Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 151(2006)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 913] [p. 913] Arnoud van Adrichem Vier bedoelingen Een gnoe heel in verwarring U staat aan de rand van de afgrond; de bodemloze gapende onpeilbaar diepe rotskloof? Nochtans onbestaanbaar (weet iedereen): de kans dat de handen van de wind u zullen duwen; de grond onder uw voeten afbrokkelt en kiezels wegschieten, aardkluiten, pollen gras; dat u door een duizeling plots uw evenwicht verliest, tuimelt - met links nog net op tijd een boomwortel grijpt. Tuurt de diepte het hoofd in, vegen wolken het zweet van uw gezicht. Heb het hart eens los te laten. Heb het hart eens. Onder hun jassen zag ze vleugels Prince! Haar kutje keek u schaapachtig aan maar u en dorst niet blaten. Van ons mag u dit niet schrijven. ‘Zoiets zeg je niet.’ Nee, zoiets zegt u niet. Maar precies twee toegevouwen kamelenoren, dat fluwelig geloken rozebruin: een brandend dinges. ‘Dul en doemwaard?’ ‘Niet noodzakelijkerwijs.’ Typisch voor de meimaand, een smalle basis voor drama; niettemin een basis, de grondlijn van een driehoek. Gaat u zeker Messias er weer bij halen: de wonderlijke, uitverkiezende, door niets gemotiveerde liefde. (Zo klinkt het als duiven koeren.) [pagina 914] [p. 914] Een schuine muur van sneeuwen Onverhoeds uw drift full speed. Geen storm zal uw rug nog rechten. Uit fatsoen, en kledingstukken fladderen als vreemde vogels door de kamer. Besmuikt tjottert een kwikstaart in uw body, nestelt zich diafaan. Is dat mogelijkerwijs uw hart, bedeesd dier achter borstbeen? ‘U gloeit helemaal!’ Wangen bollen op als zeilen: pfft. Dat gebeurt, dat komt voor. (Grif inademend.) Strekkende meters voor het onveranderlijke Uw vissenlippen tuiten en wachten op het water. Of anders armen spreiden tot de wind u onder beide oksels optilt - een onbekende? Feit: dit soort scènes maken wij allang niet meer. Men moet zijn eigen hond blaffen, het oerbos ampel smaken. De splinters in uw mond getuigen van niets dan de waarheid. Tegenover deze feiten zet u nieuwe feiten (alwéér?). Feiten zijn nooit dezelfde, tenzij ze anders zijn. Dat is waar. Het begint heel zachtjes te waaien, dunne golfjes klotsen tegen de kade, vissen botsen. Wrang proeft de bast. Wind kwispelt in uw jack. Dolle hond die u gevlogen hebt. Vorige Volgende