Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 95 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 95
Afbeelding van De Gids. Jaargang 95Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 95

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.88 MB)

Scans (85.18 MB)

ebook (4.28 MB)

XML (3.77 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 95

(1931)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1]
[p. 1]

[Tweede deel]

Van de redactie

Marken na zessen.

- Was het niet Frederik van Eeden die gezegd heeft, dat nationale belangen in de handen van kunstenaars het veiligst zijn?

Lezen wij thans het juist verschenen programma voor het P.E.N. Congres dat dezen zomer in Holland zal worden gehouden, dan schijnt het of van Eeden, - zooals reeds vaak, - weer gelijk krijgt.

Vèr over de tweehonderd kopstukken der wereld literatuur zullen ter gelegenheid van dit congres in Holland te samen komen. Laat ons hopen dat het windstil zal zijn die dagen, dan zal wellicht het gezang van den Helikon, (zonder radio) tot ons over komen.

Zeker het is waar, er worden véél te veel congressen gehouden, congressen over de meest uiteenloopende onderwerpen, en ter bestudeering van de vreemdsoortigste belangen wordt er te rijkelijk gebanketteerd. Inderdaad zooveel congressen worden er ieder jaar gehouden, dat zelfs een rekengenie in de maand Juli al den tel kwijt is, en toch met Augustus komen de congressen pas goed los.

Maar de programma's der feestelijkheden voor die tallooze congressen, die kennen wij allen van buiten, zij gelijken, onder ons gezegd en verder verzwegen, als cents knikkers op elkaar.

De Ridderzaal, een vaart door de havens van Rotterdam, het Rijksmuseum en als klap op de vuurpijl een bezoek aan Marken.

Of het heilgymnasten, astronomen, zuivelbereiders, juristen, accountants, anatomen of kappers zijn die congresseeren, zonder de ridderzaal, zonder de havens van Rotterdam, zonder

[pagina 2]
[p. 2]

het Rijksmuseum en zonder een bezoek aan Marken, zou hun congres geen congres zijn geweest.

Doch dit is nu reeds duidelijk, het P.E.N. congres gaat het anders inrichten.

Allereerst gaan de tweehonderd upper-tens van de wereldliteratuur de groote Zuiderzeewerken zien. Wij waardeeren het inzicht dat tot dit besluit heeft geleid.

De goede regeling van een internationaal congres eischt, dat de buitenlanders de gelegenheid zal worden geboden den nationalen aard te leeren doorzien. De vertegenwoordigers der wereldliteratuur zullen, de Zuiderzeewerken bezoekend, kunnen ervaren, dat Holland onbevreesd voor agrarische crisissen schatten in het water gooit. Zoo de congrescommissie zorgdraagt, - en dat zal zij zeker doen, - dat de schoone legende van het ‘vrouwtje van Stavoren’ tijdig in alle Europeesche talen zal zijn vertaald, dan zullen al deze buitenlanders zich kunnen overtuigen, dat het in zee gooien van schatten een Hollandsche hebbelijkheid is van oudsher, en dat wij, - dit zweren wij bij den Wieringerdijk, - tot op heden deze gewoonte trouw bleven.

Na bezichtiging dezer werken, gaan de congressisten verder naar.... Marken. Wat nu, toch Marken, vraagt gij, waarde lezer.

Ja toch Marken, maar let wel Marken en Marken is niet hetzelfde. Er is een Marken van 9 uur 's morgens tot 6 uur 's avonds, maar er is ook een Marken van zes uur 's avonds tot negen uur 's morgens. Het Marken van negen tot zes, is het Marken voor de vreemdelingen, het Marken van zes tot negen is het Marken voor de Markers. De boot der congressisten, angstig zwaar beladen met 's werelds intellect, zal echter pas nà zes uur voor Marken het anker laten vallen.

De laatste boot met Amerikanen is op dat uur juist aan den horizont verdwenen, de burgemeester van Marken heeft zich op dat uur al weer opgefrischt en heeft zijn smoking reeds aan, de jeunesse dorée van Marken heeft de pofbroeken al over de lijn gehangen en is in de Oxford flanels geschoten, de Marker schoonen hebben hun krullen en mutsen in de laden geborgen, en hebben zich in Libertijnsche en Gerzoonsche gewaden gekleed, en vertellen elkaar hoeveel gulden de Ameri-

[pagina 3]
[p. 3]

kanen voor één zoen hebben geboden. Alle antiquiteiten zijn stofvrij geborgen, de zilveren en blikken klompjes, de ivoren windmolens en de kleurige poppen liggen onder stofdoeken toegedekt.

Alléén aan de vertegenwoordigers der wereldliteratuur wordt de gelegenheid gegeven Marken te zien op dit onverleugend uur.

Zij die beter dan wie ook de waarde kennen der ironie, zij zullen begrijpen, - en hun homerische lach zal over het eiland daveren!

Waarlijk van Eeden heeft gelijk, de nationale eer en de paedagogische belangen zijn in de handen van kunstenaars het veiligst.

Daar zijn het dan ook kunstenaars voor.

Moderniteit en achterlijkheid.

- Wat wij moderniteit in kunst plegen te noemen had reeds lang haar uitdrukkingswijze gevonden vóór het uitbreken van den wereld-oorlog. Stravinsky's ‘Sacre du Printemps’, Apollinaire's ‘Alcools’, Severini's futurisme, om van Rimbaud, Walt Whitman en Mondriaan maar te zwijgen, zijn niets minder modern dan welke mentaliteit ook, waarvoor men ‘na-oorlogsche’ verklaringen tracht te geven. Zielkundig is de invloed van de oorlogsjaren alleen deze: de generatie die toen op de schoolbanken zat, en die thans dus omstreeks dertig jaar is, werd opgevoed met couranten-lectuur en behield een zucht tot het berichtende, het actueele, het prikkelende. De perspectiefloosheid in moderne kunst, onder invloed mede ontstaan van Japansche teekenaars en uitgaande van het principe dat een kunstwerk, als organische schepping, in een zelfstandige evenwijdigheid met natuurlijke onderwerpen omhooggroeiend binnen eigen omtrek, meer kans heeft natuurlijk te blijven dan als stipte afbeelding, - deze oogenschijnlijke ondiepte hebben de ex-scholieren gretig aangevat als een mogelijkheid tot vanwaardeverklaring van een platte hevigheid, die zich bijna als een pathologisch achterlijkheidsverschijnsel voordoet. Deze achterlijkheid, waarvan inderdaad de schuld op den oorlog mag worden geschoven, verwarre men niet met

[pagina 4]
[p. 4]

de voortgezette puberteit, waarin de ziel van een kunstenaar, als mensch doorgaans schrikwekkend vroeg-rijp, zijn leven lang blijft verkeeren. Het achterlijkheidsverschijnsel kenmerkt zich door de wellust waarmee men plat, het genoegen waarmede men cru is. Maar ook deze ziekte heeft ontaardingen welke weer bedriegelijk naar gezondheid zweemen. Men verfoeit de natuur, men vindt een stilleven vulgair. Best. Schilder dan iets waar men wel van houdt, want zoolang er gecreëerd werd, werd er liefgehad. Maar neen. Sterker is de lust het vulgaire zoo fotografisch mogelijk als vulgair, het sentimenteele zoo pathetisch mogelijk als sentimenteel, het gedurfde zoo roekeloos mogelijk als gedurfd voor te stellen. En al schilderend of schrijvend geniet men zoodanig van de trillingen dier eigengereide overdrijving, en aan een directheid is zoo onbeschroomd voldaan, dat men met de hand op het hart kan verklaren bezield te zijn geweest.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken