Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Handboek voor den soldaat (KMA Breda) (1937)

Informatie terzijde

Titelpagina van Handboek voor den soldaat (KMA Breda)
Afbeelding van Handboek voor den soldaat (KMA Breda)Toon afbeelding van titelpagina van Handboek voor den soldaat (KMA Breda)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.50 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/lifestyle


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Handboek voor den soldaat (KMA Breda)

(1937)–Anoniem Handboek voor den soldaat–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 77]
[p. 77]

Hoofdstuk XIII. Oorlogsregelen; krijgsgevangenschap; behandeling van zieken en gewonden.

A. Oorlogsregelen.

De oorlogvoerenden hebben geen onbegrensd recht ten aanzien van de keuze der middelen om den vijand te benadeelen.

Ingevolge het ‘Reglement betreffende de wetten en gebruiken van den oorlog te land’ is het o.m. verboden:

1.vergif te bezigen, in welken vorm ook;
2.personen, behoorende tot de vijandelijke strijdkrachten of de bevolking, verraderlijk te dooden of te verwonden;
3.een vijand te dooden of te verwonden die, de wapenen nedergelegd of geen middelen ter verdediging meer hebbende, zich op genade of ongenade heeft overgegeven;
4.te verklaren, dat geen kwartier zal worden verleend;
5.wapenen, projectielen of stoffen te bezigen, welke noodelooze smarten kunnen veroorzaken;
6.onrechtmatig gebruik te maken van de parlementaire vlag, de nationale vlag of de militaire onderscheidingsteekenen en de uniformen des vijands, alsmede van de onderscheidingsteekenen van het Roode Kruis;
7.op eigen gezag vijandelijke eigendommen te vernielen of in beslag te nemen (plunderen);
8.onderdanen der tegenpartij te dwingen deel te nemen aan de daadwerkelijke krijgsverrichtingen, gericht tegen hun land;
9.steden, dorpen, woningen of gebouwen, welke niet verdedigd worden, met welke middelen ook aan te vallen of te bombardeeren.

Het personeel van den militairen geneeskundigen dienst, dat van de erkende vereenigingen voor vrijwillige hulpverleening, alsmede de veldpredikers en aalmoezeniers, ontleenen een bijzondere positie aan het tusschen de meeste staten gesloten Verdrag van Genève (van 27 Juli 1929). Om daarop aanspraak te kunnen maken, moet een aan den linkerbovenarm bevestigde armband met rood kruis op wit veld, verstrekt door den Inspecteur van den geneeskundigen dienst der Koninklijke landmacht en van diens stempel voorzien, worden gedragen.

[pagina 78]
[p. 78]

B. Krijgsgevangenschap.

Een militair, die in krijgsgevangenschap geraakt, is, indien hij daarnaar wordt ondervraagd, slechts verplicht aan de militairen van het vijandelijke leger, waarbij hij krijgsgevangen werd gemaakt, zijn waren naam en zijn waren rang op te geven. Indien hij inlichtingen over zijn eigen leger verstrekt, maakt hij zich schuldig aan verraad jegens zijn land en zijn kameraden. Hij weigert dus te antwoorden op de vraag hoe sterk het onderdeel is, waartoe hij behoort, hoe daarbij de geest is, kortom hij verstrekt geen enkele inlichting over den toestand bij zijn leger of zijn land.

De krijgsgevangene mag voorts antwoord geven op vragen omtrent zijn leeftijd, geboorteplaats en woonplaats, ook mag hij mededeelen den naam van het onderdeel, dat op zijn herkenningsplaatje (zie blz. 81) staat vermeld.

Geen enkele dwangmaatregel, welke ook, mag op krijgsgevangenen worden toegepast, ter verkrijging van andere inlichtingen dan die, welke zij, blijkens het bovenstaande, verplicht of bevoegd zijn te verstrekken.

Ontvluchte krijgsgevangenen, die, vóór zij het eigen leger hebben kunnen bereiken, weder worden gevat, kunnen daarvoor door de autoriteiten van het vijandelijke leger slechts krijgstuchtelijk worden gestraft (arrest).

Krijgsgevangenen, die, nadat het hun gelukt is te ontvluchten, later opnieuw krijgsgevangen worden gemaakt, zijn wegens hun vroegere ontvluchting niet strafbaar.

C. Behandeling van gewonden en zieken.

De militairen en andere officieel aan de legers verbonden personen, die gewond of ziek zijn, moeten zonder onderscheid van volksaard gespaard en verzorgd worden door den oorlogvoerende, die hen in zijn macht heeft.

Behoudens de hiervoor aangegeven te verleenen zorgen zullen de gewonden en zieken van een leger, die in handen van den anderen oorlogvoerende zijn gevallen, krijgsgevangenen zijn, en zullen de algemeene regelen van het volkenrecht betreffende gevangenen op hen toepasselijk zijn.

Evenwel zullen de oorlogvoerenden vrij blijven, om onderling ten aanzien van de gewonde of zieke gevangenen zulke begunstigingsbepalingen te maken, als zij nuttig oordeelen, met name hebben zij de bevoegdheid overeen te komen:

[pagina 79]
[p. 79]

elkander na een gevecht de op het slagveld achtergelaten gewonden uit te leveren;

de gewonden of zieken, die zij niet gevangen willen houden, naar hun land terug te zenden, na gezorgd te hebben, dat zij in staat zijn om te worden vervoerd, of na hun genezing;

aan een onzijdigen Staat, met diens goedvinden, gewonden of zieken van de tegenpartij uit te leveren, onder de op den onzijdigen Staat rustende verplichting, hen tot het einde der vijandelijkheden te interneeren.

Na elk gevecht worden door de partij, die meester is gebleven van het slagveld, maatregelen genomen om de gewonden op te zoeken en hen evenals de dooden, tegen plundering en slechte behandeling te beschermen.

Ieder oorlogvoerende zendt zoodra mogelijk aan de overheden van hun land of van hun leger de militaire identiteitsteekens of stukken, op de gesneuvelden gevonden, en de naamlijst der door hem opgenomen gewonden en zieken.

Het Nederlandsche Roode Kruis te 's Gravenhage brengt in tijd van oorlog een informatiebureau betreffende zieken en gewonden in werking. Dit dient om betrekkingen of nabestaanden van militairen, in geval van ziekte, verwonding, vermist worden of overlijden van deze laatsten, zoo spoedig mogelijk te kunnen inlichten.

Daartoe is ieder militair te velde in het bezit van twee berichtkaarten met doorboorden rand, welke zich in zijn oorlogszakboekje bevinden, alsmede van een op de bloote borst te dragen herkenningsplaatje, bestaande uit twee deelen, op elk waarvan de geslachtsnamen en voornamen, godsdienst en korps zijn vermeld, benevens plaats, datum en jaar van geboorte van den drager. Het oorlogszakboekje en het herkenningsplaatje worden bij mobilisatie aan iederen militair uitgereikt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken