Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Boontje komt om zijn loontje (ca. 1890-1900)

Informatie terzijde

Titelpagina van Boontje komt om zijn loontje
Afbeelding van Boontje komt om zijn loontjeToon afbeelding van titelpagina van Boontje komt om zijn loontje

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.56 MB)

XML (0.02 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen
leerdicht
plaatwerk / prentenboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Boontje komt om zijn loontje

(ca. 1890-1900)–Anoniem Boontje komt om zijn loontje–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige
[pagina 16]
[p. 16]

Frits in het hooge gras.

 


illustratie

 
Alleen te huis moet Fritsje blijven,
 
En zich met spelen den tijd verdrijven,
 
‘Ik kan u vandaag niet medenemen,’
 
Zegt Moe, ‘maar ge zult u niet vervelen.
 
Wees dus heel zoet en denk eraan,
 
Dat ge volstrekt niet uit moogt gaan.’
 


illustratie

 
Fritsje belooft het en 't duurt niet lang,
 
Of hij is met bouwen ijvrig aan den gang,
 
Maar eensklaps komt de gedachte bij den guit:
 
Ik loop toch liever de deur eens uit.
 
 
 
't Is lang niet prettig alleen in huis.
 
Waarom bleef Moe toch ook niet thuis?
 
Kort en goed neemt hij een besluit,
 
En is in een wip de deur nu uit.
 
 
 
Waar nu naar toe? Wacht, hij weet raad,
 
Verlaat zoo vlug hij kan de straat,
 
Een zijweg in en heeft in korten tijd
 
De heerlijke, groene weide bereikt.
[pagina 17]
[p. 17]


illustratie

Pietje. Bij het ziekbed van zijn zusje.

 
Ach, dat kermen, ach, dat klagen
 
Kan mijn teeder hart niet dragen,
 
Mietje-lief, ik voel uw pijn!
 
'k Zou gewillig voor u lijden,
 
Kon het u van smart bevrijden,
 
Of maar tot verlichting zijn.
 
 
 
Doch 't is boven mijn vermogen;
 
Maar ik buig, met weenende oogen,
 
Biddend mijne knietjes neêr.
 
‘Laat mijn bede u niet mishagen.
 
Goede Jezus! hoor mijn klagen,
 
En herstel mijn zusje weêr.’
 
‘Laat haar 't leven toch niet derven,
 
Ach, mijn moeder zou 't besterven,
 
Vader daalde wis in 't graf.
 
Lieve God! waar bleef toch Pietje,
 
Naamt Gij met mijn zusje Mietje,
 
Ook mijne ouders van mij af.’
[pagina 18]
[p. 18]
 


illustratie

 
Het gras staat daar verbazend hoog,
 
En Frits verdwijnt geheel uit 't oog;
 
Hij loopt maar door, vlinders achterna,
 
En vangt hij er een, dan lacht hij, ha, ha!
 
Eindelijk wil hij terug, maar, wat 'n spijt,
 
Hij is geheel den weg nu kwijt.
 
Wat een schrik voor onzen kleinen baas;
 
Och Frits, hoe was je toch zoo dwaas!
 
 
 
Als je gehoorzaam en braaf geweest was,
 
Stondt je nu niet alleen in het lange gras.
 
Arme Frits! hij roept maar keer op keer:
 
‘Och, was ik toch bij Moeder weer!’
 
Maar niemand hoort hem en o, nood.
 
Daar wordt zijn angst nog meer vergroot;
 
 
 
Hij hoort een stem, qua, qua! roept zij!
 
Eerst ver af, maar steeds meer nabij.
 
Hij denkt niet anders, of een wild dier
 
Zal hem dra komen opeten hier.
[pagina 19]
[p. 19]


illustratie

De edelmoedige wedervergelding.

 
Zou ik dan mijn zusje kwellen,
 
Omdat zij mij niet bemint?
 
Zou ik kwaad van haar vertellen?
 
Neen, ik denk: zij is een kind.
 
 
 
'k Zal haar van mijn lekkers geven
 
Dan wat druiven, dan een peer,
 
Dan een hazelnoot zes zeven
 
En, wanneer zij wil, nog meer.
 
'k Zal haar hart door liefde winnen,
 
Ze is toch geen kwaadaardig kind,
 
Zoolang zal ik haar beminnen,
 
Tot ze in 't eind mij ook bemint.
 


illustratie

[pagina 20]
[p. 20]
 
Stelt u zijn groote angst dus voor,
 
Daar valt niet mêe te lachen hoor!
 
Qua, qua! hoort hij, al dicht bij zijn ooren,
 
En Fritsje acht zich geheel verloren;
 
Hij gelooft, dat nu het uur zal slaan,
 
Dat het met Fritsje is gedaan.
 


illustratie

 


illustratie

 
Hij schreeuwt zoo hard hij schreeuwen kan,
 
En neemt de vlucht de kleine man.
 
Gelukkig wordt nu zijn geroep vernomen,
 
En ziet hij een dame nader komen;
 
Deze brengt hem veilig weer naar huis,
 
Maar ge ziet, hoe het afliep, wat 'n kruis.
 


illustratie


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken