Gasthuis te Antwerpen opgedragen werd. ‘Na de reductie van 1645 aan het gemeene Land geraakt en vervolgens in verscheidene bijzondere woningen verbouwd.’ (A.J. van der Aa, Aardrijksk. wb. d. Nederl. V, 920 vlg.) Tegen het einde van zijn bestaan moet Franciscus de Licht, kanunnik van Sint-Michiels te Antwerpen er pastoor geweest zijn |
31 |
| Ipers (Edward Pieter Antoon), bibliophiel, geb. 15 Juni 1843 te Antwerpen, overleden aldaar 13 Aug. 1912. Ex-libris |
80, 81 |
| Jezuieten. Zie: Emmerik; Leuven. |
|
| Kanunniken (Reguliere), gezegd Broeders van 't H. Kruis: Zie: Namen. |
|
| Lammens (Pieter Philip Constant), bibliophiel, bibliothecaris van de Universiteits-bibliotheek te Gent, geb. ald. 8 Oct. 1762, overleden den 9 Juni 1836. (Cat. Lammens, I, blz. 1-4). |
78 |
| Leende (Antonius van), prior van 't Predikheerenklooster te 's Hertogenbosch, 1564 |
27 |
| Leuven. Collegium Societatis Jesu |
36 |
| Licht (Franciscus de), geb. te Antwerpen in 1605, priester gewijd in 1629, kanunnik van Sint-Michiels te Antwerpen, pastoor van het gasthuis te Hulst (Zeeuwsch-Vlaanderen), pastoor te Deurne bij Antwerpen in 1651 en aldaar overleden 1673. (Graf- en gedenkschriften d. prov. Antwerpen, IV, 150. - J.B. Stockmans, Geschied, v. Deurne en Borgerhout, III, 269). Zie insgelijks: Hulst |
31 |
| Limburg u. Stirum (Maria, geb. Gräfin zu) |
72 |
| Linnich (Jacobus), van Oudenburg (West-Vlaanderen) |
53 |
| Major (C.) Mechelsch bibliophiel, 1734. Op de veiling van Carolus Major (27 April 1767) werd die Cronica van der hilliger stat van Coellen toegewezen aan de Servais (9 gl. 15). Op 3 Oct. 1808 staat het boek vermeld in den veiling-catalogus de Servais, als très rare en toegewezen aan kannunik Du Trieu voor 15 gl. Op 19 Maart 1832 ging het boek voor 11.0 zilveren Ned. gldns. (Mededeeling van den heer Dierckx, archivaris te Mechelen) |
72 |
| Mechelen. Augustijnen-Eremieten, sedert 1242 in 't kwartier Nieuwland bij Mechelen gevestigd; hielden daar in de eerste helft der 15e eeuw een vermaarde Latijnsche school. (Provincie, stad ende district van Mechelen, II, 34 vlgg.). Prior: Philip van Wavre (?), 1659 (of 1689?) |
63 |
| Blijdenberg, meest gebruikte naam van het nonnenklooster van den Berg Sion of Sionsberg bij Mechelen, verblijf der Victorinnen, eerst in het kwartier Nieuwland (rond 1263-1572), en later |
|
| |
| |
| in Mechelen zelf gevestigd. (Op cit. II, 163 vlgg.) Bestuurder: Hermannus Abelinx, overleden in 1503 |
16, 42, 56 |
| Ongeschoende Carmelieten. Klooster gesticht in 1616. (Op cit. II, 83 vlg.). Vgl. Nr. 17 |
16 |
| Ongeschoende Carmelieterssen. Klooster gesticht in 1651. (Op cit. II, 201 vlg.) |
17 |
| Minderbroeders. Oudste kloostergemeente der stad, gesticht in 1231, van 1446 af Minderbroeders-Observanten en sedert 1597 Minderbroeders-Recollecten. (Op. cit. II, 1-4) |
32 |
| Minderbroeders. Zie: Elten; Mechelen. |
|
| Minimen. Zie: Antwerpen. |
|
| Mons Sion of Sionsberg. Zie: Mechelen, o. Blijdenberg. |
|
| Namen. Broeders van 't H. Kruis, de oudste kloostergemeente der stad, gesticht in de eerste helft der 13e eeuw. (C.F.J. Galliot, Hist, de la ville et prov. de Namur. III, 222-230) |
24 |
| Pieter Potsklooster. Zie: Antwerpen, o. Cisterciensen-abdij van Sint-Salvator. |
|
| Pottere (Antonius de) |
23 |
| Predikheeren. Zie: Antwerpen; 's-Hertogenbosch. |
|
| Rogerus (F.) Vgl: Bradshav |
2 |
| Roodeklooster (Rubea Vallis). Populaire naam van de Augustijnenpriorij van Sint-Pauwels in Zoniënbosch bij Brussel, gesticht in 1368. (Alph. Wauters, Hist, des environs de Bruxelles, III, 352-359) |
25, 26, 57 |
| Rubea Vallis. Zie: Roodeklooster. |
|
| Salm (Ernest Frederik, graaf van), 1614 |
72 |
| Santvoort (Godfried van), geb. 1577 te Sint-Oedenrode in Noord-Brabant, studeerde de rechtswetenschappen te Leuven en was tot omtrent 1625 kanunnik der hoofdkerk van Antwerpen; onbekend, wanneer of waar overleden. (Biogr. nationale, XXI, 382 vlg.) |
38 |
| Sebastiaens (Raphael), kloosterbroeder |
5 (en 7) |
| 's Hertogenbosch. Predikheerenklooster, gesticht in 1286; de monniken uitgedreven in 1629. Heropgericht te Mechelen in 1651. (J.F. Foppens, Hist, episc. Silvaeduc, p. 300 sq.). Prior: Antonius van Leende, 1564 |
27 |
| Collegiale kerk van Sint-Jan, in 1366 van parochiale tot collegiale kerk verheven. (Op cit., p. 136-140). Kanunnik: Petrus Colen, 1564 |
27 |
| Silvanus (Henricus). Zie: Bossche (Hendrik van den). |
|
| Sint-Bernaards, Cisterciënsen abdij te Hemiksem bij Antwerpen, in 1135 te Vremde bij Antwerpen gesticht en in 1247 (n. st.) naar Hemiksem overgebracht. (J. Th. de Raadt & J.B. Stockmans, Gesch. d. gem. Schelle, blz. 42-52) |
70 |
| |
| |
| Sint-Jan (Collegiale kerk van). Zie: 's Hertogenbosch. |
|
| Sint-Michels (Premonstratensen-abdij van). Zie: Antwerpen. |
|
| Sint-Pauwels (Augustijnen-priorij van). Zie: Roodeklooster. |
|
| Sint-Salvator (Cisterciënsen-klooster te Antwerpen), gemeentelijk Pieter Potsklooster. Zie: Antwerpen. |
|
| Sint-Sulpitius (Collegiale kerk van). Zie: Diest. |
|
| Sionsberg. Zie: Mechelen, o. B1ijdenbe rg. |
|
| Sleghers (Martinus), kanunnik der collegiale kerk van Sint-Sulpitius te Diest |
55 |
| Sweertius (Franciscus), zoon, geschied-, oudheid- en letterkundige, geb. te Antwerpen in 1567 en overleden aldaar in 1629 |
12 |
| Theunissens (Lodewijk), secretaris van de Maatschappij der Antwerpsche bibliophilen, † 1911 |
85, 86 |
| Tongerloo, abdij der Premonstratensen-orde, gesticht in 1135. (W. van Spilbeeck, De abdij van Tongerloo). Het wapen der abdij is op den rug van alle boeken gestempeld. Dit wapen draagt de zinspreuk: Veritas vineit. Het verschilt echter van hetgeen men vindt bij W. van Spilbeeck (Op. cit., blz. 4), dat dezelfde zinspreuk heeft |
10, 37, 58, 65, 71 |
| Valckenborch (Petrus), kloosterbroeder |
62 |
| Valckenisse (Petrus). Begiftigde het Roodeklooster bij Brussel met |
26 |
| Vinx (Herwaldus?), prior van 't Augustijnenklooster te Groenendaal bij Brussel, later bestuurder van 't nonnenklooster Galilaea van dezelfde orde te Gent en aldaar overleden |
61 |
| Viridis Vallis. Zie: Groenendaal. |
|
| Wa[vre]? (Philip van), prior van 't Augustijnerklooster te Mechelen |
63 |
| Westerloo (Le marquis de). De veiling van zijn bibliotheek had plaats te Brussel in 1734 |
72 |
|
|
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd