Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 97 (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 97
Afbeelding van De Gids. Jaargang 97Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 97

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.46 MB)

Scans (73.17 MB)

XML (3.45 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 97

(1933)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1]
[p. 1]

[Derde deel]

Stemmen uit de redactie

Transfermoratorium.

- De aaneenschakeling van het aantal het economische leven ontwrichtende gebeurtenissen zet zich voort en elk land op zijn beurt draagt ijverig zijn steentje aan. Duitschland heeft al een heel muurtje van zulke steentjes gezet. Steeds enger wordt de kring van schuldeischers, die ook zelfs nog maar ten deele hun geld krijgen. Eerst werden de korte vorderingen der buitenlandsche banken praktisch in lange omgezet en aangezien het hier een bepaalde categorie van schuldeischers betrof, was het mogelijk den schijn der bilateraliteit nog op te houden, al komt het eenzijdige karakter van het ‘Abkommen’ natuurlijk hoe langer hoe meer om den hoek kijken naarmate de comedie langer duurt. Thans komen de lange crediteuren aan de beurt; nadat een tijd lang veel Duitsche obligaties tegen lagen prijs van de bevreesde crediteuren zijn teruggekocht, gooit men het over een anderen boeg. De Reichsbank toont zich, na integrale terugbetaling van een tweetal groote credieten, in griezelige naaktheid. Armzalig ontbloot van goud en vreemde saldi staat zij dan en zegt: ‘hoe kan ik nu met circa Mk. 300,000,000. - aan dekking mijn taak nog vervullen, de dekking is gedaald tot 8% van mijn verplichtingen. Bovendien belet Gij crediteuren met Uwe contingenten en tarieven mij in goederen te betalen!’ Inderdaad, de argumenten zijn klemmend genoeg. En toch.... de stemming waarin dit alles geschiedt, is voor het buitenland van veel meer belang dan de feiten. De autarkie-gedachte heeft in Duitschland vasten voet. Handel met het buitenland, tenzij om er naar te exporteeren, wordt daar niet gewenscht. Invoer, tenzij van onmisbare grondstoffen (katoen, koper e.d.), is een gruwel. De export van goederen diene dus in de eerste plaats, om die onmisbare zaken te importeeren. De eerst ge-

[pagina 2]
[p. 2]

knotte Stillhaltungscrediteuren, die nu voor de importcredieten moeten blijven zorgen, dienen thans weer te worden ontzien, althans wat den luttelen interest betreft, die hun blijft. De rest kan wachten; hun getal is te groot om voor onderhandelingen in aanmerking te komen, trouwens wat beteekenen onderhandelingen in de geschilderde omstandigheden! Men noodt ze naar Berlijn, nog eens naar Londen om aan te hooren en daarmee uit. Fluks wordt nu een wet gemaakt, waarbij de Duitsche debiteur geautoriseerd wordt, met Marken zijn valuta-schuld af te doen en klaar is Kees. Deze laatste bepaling is van alle wel de meest ingrijpende. Dat men wachten moet, als er te weinig deviezen zijn, is tot daar aan toe; dat echter, wat rente en aflossing betreft, men door een eenzijdige bepaling zijn vordering in een andere valuta ziet omgezet, is heel kras en nog nooit vertoond. Bovendien, men moge over andere valuta's denken zooals men wil, de Mark is volgens de uitingen van Dr. Schacht al een heel zwakke valuta geworden. Dit komt ook reeds in de koersen tot uitdrukking. Immers, de Mark is een soort kameleon geworden. Voor omrekening van betalingen dóór Duitschers heeft de Mark haar grondwaarde, voor diverse betalingen aan Duitschland heeft de Mark al naar de behoefte der omstandigheden een heel gamma van waarden. Dat men nu deze Goudmark voor de omrekening gaat gebruiken en de crediteur Marken krijgt, die straks op zijn beurt wellicht slechts in gedeprecieerden vorm gebruikt zullen kunnen worden, is een greep in een rechtstoestand, die zeer ver gaat.

Wij moeten in dezen crisis-tijd veel begrijpen en veel verdragen. Wij moeten billijk zijn bij het beoordeelen van vele handelingen. Ook Duitschland bevindt zich in een noodtoestand, zooals vele anderen, zoo niet de meesten. De gestemdheid, waarin de maatregelen in zulk een toestand tot stand komen, speelt daarbij een groote rol en het schijnt wel, dat deze gestemdheid van Duitschland op het oogenblik wel het onaangenaamste is, dat de crediteuren te verduren krijgen, omdat zij voor de toekomst weinig gunstigs voorspelt.

Roet in den inkt.

- De dagbladen hebben in extenso Jo van Ammers-Küller's apologie gebracht ten aan-

[pagina 3]
[p. 3]

zien van haar te streng beoordeelde houding op het P.E.N.-congres te Dubrovnic. Gezien het vriendschappelijk karakter dezer conferenties in de afgeloopen jaren, kan onze afgevaardigde geen blaam treffen, ook ditmaal een avondtoilet en geen bokshandschoenen in haar koffer te hebben meegebracht. Er werd, misschien was dit kinderlijk, nog altijd gehoopt, dat de Duitsche kwajongensstreken den geest van het P.E.N.-centrum van dit groote volk niet zou hebben aangetast. Maar het bleek terstond, dat de Duitsche afgevaardigden naar Dubrovnic voor de helft van hetzelfde slag waren als de wetenschappelijke heeren die naar Leiden kwamen, en het congres heeft het bezuurd, dat zijn voorzitter niet de doortastendheid bezat van een Nederlandsch rector magnificus.

Nu blijft in Nederland de schrijver niet achter bij den geleerde. Het Nederlandsche P.E.N.-centrum heeft eenstemmig het voorstel van Boutens overgenomen en schrijft naar het Hoofdbestuur te Londen, dat dit, met zooveel bijval als het in andere landen maar verkrijgen kan, zich zal richten tot het Duitsche centrum, verklarend dat het Duitsche centrum de Duitsche letterkunde niet vertegenwoordigt zoolang eenige der edelste schrijvers zijn uitgeworpen, dat het Duitsche centrum dus in staat van desorganisatie verkeert, dat dit samenwerking onmogelijk maakt, verzoekend voorts mede te deelen wanneer met een reorganisatie van een waarlijk den Duitschen geest representeerend centrum een aanvang zal worden gemaakt.

Bedreiging van het hoogste goed brengt in Nederland nog steeds eensgezindheid.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken