Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Erts. Letterkundige almanak. Jaargang 2 (1927)

Informatie terzijde

Titelpagina van Erts. Letterkundige almanak. Jaargang 2
Afbeelding van Erts. Letterkundige almanak. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van Erts. Letterkundige almanak. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

Scans (9.24 MB)

XML (0.31 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Erts. Letterkundige almanak. Jaargang 2

(1927)– [tijdschrift] Erts, letterkundig jaarboek–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 147]
[p. 147]

Gabrielle van Loenen /
Fragment uit Griseldis

Ben slaapkamer. Nacht.
Griseldis. Eerste engel: beschermengel van Jan. Tweede engel: beschermengel van Griseldis.
EERSTE ENGEL:

Is dit Griseldis, wie heden het voorhang zal gelicht worden, waarachter het land der vrouwen is?

TWEEDE ENGEL:

Zij is het en voorvoelt wat er gebeuren gaat en is bang en verlangt ernaar.

GRISELDIS:

Moeder, moeder!

TWEEDE ENGEL
(met veranderde stem):

Lieveling.

GRISELDIS:

Moeder, je bent dood.

TWEEDE ENGEL:

Lieveling.

GRISELDIS:

Moeder, help die groote vlinders van me wegwuiven. Ik wil tegen je aan slapen. Ze hebben oogen op hun vlerken. De oogen van Jan.

EERSTE ENGEL:

En toch houdt ze van die oogen.

GRISELDIS:

De bouquet, de bouquet. O, ik kan 't tuintje niet meer zien, waarin ik erwten dopte.

TWEEDE ENGEL:

Ze meent de bruidsbouquet?

GRISELDIS:

Zóó is het goed.

EERSTE ENGEL:

Ze is nog te jong om te trouwen.

TWEEDE ENGEL:

Ik zal haar in een kring van mildheid zetten, waardoor de dingen haar als door een schemer van tranen zullen verschijnen.

EERSTE ENGEL:

Dan zal hij haar niet kunnen begrijpen. Hij verlangt klaarte en heldere vreugde en tintelende natuurlijkheid om de rauwe realiteit, die hij door zijn zucht naar het grootsche genaderd is, te kunnen dragen.

TWEEDE ENGEL:

Is ze niet een lammetje, met haar snoetje in de wol van het ooi begraven?

EERSTE ENGEL:

Vanaf heden zal haar vacht door zijn gloed gezengd worden.

[pagina 148]
[p. 148]
TWEEDE ENGEL:

En zij zal zijn wonden ook met haar wol verbinden.

EERSTE ENGEL:

Hij zoekt den weg, zij volgt.

TWEEDE ENGEL:

Hoe ze zal blaten. Luister!

GRISELDIS:

Sta toch niet zoo in de zon. Altijd sta je ook in de zon, jij lieve man. Hoe kan ik zoo het geschenk voor je bereiden?

EERSTE ENGEL:

Ze fantaseert elken nacht van een geschenk, dat ze hem geven moet.

GRISELDIS:

Stil, stil maar, man; ik zal een nieuwe zon voor je plukken en je die geven. Maar waar moet ik hem vinden. Jij bent de occarinospeler van het straatje

(staat op)
.

TWEEDE ENGEL
(speelt op de occarino).
GRISELDIS:

Speelman, waar heb je die wijs geleerd?

TWEEDE ENGEL:

Van jou.

GRISELDIS:

Van mij?

TWEEDE ENGEL:

Ik heb een oor, dat alle liedjes opvangt, ook de geheime, die de menschen niet kennen.

GRISELDIS:

Ik heb altijd wel geweten, dat ik een liedje had in mijn hart. Maar het vliegt van me weg, zoodra ik zingen wil en - toch - ik zou 't zoo graag iemand voor willen zingen, iemand van wien ik houd. Toe leer 't me zingen. Speel het voor me.

TWEEDE ENGEL
(speelt een straatdeuntje).
GRISELDIS:

De kinderen draaien in paren rond in de straat. Op de stoep is mijn zusje in slaap gevallen. Achter het neergelaten gordijn is mijn moeder gestorven. En nu gaan we, hand in hand, mijn zusje en ik, de trappen op en die nemen geen einde -

(schrikt op)
Is dat mijn lied?

TWEEDE ENGEL:

De wijs, die de jongen buiten speelde.

GRISELDIS:

Het was een zoele dag. De meeuwen krasten. Ik dacht, als zij me meenamen in hun vaart.

EERSTE ENGEL:

Wil je nog zeilen in wijde kringen?

[pagina 149]
[p. 149]
TWEEDE ENGEL:

Wil je nog deinen langs breede banen?

EERSTE ENGEL:

Kind, ik beloof je een duizeling van wijde kringen, waarop je zult wiegen.

GRISELDIS:

De meeuwen zijn weggevlogen. De zee is uitgedroogd. De bodem is groen en bont van verblindende bloemen. En vanuit die bloemen is mijn man tot me gekomen. Speelman, ik smeek je, leer me het lied zingen, dat zijn gezang ontsluit, open mijn ooren voor zijn juichenden roep.

(de engelen wijken, men hoort in de verte blaasinstrumenten den bruiloftsmarsch spelen)
.

JAN:

Griseldis, Griseldis!

(Zonlicht).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken