Contour. Jaargang 3(1967)– [tijdschrift] Contour– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 25] [p. 25] Jerven F.W. Ober Van Akkrum Rijpkema 1 Ja, ik ben er geboren maar het is zo lang geleden geliefde zolang dat de gracht krom ge- groeid is en de brug nog steeds de Pijp heet en ik water zou moeten zijn om de Kelders te voelen voor ik 't nauw verband met de Nieuwstad weer gevonden heb Ja, Leeuwarden is een lange koude nacht lopen langs de avondlijn vol oude golvende gevels, een lang telefoon ge- sprek, een wachtwoord dat veel spreken overbodig maakt Ja, tot het wachtwoord zich zelf heeft afgelost en ik me niet meer hoef te herinneren hoe wij waren koude nacht of koelerzomerdag dat wij de dotters uit de landen plukten voor elsjes plantenboek Ja, tot ik er weer geboren ben en er nooit afstand, tijd, dood en liefde geweest is en alle gesprekken geschilderd zijn en al onze ogen blauw zijn als een hemel boven pruisen. [pagina 26] [p. 26] Van Akkrum Rijpkema 2 in welke loge waarin woont hij dan wanneer ik werkloos gereedschap wanhoop bouw en muren breek in de hoop zijn stem te horen (heden en toekomst) zwaaiend langs 't koude koord Ja, wachtend, denkend dit is het verlossend woord dat heel de lijn van voorouders spreekt in het een- zaam gebaar van mijn tekenende hand. Ja, de meetlat in de tijd heeft mijn tijd goed gemeten, na zoveel heb ik dan ook mijn tijd goed bevonden wetend verbonden, al schrijvende aan mijn wand gezonden, één steen tussen hun en mijn tijd. Ja, geliefde, wij hadden de nacht en vertelden elkaar alle verhalen die anderen van ons hadden verwacht - dit is geweldig goed veelvuldig te beluisteren als de eerste helling in mijn stem maar ik ben zo noordelijk geboren dat alleen mijn liefde mijn zuidelijke handen tonen kan. Ja, wanneer zijn stem mijn lijn gebonden heeft woon ik in zijn loge en is mijn toekomst veel voorouderlijker dan onze band. In dit land ben ik geboren, zijn stad is zo ver niet meer, slechts een lange koude nacht lopen. Vorige Volgende