Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 136 (1973)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 136
Afbeelding van De Gids. Jaargang 136Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 136

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 136

(1973)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 615]
[p. 615]

Als je twijfelt, neem een ander!

Hieronder vertelt iemand van haar belevenissen met een huisarts. Het verloop van de gebeurtenissen mag uitzonderlijk zijn, het verhaal vertoont toch genoeg typische trekjes van de relatie huisarts-patiënt om plaatsing te rechtvaardigen. De redactie heeft, voor zover mogelijk, de feiten gecontroleerd. De namen van de patiënt, haar vriend en van de huisarts zijn veranderd of weggelaten: De Gids is een tijdschrift en geen tuchtcollege.

Op weg naar huis, dinsdagavond 16 oktober, kreeg ik opeens last van hevige buikkrampen. Omdat ik in de vijfde maand van mijn zwangerschap was, besloot ik meteen de huisarts dr. X te bellen. Zijn vrouw nam de telefoon aan en zei dat de dokter onbereikbaar was: ze raadde mij aan om zetpillen te nemen tegen de pijn en om maar te proberen om te slapen. De zetpillen had ik vier dagen tevoren van dr. X gekregen, omdat ik bij de maandelijkse controle geklaagd had over buikpijn. De dokter meende toen dat die pijn kwam van het oprekken van de baarmoederbanden.

De volgende morgen, woensdag, was de pijn nog even erg en ik had nu ook verhoging. Hans, mijn vriend, belde dr. X, kreeg opnieuw zijn vrouw aan de lijn, die beloofde dat de dokter die ochtend langs zou komen. Omstreeks kwart voor tien die morgen verscheen dr. X. Ik vertelde hem waar de pijn zat en hij onderzocht mij, drukte op de rechterkant van de buik, liet mij daarbij mijn rechterbeen optillen.

Ik vroeg de dokter wat er precies aan de hand was en hij antwoordde dat mijn appendix ontstoken was en bovendien bekneld geraakt door de zwangerschap, waardoor alles nu eenmaal minder ruimte heeft dan anders. Hij schreef een recept uit voor penicilline (Broxil). Hij wilde kijken of de ontsteking daarmee zou overgaan, de zetpillen moesten de pijn verminderen en bovendien schreef hij voor koude compressen op de buik te houden.

Ik wilde weten wat er zou gebeuren als de ontsteking met de pencillinekuur niet overging. dr. X zei dat er dan geopereerd zou moeten worden. En op de vraag wat daarvan de consequenties zouden zijn, zei hij dat het risico van een miskraam bij een blindedarm-operatie zeer groot was: ‘alles in de buikholte komt stil te liggen, de vrucht krijgt zuurstofgebrek en een miskraam kan dan het gevolg zijn.’

Ik was hierdoor erg ongerust geworden en belde, zodra de dokter weg was, mijn vriend op zijn werk. Hans kwam meteen naar huis en was ook nogal geschrokken. Na enig overleg besloot hij de dokter op te bellen om met hem te bespreken of een specialist erbij moest komen en welke en om een eventuele spoedopname vast zo goed mogelijk voor te bereiden. Opnieuw nam de doktersvrouw de telefoon aan, de dokter was nog visites aan het rijden, hij zou om één uur thuis zijn. In de tussentijd belde Hans met een bevriende specialist om hem te vragen wie de meest geschikte collega zou zijn om voor een consult te vragen. De kennis adviseerde een chirurg en beiden dachten aan een chirurg in het ziekenhuis waar Hans voor werkt en die hij daarvan kent.

Om één uur belde Hans opnieuw de dokter en kreeg weer de doktersvrouw aan de telefoon. De dokter was niet te spreken, maar hij had haar gezegd dat Louise goed rust moest houden en dat ze als de koorts verder stijgen zou maar weer op

[pagina 616]
[p. 616]

moest bellen. Hans zei daarop dat hij toch graag rechtstreeks de dokter wilde spreken om te overleggen over een specialist en om in een zo onrustbarende situatie elk misverstand te voorkomen.

De doktersvrouw riep daarop: ‘Ben ik soms niet goed genoeg!’ En Hans herhaalde dat hij graag de dokter zelf wilde spreken. Dat maakte haar blijkbaar nog eens zo kwaad: ‘Ik ben zeker achterlijk, ik heb maar dertien jaar ervaring, ik ben zeker imbeciel!’, waarop zij de telefoon ophing.

Hans besloot een paar minuten te wachten tot bij mevrouw X het schuldgevoel de overhand zou hebben gekregen op de woede. Toen hij opnieuw opbelde was mevrouw X inderdaad enigszins gekalmeerd. Maar de dokter kon toch niet gestoord, hield zij vol, hij hield zijn spreekuur. Hans zei dat hij het waardeerde dat zij haar man zo goed afschermde tegen de pressie van patiënten, maar dat hij in deze mogelijk dringende situatie met de dokter wilde spreken. Mevrouw X vond ten slotte goed dat om drie uur opnieuw gebeld zou worden.

 

Ondertussen had een bevriende huisarts opgebeld over een heel andere zaak. Wij legden hem de situatie voor en hij bleek hogelijk verbaasd over de poging een appendicitis te behandelen met penicilline zonder een chirurg te waarschuwen en dacht bovendien dat een operatie tijdens de zwangerschap niet zulk groot risico met zich mee zou brengen.

Omdat we nog steeds meenden dat een spoedopname binnen een paar dagen noodzakelijk zou kunnen zijn en omdat we die zo goed mogelijk met chirurg en ziekenhuis wilden afspreken, vonden we de situatie nog steeds zeer dringend. Bovendien sloot dr. X, via zijn vrouw, de toegang af tot andere artsen, die er blijkbaar heel andere opinies op na konden houden.

Daarom besloten we op dat moment de huisarts van Hans te bellen en zijn mening te vragen. Dr. Y hoorde het verhaal aan, noemde de behandeling een kunstfout van de eerste orde, het optreden van dr. X vijftienderangs en verklaarde zich bereid om onmiddellijk langs te komen op voorwaarde dat wij dan ook nu meteen de relatie met dr. X zouden verbreken.

Zo gezegd zo gedaan. Opnieuw dr. X gebeld, weer zijn vrouw aan de lijn, die enigszins ontdaan vroeg ‘Waarom?’. Hans verwees naar de voorvallen van de afgelopen uren. Ongeveer een kwartier daarna belde dr. X zelf en kreeg Hans aan de lijn: ‘Jongen, jij hebt het stomste gedaan wat je doen kunt, je hebt de patiënt ongerust gemaakt, leer nou één ding van mij, beheers je tegenover een zieke! Bovendien moet je goed weten dat ik een aanklacht tegen je kan indienen omdat je de behandeling belemmert.’ Als Hans een vent was en hem echt had willen spreken, dan was Hans toch zeker naar hem toegekomen. Hij kan toch zeker niet de andere patiënten laten wachten. Hans zegt dat hij niet langer wilde wachten met een specialist erbij te vragen en dat de tweede huisarts een verbreking van de relatie als voorwaarde voor zijn komst had gesteld. Dat dit een gespannen moment is voor beide partijen en dat hij graag een andere keer, als alles wat rustiger is over de menselijke kanten van de opzegging wil praten.

Dr. X verlangt mij, Louise, te spreken: tegen mij zegt hij dat hij met ‘die vrind van jou’ die zich de vader van het kind noemt niets te maken heeft. (Hans en ik wonen al anderhalf jaar bij elkaar.) Juridisch gezien had die vriend trouwens niets te zeggen, we waren niet eens getrouwd. ‘Meisje, je moet je goed bedenken, als jouw kindje komt te overlijden dan komt het door jouw onverantwoordelijk gedrag. Ik zal je moeder eens opbellen en haar vertellen wat zich daar bij jullie afspeelt.’ Ik ben vierentwintig. Ik zei dat hij het laten moest, omdat ik mijn moeder nog niet verteld had dat ik ziek was. Verder, zei hij, moest Hans zich nog die middag bij hem melden, anders zouden de gevolgen voor hem zijn, dan zou hij tegen Hans een aanklacht indienen.

 

Een half uurtje later verscheen dr. Y: na een kort onderzoek constateerde hij voorlopig een nierbekkenontsteking. Ik moest een ‘gewassen plas’ meegeven aan Hans die hem naar de laborante van dr. Y. bracht. Nog voor Hans de deur uit was, belde mijn moeder, hevig verontrust. Dr. X had haar gebeld, kennelijk zeer van streek, dat haar dochter ziek was en dat er complicaties

[pagina 617]
[p. 617]

konden komen. Ze wilde weten wat er nu eigenlijk aan de hand was. We vertelden haar in het kort wat was gepasseerd en dat het zich nu wat minder somber liet aanzien. Een kwartiertje later belde Hans uit het laboratorium van dr. Y: ‘in elk geval een blaasontsteking, misschien een nierbekkenontsteking.’

Waarom had dr. X de urine niet onderzocht? Geloofde hij echt dat er sprake was van een blindedarmontsteking? Waarom bleef hij dan onbereikbaar, waarom waarschuwde hij geen specialist? Waar haalde hij het dreigen met een aanklacht vandaan? Kon hij zo maar mijn moeder van mijn toestand in kennis stellen terwijl ik hem gevraagd had om dat niet te doen? Hoe kwam hij erbij om mij, terwijl ik in angst zat om mijn zwangerschap, met de verantwoordelijkheid voor een eventuele miskraam op te schepen?

Toen de schrik voorbij was, bleef de woede: blijkbaar kan een dokter met of zonder dekking van zijn vrouw, zich dat allemaal permitteren. En meestal zijn de patiënten te beduusd om er tegenin te gaan. Toevallig kenden wij een paar artsen, anders hadden wij dr. X nog aangezien voor een wonderdokter die zelfs een blindedarmontsteking met een pilletje genezen kan... Er valt iets uit te leren over het contact met dokters: als je twijfelt, neem een ander.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken