Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gemeenschap. Jaargang 7 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gemeenschap. Jaargang 7
Afbeelding van De Gemeenschap. Jaargang 7Toon afbeelding van titelpagina van De Gemeenschap. Jaargang 7

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gemeenschap. Jaargang 7

(1931)– [tijdschrift] Gemeenschap, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 2]
[p. 2]

Verantwoording

Overtuigd dat het in dezen tijd voor de meeste kunstenaars een onmogelijkheid is tot vruchtbare schepping te komen, daar wij toch te arbeiden hebben in een wereld waarin de eenvoudigste eischen van menschelijke rechtvaardigheid, waarheid en vredelievendheid met de voeten getreden worden, gaat de Redactie van De Gemeenschap haar zevende jaargang in, met het ernstige voornemen om een zoo groot mogelijke aandacht te besteden aan die religieuze en sociale zaken, welke een noodzakelijke ondergrond moeten vormen van het goede hedendaagsche kunstwerk.

Een eenzijdige belangstelling voor de kunst ware immers even misplaatst als de eisch, dat kunstenaars iets anders zouden moeten verrichten dan werk volgens hun staat en roeping. Daar echter onze kunstwerken zich in een vrije, schier onbelemmerde ontwikkeling mogen verheugen, en zelfs een betrekkelijke waardeering in breede kringen genieten, is het overbodig daaraan een alles overheerschende aandacht te besteden. Boeken en zelfstandige publicaties achten wij zeker doeltreffender.

Des te meer blijkt echter de noodzaak tot instandhouding en eventueele hervorming van een orgaan, waarin met eerlijke vrijmoedigheid en middelen die ons de juiste voorkomen, gewezen wordt op de allerbelangrijkste dingen welke men elders, en juist in gezaghebbende of officieele kringen gemeenlijk uit het oog verliest.

Te weten:

In de eerste plaats de volledige beleving en verwerkelijking van onze katholieke levensbeginselen. Niet slechts naar de letter, maar ook naar de geest; niet slechts volgens de landelijke eng-opportunistische interpretatie, maar volgens de groote, opvallend strakkere en tevens fellere richtlijnen welke het centrale gezag der Kerk telkens opnieuw op zulk een eerbiedwekkende wijze aangeeft. De jongste Kerstrede

[pagina 3]
[p. 3]

van onzen heiligen vader den Paus is daar een treffend voorbeeld van, troostrijk tevens, bij al het negeeren dat dergelijke baanbrekende en voor ons bemoedigende aanwijzingen hier gewoonlijk beschoren is.

In de tweede plaats een zoo ruim mogelijk gebruik van ons recht tot kritiek, interpellatie, waarschuwing en wederwoord, in alle kwesties welke volgens de huidige democratische staatsvorm tot onze algemeene competentie of tot het bizonder beoordeelingsgebied van bevoegde medewerkers behooren. Speciaal doelen wij hier op sociale, politieke en artistieke vraagstukken. Het uitspreken van een gefundeerde meening, hetzij positief, hetzij negatief, is toch de eerste en noodzakelijke stap om te komen tot een volgende opbouw en een verbeterde toestand. Zelfs in die gevallen waar verbeteringsmogelijkheden nog niet door ons kunnen worden aangegeven, blijft het recht en de plicht bestaan te wijzen op de wenschelijkheid dier verbeteringen. Voorts zijn er tal van kleinere, maar door hun actualiteit thans belangrijke détails welke een bijzondere aandacht of bestrijding vergen, zooals de eenzijdige anti-artistieke eischen welke sommigen meenen te moeten stellen aan katholieke kunstenaars; - de kettersche leerstellingen van enkele onzer kunstbroeders inzake dingen die de eerste oorzaak van onze kunstarbeid raken; - het mammonistische regiem van sommige ten onrechte van hoogerhand aanbevolen dagbladen; - het despotisme van sommige politieke leiders welke de namen van hooge idealen misbruiken om de goêgemeente te verleiden tot politieke of sociale monsterachtigheden. Al deze dingen zullen wij niet uit het oog verliezen.

Wij zijn ons ten volle bewust dat voor de verwerkelijking der ons heilige idealen onze krachten te kort schieten; dit echter kan ons slechts een aansporing zijn tot nog intensievere arbeid, tot nog grootere waakzaamheid. Wij werken immers niet om de eer iets bereikt te hebben, maar streven zelfs het schijnbaar onbereikbare na, omdat het

[pagina 4]
[p. 4]

streven naar volmaaktheid aan allen gelijkelijk bevolen is, en een leven waarin deze volmaaktheid gedijen kan, alleen bevorderd wordt door arbeid aan een wereld- en staatsorde. waarin uit den grondslag van de katholieke leer kunst, wetenschap en maatschappelijke geordendheid harmonisch en onbelemmerd kunnen opbloeien.

Mogen onze pogingen om hiertoe met al onze vermogens bij te dragen bij u, onze lezers, weerklank vinden, en gesteund worden met uw sympathie, uw aandacht en uw gebed.

De Redactie.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken