Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 43 (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 43
Afbeelding van Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 43Toon afbeelding van titelpagina van Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 43

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (37.68 MB)

ebook (36.05 MB)

XML (2.37 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 43

(1933)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Tholen's ‘Moeder Maris’

Schilder van landschap en stadsgezicht, van interieurs met figuren, van het water en de schuiten; uitbeelder van ruimten en intimiteit, bewogenheid en stilte, heeft Tholen ook wel portretten geschilderd. Slechts zelden was hij portretschilder. Altijd voortreffelijk schilderde hij de verschijning: den stand van het lichaam, die de verhouding van zijn model tot andere menschen beteekende; den vorm van het hoofd, de meer of minder sterke spanning van den schedel; het gelaat met de oogen, den oogopslag naar de wereld, het oor, dat slechts hoorde, den mond, die zweeg en ook de kleeren. Aan uiterlijke gelijkenis ontbreekt het zijn portretten niet en een enkele maal komt er ook

[pagina 428]
[p. 428]

iets van het innerlijk aan het licht, wanneer dit zich gaf. Nooit, evenwel, heeft hij den verborgen of zich verbergenden mensch in een mensch: den stand van dezen tegenover eigen ik, den arbeid der gedachten, de huivering van het hartstochtelijke of de onderworpenheid van het duldende hart, de vrees achter trots, de onrust in schijnbare kalmte, den twijfel in geveinsde vastberadenheid, de smart achter den lach, het luisteren en het verzwijgen geschilderd.

Wie hem het naast waren, hebben dat blijkbaar niet van hem verlangd. In de zwak doordachte, onzekere en verwarrende inleiding, die Mr. Dr. R.S. Bakels heeft geschreven voor den bundel reproducties, Tholen op zijn zeventigsten jaardag aangeboden: bewijs, deze inleiding, dat een schilder niet over een schilder moet schrijven; in dat onklare betoog kan men lezen: ‘Hier geen vervelende zoogenaamde karakterontleding.... uit deze portretten straalt u tegemoet de eerbiedige toegenegenheid van den schilder voor den mensch, voor den afgebeelde. In zijn drang om zuiver, eenvoudig en vertrouwelijk het innerlijk in schoonheid te openbaren en in heel de houding het wezen weer te geven, maakt hij portretten, familieportretten, die niet alleen inderdaad “gelijken”, wat op zichzelf reeds een verdienste is van groote artistieke beteekenis (als ik dit maar eens mag zeggen), doch die tevens kunstwerken zijn’. Onjuistheid en overbodigheid paren zich hier, om zich in ondoordachtheid te vereenigen.

Waar stippeltjes aanduiden, dat iets is weggelaten, heeft de heer Bakels geschreven, dat men in Tholen's portretten ‘ook’ geen ‘onwaren zwier’ of ‘wereldsch vertoon’ kan vinden. Alsof iemand Tholen van ijdelen zwier of wuft vertoon zou betichten! Doch even overbodig is eigenlijk de opmerking, dat men ‘gelijkenis’ een ‘verdienste’ moet noemen ‘van groote artistieke beteekenis’. Wie sprak dit ooit tegen? Het hangt er maar van af, wat men onder gelijkenis verstaat! Kan deze zonder die, door den heer Bakels als vervelend veroordeelde, ‘zoogenaamde’ karakterontleding worden verkregen?

Bakels' door verklaarbare vriendschap en gerechtvaardigden eerbied verontschuldigde - maar toch waarlijk wel wat dwaze! - overschatting van Tholen verleidde hem zelfs tot de uitspraak, dat Tholen's portretten ‘vooral niet minder zijn dan die van de allerbesten van hen, die hun leven geheel aan de portretkunst hebben gewijd’! Van alle tijden? Wij gaan er maar niet ver op in. Debatteert men met een toaster? Opmerkelijk is echter wel, dat de heer Bakels, de portretten van Tholen zoo redeloos prijzend, verklaarde ‘vooral aan de kinderportretten vol innigheid en argeloosheid’ te hebben gedacht.

Hier kan men hem volgen. Inderdaad zijn het die van kinderen, wat men van Tholen's portretten het meeste waardeert; werkelijk zijn die de beste. Hoe komt dat? Tholen, die niet analyseerde (‘geen vervelende zoogenaamde karakterontleding’!), had nooit of zelden een scherpe gewaarwording van

[pagina LXXXIX]
[p. LXXXIX]



illustratie

raoul hynckes
stilleven


[pagina XC]
[p. XC]



illustratie

w.b. tholen
de moeder der marissen


[pagina 429]
[p. 429]

zijn model, ook niet een diepen indruk, doch slechts een aandoening, welke hij echter - ontvankelijk, als hij toch was - innig doorvoelde. Het spreekt wel vanzelf, dat zoo een aandoening fijner dan ooit en het zuiverst kon zijn, wanneer het model geen onwillekeurigen weerstand bood. Kinderen boden geen weerstand; anders dan dikwijls volwassenen, die iets verborgen, of, het zich meer of minder bewust, iets in zich hielden verholen, wat lang geleden verstoken, voortdurend verdrongen, zij nagenoeg hadden vergeten, maar dat er dan toch, belemmerend, was, gaven zij zich direct en oprecht, met een argeloosheid of openhartigheid, die analyse overbodig maakte.

Daar kwam nog iets bij. Tholen hield van kinderen, zooals hij hield van de natuur en nimmer schilderde hij zoo zuiver en goed, als wanneer een teedere, doch ook doordringende genegenheid zijn aandacht warmte en stelligheid gaf. Heeft hij van menschen gehouden? Wat hij in kinderen liefhad, dat moet wel de klaarheid, de oningewikkeldheid of ongekunsteldheid zijn geweest. Menschen zijn zelden ‘oningewikkeld’ en klaar. De heer Bakels verzekert nochtans, dat ‘de eerbiedige toegenegenheid van den schilder voor den mensch’.... neen, niet den mensch in hoogeren zin, de heer Bakels heeft het over ‘den afgebeelde’, u (hij zegt ‘u’, doch hij bedoelt natuurlijk zichzelf, van uw ervaringen weet hij niets) uit Tholen's portretten ‘tegemoet straalt’. En hij zondert niet eens die Tholen in opdracht schilderde, uit!

Laten wij hem tegemoetgaan. Eén portret van een volwassene bestaat er inderdaad, dat weliswaar niets ‘uitstraalt’: daar is het te innerlijk-stil voor, doch dan toch lijkt te zijn beglansd als door een milden schijn van eerbied en genegenheid. Dit is het portretje van de moeder der Marissen, door Tholen geschilderd toen hij nog geen dertig jaar oud, ‘moeder Maris’ reeds een oude vrouw was. Dat dit zoo zuiver, zoo diep, zoo sterk-in-teederheid is kunnen worden, dankt men hoofdzakelijk hier aan, dat Tholen, toen hij het schilderde, niet op latent verweer is gestuit. Argeloos, gul, als een kind, gelijk zij zich gaf, heeft zijn genegenheid gemakkelijk haar nobelen en blijmoedigen eenvoud, zijn eerbied even licht de wijsheid van haar ouderdom gevonden.

Dat dit zoo simpele en toch voorname portret, na lang te hebben gezworven, eindelijk daar is beland waar het thuishoort: in een museum (de kunsthandelaar B.H.A. Unger heeft er de verzameling van het Museum Boymans te Rotterdam mede verrijkt), mag ons zeer zeker verheugen.

Koomen


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken