Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Gulden Winckel. Jaargang 23 (1924)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den Gulden Winckel. Jaargang 23
Afbeelding van Den Gulden Winckel. Jaargang 23Toon afbeelding van titelpagina van Den Gulden Winckel. Jaargang 23

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Gulden Winckel. Jaargang 23

(1924)– [tijdschrift] Gulden Winckel, Den–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Moderne Hollandsche dichtkunst

Shakespeare 50 sonnetten, vertaald door H. Moulijn-Haitsma Mulier. - (van Dishoeck Bussum 1923).

Deze Shakespeare-overzetting, in kloek en welluidend Hollandsch volbracht, mag, om te beginnen, zich laten hooren. De strekking van mevrouw Moulijn's respectabelen arbeid zal zijn geweest, aan hollandsche lezers, wien het origineel te zware lectuur bleek, van deze sonnetten een emotioneel-onverzwakten indruk te schenken. De auteur heeft derhalve zich opgelegd Shakespeare's beeldspraak en rythmus zooveel mogelijk ongeschonden te laten; overigens zag zij af van al te nauwgezette vertaalprecisie, zorgdragend vóor alles een ruim en buigzaam hollandsch te erlangen, met uitsluiting van alle, slechts door raadpleging van den britschen tekst verstaanbare, gewrongenheden. Zij heeft beproefd sonnetten te behouden, welke, door den dichter tot zijn beminde eens in gedachte smeekend of verwijtend, toornend of verheerlijkend gesproken, zich licht zouden laten verstaan, en in deze onderneming slaagde zij, m.i., ten volle.

Ik zou het dus ook voluit onbillijk achten vergelijkenderwijze op de keper te beschouwen in hoeverre deze nederlandsche verzen bij de sublieme engelsche ten achter bleven. Het is voldoende te mogen vaststellen, dat de vertaling altijd in verzen is geschied.

Aanvechtbaar schijnt mij de vertaling, doordat zij haast doorloopend den stillen schroom, de mijmersfeer die het origineel omgeeft, elimineert en over 't algemeen te positief, te stellig-bewerend, te roekeloos-vermetel ons beroert. Als ik bezwaren uitspreken mag, laat ik dan bekennen, dat, afgezien van de feilloos-afgewogen vocalenharmonie, Shakespeare's versmelodie dieper en lieflijker indringt; dat voor zijn teeder dicht, tenger en toch oneindig-sterk, meer dan eens in de plaats trad de machteloosholle bravoure der vertolkende auteur.

Intusschen wil ik eindigen met nogmaals te betuigen hoe voortreffelijk werk in groote lijnen door de dichteres werd verricht.

De verzonken tuin, door Felix Rutten. - (Uitg. Boosten en Stols, Maastricht 1923).

Het boekje van den heer Felix Rutten behelst, als ik het wel heb, ternauwernood eenige te lezen, toonbare verzen. Het grootste deel werd zoo slecht en slap en rhetorisch in vers gebracht, dat men er baloorig en wrevelig onder wordt. Het zijn haast alle natuurgedichten, maar zwak zijn ze, zwak en inferieur zoowel aan het goede in een vorigen stijl (vergelijk b.v. de gespierde en plastisch-uitmuntend-verantwoorde verzen door

[pagina 94]
[p. 94]

van Langendonck) als aan de bijwijlen grandioos-geziene en muzikaal-verzongen visies van een Beversluis, die tot de jongeren behoort.

Om den eens respectabelen dichterfiguur Felix Rutten te eerbiedigen, wil ik van de tallooze ellendige versregels geen enkele citeeren, laat staan ontleden. De kleine liedjes zijn wel de zuiverste. Het vers op den nachtegaal (blz. 37) schreef Gezelle beter; in het gedicht op pagina 24, aanheffend: ‘De schepen rusten in de haven’ hoort men duidelijk Jan Prins.

Verzen, door Marie Koenen - (Uitgave van Boosten en Stols, Maastricht 1923).

Beter althans dan Rutten's natuurpoezie, schijnt mij de roomsche dichtkunst van Mevr. Marie Koenen. Diep genot schonken ook deze verzen mij nergens. Oorzaak: te vlotte, gladde versificatie, geen doordringend uitspreken der emotie in een aequivalente fraaie taal, doch integendeel een omslachtig klankloos paraphraseeren.

Inderdaad, deze verzen zijn te mat, en haast geluidloos gepreveld; tot monsterlijke smakeloosheden, als Rutten produceerde, bleek Marie Koenen niet in staat. Het ongelukkige is, dat een modern mensch zooveel vroomheid in verzen bezwaarlijk slikt, tenzij ze de bezieling van een heel groot dichter schraagt. (Verlaine of Gezelle). De balladen: Beurtzang, Trouw, De Bedelaar enz. zijn goed en van het beste uit den bundel.

Licht, door J. Reddingius. - (Jubileumuitgaaf 1923 Hilversum).

Een ware verademing na Ruttens natuurpoëzie. Na diens verwaaide bombastische liederen deze droomgedrenkte verzen van een romanticus, verlangend en mijmerend. Onloochenbaar een dichter, Reddingius, daar hij je terstond in gepeinzen brengt; ook schaadt het hem weinig, dat zijn rijmen overoud zijn, want haast alles, wat hij dicht is innerlijke zang. Deze eigenschap en het feit, dat hij van stond af aan zijn eigen plaats innam, mag men niet gering achten, zoo men hem objectief beschouwen wil. Vanuit dit gezichtspunt ook bezie ik den kostelijken dichter Scheltema: de een noch de ander werd straffeloos nageäapt.

Ik geloof wel, dat we hier het stevigste werk van Reddingius vóór ons hebben; zelden was de dichter zoo ruig van plastiek als in: Naar huis (blz. 12), zoo droomerig-geconcentreerd als in ‘Tooverspel’, zoo onnavolgbaar-melodisch als in het vers ge-heeten: ‘Bij de zilversparren’, zoo broos-dichterlijk als in het wijsje op pag. 20, zoo doordringend-artistiek als in ‘Spel’.

Meestal lees ik van Reddingius het minst graag sonnetten (ik meen, dat deze versbouw voor zijn naïeveteit minder wenschelijk is), ofschoon o.a. het gedicht ‘Idylle’ eerlijk en uitmuntend is.

Shakespeare's LXXXIste sonnet slaagde in Mevr. Moulyn's wedergave tot een grootscher klinkdicht.

Vader, onze vader, door Jos van Wely, O.P. (Uitgevers Mij. De Gulden Ster, Amsterdam 1923).

Ook deze dichtbundel geeft specifiek-roomsche poëzie. Toen ik het boekje vóór de lectuur eens doorbladerde, hoorde ik terstond een echo van P.C. Boutens' hoog-ijle stem. Wel zeer overtuigend doet zich de invloed van hem, die de legende van Beatrys nogmaals poëtizeerde, voor in een vers als: Ik denk aan Hem (blz. 31), waarvan ik den lezer één strophe voorleg:

 
De rozen bloeiden laat dat jaar
 
Geen dag was onberoerd geweest
 
Maar stil werd nu de hemel klaar
 
En leek een feest.

Breedvoeriger argumentatie acht ik overbodig, ofschoon er wellicht nog treffender regels te citeeren zouden zijn. Verderop bleek mij zelfs de invloed van Geerten Gossaert. Overigens vind ik deze verzen lang niet slecht; er wordt een zeker aangeboren talent vereischt tot het dichten van zoo lenige en heldere liederen, moge er voorshands in beeldspraak noch rhythme veel persoonlijks aanwezig zijn. Het geheel is één lang en brandend gebed van een geestdriftig en beminnelijk geestelijke.

Intermezzo's, Verzen van Ernst Groenevelt, - (Uitgevers Mij. De Gulden Ster).

Laten wij hopen, dat het opschrift van dit dunne dichtwerkje een omvangrijker en kloeker schepping van den dichter Groenevelt aankondigen moge! Want deze naïeve rijmen zullen waarlijk zijn roem niet vergrooten en waren beter aan de publicatie onthouden.

Ik wensch den heer Ernst Groenevelt den moed toe te zwijgen tot dagen van sterker bezieling, waarvan mij zij toegestaan de uitkomsten eens te recenseeren.

 

Groningen.

FREERK JANSONIUS.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over De verzonken tuin

  • over Licht

  • over Vader, onze vader!

  • over Intermezzo's


auteurs

  • F. Jansonius

  • over H.H.J. Moulijn-Haitsma Mulier

  • over Marie Koenen

  • over Felix Rutten

  • over Ernst Groenevelt

  • over Joseph van Wely, O.P.