Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Broederhand. Jaargang 2 (1846-1847)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Broederhand. Jaargang 2
Afbeelding van De Broederhand. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van De Broederhand. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.14 MB)

Scans (347.78 MB)

ebook (3.37 MB)

XML (0.78 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Broederhand. Jaargang 2

(1846-1847)– [tijdschrift] Broederhand, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 305]
[p. 305]

De Vlaemsche Beweging
In Frankryk geoordeeld.

Het is opmerkelyk, hoe zeer de zaek der vlaemsche nationaliteit in het kort veld gewonnen heeft. De vlaemsche beweging wordt door geen mensch meer met onverschilligheid beschouwd, en men begint te begrypen, dat zy eene innige magt heeft, die haer eindelyk over al hare tegenstrevers zal doen zegepralen. De aendacht, die dit vraegpuut verwekt, bepaelt zich niet tot ons land alleen; Duitschland houdt er zich vlytig mede bezig, en, zoo gewigtig schynt de zaek geworden te zyn, dat zelfs de parysische dagbladen er hunne kolommen mede opvullen.

Het Journal des Débats bevatte over eenige dagen een artikel, welks doel was, aen het fransch publiek te doen kennen, waerin de vlaemsche beweging eigentlyk bestaet. Om deze onderneming ten uitvoer te brengen, gaet het gemelde blad te werk, gelyk de fransche drukpers pleegt te week te gaen, wanneer zy het waegt, zich bezig te houden met het buitenland, of zelfs met iets dat niet onmiddelyk in betrekking staet met de vraegpunten die voor het oogenblik de openbare aendach top zich getrokken hebben; dit is: zy legt eene onwetendheid aen den dag, waer de minste schooljongen hier te lande zich zoude over schamen.

Het gemelde artikel behelst nagenoeg de volgende beweringen gen:

1oDe vlaemsche gezindheid is samengesteld uit persoonen, die de fransche tael benyden;
2oHet Vlaemsch is van geene nuttigheid; want het is slechts een patois van het Duitsch;
[pagina 306]
[p. 306]
3oDe pooging, om de vlaemsche letterkunde te doen herleven is niet gelukt; want men heeft de vlaemsche werken nog niet nagedrukt;
4oJacob Kats, de brusselsche demagoog, is de stichter van de vlaemsche beweging;
5oHendrik Conscience is de luidruchtigste weêrklank geweest van den vlaemschen demagoog;
6oDe Clerizy heeft zich van de vlaemsche beweging meester gemaekt, om ze na haren zin te keeren en te wenden;
7oDe Vlamingen zyn vyandig aen het ministerie Rogier; omdat dit ministerie de goedkeuring van Mechelen niet gevraegd heeft;
8oDe pruissische regering heeft te Antwerpen een pruissich entrepôt gesticht, waervan de heer von Arnhim den eersten steen heeft gelegd;
9oZy heeft te Brussel, in 1844, een vlaemsch dagblad doen uitkomen, onder den naem van Vlaemsch België, dat openlyk onder de bescherming van den koning van Pruissen verscheen;
10oDe zelfde regering nam ook aendeèl aen het daerstellen van een tydschrift, de Broederhand, dat de ineensmelting van het Duitsch en het Vlaemsch aenpredikte;
11oDuitschland vergt zyne belgische broeders terug, gelyk het van Denemarken zyne holsteinsche broeders ook terug eischt;
12oDe tegenwoordige belgische ministers hebben tot strekking, zich aen Duitschland aen te sluiten.

Dit zyn de byzonderste punten, waerover het Journal des Débats klaegt, en het klaegt er over, omdat het vreest, den franschen invloed in België weldra teenemael te zien te niet gaen. Wy wenschten van herte, dat deze vrees gegrond ware; maer, eilaes! de invloed van Frankryk heeft zoodanig wortel geschoten in ons land, dat wy sterk beducht zyn, dat er nooit iets in staet zal wezen, om hem weder uit te roeijen.

Het is byna onnoodig, dat wy de beweringen van het parysisch dagblad wederleggen; zy vallen van zelve by het oppervlakkigste onderzoek. Echter zullen wy er, ten overvloede, ter loops op antwoorden, op dat er niet de minste twyfel overblyve, over de ongegrondheid der gezegdens van het Journal des Dé bats.

[pagina 307]
[p. 307]

De bewering, dat het tegenwoordige belgisch ministerie geneigd zoude zyn, zich aen Duitschland aen te sluiten, komt ons vooreerst als zeer gewaegd voor. Hadde men ons verzekerd, dat zyne strekkingen in tegendeel ten doel hadden, zich met Frankryk te vereenigen, daerover zouden wy minder verwonderd geweest zyn. Inderdaed, het tegenwoordige kabinet is zamengesteld uit dry Walen, twee Franschmans en een enkele Vlaming. Welnu, het is aen niemand onbekend, hoe sterk zich de Walen geneigd voelen, hunne blikken naer Frankryk te wenden, welks tael zy zich inbeelden te spreken. Of de twee Franschmans spoedig en met geestdrift zouden toeslaen op alles wat tot eene vereeniging met Frankryk zoude kunnen leiden, - wie is er dwaes genoeg om daer eenen enkelen oogenblik aen te twyfelen? De eenigste Vlaming die deel maekt van het kabinet, zoude die genoeg invloed kunnen uitoefenen, om de poogingen van zyne fransche en franschgezinde collega's te verydelen,- genomen dat hy den wil hadde, er zich tegen te verzetten?

De bewering van het Journal des Débats is derhalve niet alleen ongegrond, maer zelfs belachelyk. Wy begrypen echter zeer goed, waeruit dezelve voortspruit. Het bedoelde artikel behoort niet tot de gewoone redactie van het parysisch blad. Het werd waerschynlyk te Brussel, en wel onder de ingeving van het nieuwe ministerie geschreven en naer het Journal des Débats opgezonden. Het doel hetwelk men daerdoor beoogt is eenvoudig, Frankryk bang te maken van Pruissen en zynen argwaen te vergrooten. Dit blykt genoegzaem uit het volgende gedeelte van het artikel: ‘Il ne faut pas se dissimuler que le gouvernement prussien travaille depuis quelque temps avee une habilité remarquable à envelopper la Belgique dans sa sphère d'action. La conventions. du 15 septembre 1844 lui a rattaché par les intérêts matériels non seulement le port et la province d'Anvers, mais Liége, Namur et le Hainaut, qui tiennent à nous par la communauté de la langue. On ne pouvait offrir les mêmes avantages aux provinces flamandes; on les a sollicitées par un autre endroit; on a flatté, exalté chez elles le sentiment national, en se faisant honneur de la fraternité qui unissait les Flamandes et les Germains. Le cabinet de Berlin a tout à la fois excité le zèle des

[pagina 308]
[p. 308]

restaurateur de la langue flamande en Belgique, et les sympathies des provinces rhénanes pour les Beiges.’

Door de bovenstaende regels, die wy letterlyk uit het parysïsch blad overnemen, wordt het klaerblykelyk, aen welke bron de opgaven geput zyn, die er in voorgedragen worden. Het nieuwe ministerie heeft zich eene baen willen openen, om tot nadere betrekkingen met Frankryk te geraken; daertoe heeft het de argwaen der Franschen verwekt, het Journal des Debats is in het net gevlogen, het heeft als compère gediend, om de regering van Louis-Philippe tot behoedzaemheid op te wekken, en aldus onze fransch-waelsche ministers naer wensch in de kaert te spelen. Maer de pooging, om tot eene nadere aensluiting met Frankryk te geraken is vruchteloos. Voor ons kan Frankryk nooit een voordeelige bondgenoot zyn; zyne nyverheid zal de onze steeds verpletten, en eene grootere toenadering tot dat land kan geen ander uitwerksel hebben, dan ons de thans bestaende uitwegen voor de voortbrengsels onzer nyverheid te sluiten, zonder eenige vergoedigen van wege onze zuider naburen. Zoodat uit het voorgaende volgt, dat het nieuwe kabinet de strekking niet heeft, die het Journal des Débats aen hetzelve toeschryft; maer veeleer tracht het zich nader met Frankryk te verbinden.

Dat Duitschland de zelfde aenspraek zoude maken op België als op Holstein, gelyk het fransche dagblad voorgeeft, dit is het wel niet noodig te wederleggen. En, deze bewering ongegrond zynde, is het natuerlyk, dat de middels die er, volgens het Journal des Débats, toe aengewend worden, insgelyks hersenschimmig zyn moeten. En wezenlyk, er bestaet te Antwerpen geen pruissisch entrepot, ofschoon er in gemeld blad gezegd wordt, dat de heer von Arnhim er den eersten steen heeft van gelegd. Het dagblad Vlaemsch België heeft nooit eenigen onderstand van Pruissen genoten, zoo dat het, noch openlyk noch op eene bedekte wyze, onder de bescherming des konings van dat land gestaen heeft.

Wat nu de ineensmelting van het Vlaemsch en het Hoogduitsch betreft, het is volstrekt niet van noode, onze lezers te doen opmerken, dat zulks nooit in de gedachte kan gekomen zyn van wie het ook zy. Wel is waer, dat de Broederhand meermalen den wensch heeft geuit, dat er voor het Vlaemsch eene spelling zoude

[pagina 309]
[p. 309]

gebruikt worden, die, zonder iets aen den aerd zelve der tael te veranderen, er de lezing van zou vergemakkelykt hebben voor de inwooners van dit overgroot gedeelte van Duitschland, waer men, met weinig onderscheid, de zelfde sprake spreekt als in onze streken, maer waer men ze anders schryft. Tusschen dit en de ineensmelting van het Hoog- en Nederduitsch, is er, gelyk men ziet, een hemelbreed onderscheid.

Wie kan zich weêrhouden van lachen, by het lezen der andere beweringen van het Journal des Débats? De Vlamingen, zegt dit blad, hebben zich tegen het ministerie Rogier verklaerd, omdat dit ministerie de goedkeuring van Mechelen niet heeft willen vragen!! De clerizy heeft zich van de vlaemsche party meester gemaekt! Hendrik Conscience is de opvolger van Jacob Kats, die, mirabile dictu! de stichter is van de vlaemsche beweging! De vlaemsche gezindheid is samengesteld uit persoonen die de fransche tael benyden! - Neen, het zoude tydverlies zyn, zulke onnoozelheden te wederleggen; zy spreken zich zelven genoegzaem tegen, en vallen, by de enkele opnoeming, van zelf in duigen.

Dit staet echter vast, dat Frankryk thans met een wantrouwig oog België zal gade slaen en alles in het werk stellen, om de neiging, die er hier te lande jegens Duitschland bestaet, te vernietigen en de poogingen tot verbroedering met dat land tegen te werken. Daer toe zelfs zal het zich opofferingen getroosten, en de regering zal er niet tegen zyn; het Journal des Débats, dat een orgaen is van het fransche ministerie, laet zulks genoegzaem hooren, wanneer het zyn artikel op de volgende wyze sluit: ‘Il faut à la Belgique des alliances qui s'équilibrent, ou bien elle doit tomber sous la prépondérance étrangère. Si en face du privilége de nationalité accordé par les conventions de 1844 au pavillon et au transit de la Prusse, nous nous abstenons nousmêmes d'entrer avec un égal avantage dans ce libre champ qui pourrait s'ouvrir à notre commerce, si l'aveuglement des intérêts particuliers s'oppose bien longtemps encore à l'établissement de relations plus intimes entre la Belgique et nous, prenons garde que l'équilibre ne finisse par se rompre et que la prépondérance étrangére ne tourne de trop de facons à notre préjudice!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken