Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 81 (1917)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 81
Afbeelding van De Gids. Jaargang 81Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 81

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.94 MB)

Scans (78.69 MB)

ebook (4.84 MB)

XML (4.62 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 81

(1917)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 381]
[p. 381]

Bibliographie.

F. Sartiaux, Morale kantienne et morale humaine. Parijs. Hachette & Cie. 1917.

In hoeverre de Duitsche regeering er in zal slagen, lijf en leven te redden uit den brand, dien ze zelf heeft aangestoken, moet nog worden afgewacht; zeker is intusschen, dat het Duitsche volk, en in het bijzonder de leiders van het geestelijk leven in Duitschland, het prestige, dat zij vóór den oorlog de geheele wereld over bezaten, voor onafzienbaren tijd, misschien voor immer, hebben verloren door de wijze, waarop zij tegenover hun regeering een deugd in praktijk hebben gebracht, die men in honden onvoorwaardelijk, doch in menschen slechts onder zeker voorbehoud pleegt te waardeeren. Het hierboven aangekondigd boek is er een der bewijzen van. Zijn ontstaan heeft het te danken aan het beruchte manifest der drie-en-negentig, waarin o.m. een beroep werd gedaan op de autoriteit van Kant. Is dit beroep op Kant terecht of ten onrechte geschied, vraagt de schrijver. Of eigenlijk: is dit beroep op Kant als moralist terecht of ten onrechte geschied? Zou de moralist Kant, de schrijver van de Kritik der praktischen Vernunft, staan aan de zijde der drie-en-negentig, of zou hij ze beschouwen als zijn onwaardige leerlingen?

Deze vraag wordt door den schrijver in eerstgenoemden zin beantwoord. Kant, aldus zet Sartiaux aan de hand van tal van biographische gegevens uiteen, is in hart en nieren een Pruis, en zijn moraal is ondanks haar schijnbare universaliteit een typisch-Pruisische, die allerlei vreemde elementen om zich heen getrokken, maar niet in zich opgenomen heeft.

Het eerste van de twee gedeelten, waaruit het werk bestaat (een vrij uitvoerige Introduction niet meegerekend), is ge titeld: La morale de Kant. Exposé critique, en bevat

[pagina 382]
[p. 382]

zooals de titel aangeeft, een kritische uiteenzetting van Kant's moraaltheorieën. Het tweede deel heet La position de la morale Kantienne dans l'histoire, en zet de verhouding (of eigenlijk de tegenstelling) uiteen tusschen Kant's moraaltheorieën en die van de voornaamste andere philosophen en geestelijke corporaties; gaat na, welke (tegenstrijdige) factoren Kant's moraaltheorieën historisch hebben bepaald, en tracht de geïsoleerdheid daarvan te verklaren uit het isolement, waarin Kant steeds heeft geleefd.

Zooals uit het bovenstaande blijkt, zou Sartiaux' werk, ware de oorlog niet gekomen, òf niet of zeker anders geschreven zijn. Niettemin zou het zeer onbillijk zijn, het dáárom te rangschikken onder de ‘oorlogsliteratuur’ in den slechten zin des woords, het dáárom te beschouwen als een anti-Duitsch geschrift zonder meer, zonder wetenschappelijke waarde. In de eerste plaats voelt de lezer overal achter de door dezen oorlog veroorzaakte antipathie de diepere tegenstelling tusschen den Franschen en den Duitschen geest in het algemeen, en voelt men, hoe de eerste eigenlijk slechts deze gelegenheid aangrijpt, om zich los te maken van een denkwijze, die van nature de zijne niet is. Dit conflict voortdurend gade te slaan, is psychologisch zeer interessant. En in de tweede plaats verraadt het werk een grondige belezenheid: de schrijver beweert niet slechts, maar motiveert en citeert, zoodat zijn oordeelvellingen zich tot op groote hoogte laten controleeren. Ook daarom heeft dit boek m.i. het recht, beschouwd te worden als een interessante bijdrage tot de welhaast onoverzienbare Kant-literatuur.

J.d.J.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken