Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 78 (1914)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 78
Afbeelding van De Gids. Jaargang 78Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 78

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (10.00 MB)

Scans (102.90 MB)

ebook (4.62 MB)

XML (4.75 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 78

(1914)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 369]
[p. 369]

Drie verzen.

O nacht, o wonderzoete nacht.
 
O nacht, o wonderzoete nacht,
 
ik heb u heel den dag verwacht,
 
den heelen langen, droeven, bangen,
 
met ongeduld en met verlangen.
 
Ik heb staâg om uw rust geschreid
 
in de uren van verlatenheid
 
en met verwachting mij getroost
 
toen de avondstond kwam aangebloosd.
 
 
 
Nu zult gij om mijn leden zijn
 
met tintelwarmen vreugdeschijn;
 
nu zult gij zijn tot aan den morgen
 
vol moeder-teederlijke zorgen.
 
Nu zult gij mijn droef-starend oog,
 
waarop een last van weemoed woog,
 
aanschouwen doen in milde rust
 
der droomen smartelooze lust.
 
 
 
En heel de schat dien 'k heb gegaard
 
aan weemoed en aan smart van de aard
 
zal waardeloos mijn hart ontzinken
 
als ik uw zoete vreugd mag drinken.
 
O nacht, o wonderzoete nacht,
 
ik heb u heel den dag verwacht;
 
nu zult gij om mijn leden zijn
 
met tintelwarmen vreugdeschijn.
[pagina 370]
[p. 370]
Van de stille nachten.
 
Van de stille nachten weet ik
 
hooge, heimelijke vreugd,
 
meer dan alles wat aan leed ik
 
gaarde tot een zoet geneugt'...
 
 
 
Van de stille nachten gaat er
 
met een avondvreugdgeluid
 
waans verlokkend zoet geklater,
 
drooms verfijnde weelde uit.
 
 
 
Van de stille nachten stroomt er
 
heilige vergetelheid
 
door mijn moede ziel en droomt er
 
zacht wat reeds te sterven leit...
[pagina 371]
[p. 371]
Mijn vreemde ziel.
 
Nu is een groot en eenzaam huis
 
mijn vreemde ziel, waarin geruisch
 
van winden door de lange gangen,
 
de leege kaam'ren van verlangen,
 
een wonder lied, een vraaglied is
 
naar 't schoon van dat geheimenis,
 
van al die onbegrepen dingen,
 
waarnaar mijn vragelied'ren zingen.
 
 
 
'k Heb in den gloed der middagzon,
 
dien 'k niet zoo fel verdragen kon,
 
de blinden van mijn huis gesloten
 
en overgroeid met wingerdloten.
 
En in de doodschheid van mijn huis
 
kwam vreemd-beklemmend windgesuis
 
door vele nauwe murespleten
 
waarvan mijn huis is òpgereten.
 
 
 
En sedert vaart er door mijn ziel,
 
waarin geen zonnestraal meer viel,
 
dat droeve lied der duisterheden
 
wier smart ik eens heb aangebeden.
 
Het is van jaren dwaze strijd
 
de bitter-wrange heerlijkheid,
 
van jaren dwaaslijk ernstig leven
 
het eenige wat is gebleven.
 
 
 
Johan van Wageningen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken