Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2 (1931)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.62 MB)

Scans (22.94 MB)

ebook (3.41 MB)

ebook (3.41 MB)

XML (1.05 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

(1931)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoe die strijt te Woronc began. vi.

 
In mocht u niemen nu bedieden,
 
Hoe meenlike met sinen lieden
365[regelnummer]
Die grave van Lusselenborch quam vore.
 
Een ridder, .i. ruyer vercoren,Ga naar voetnoot366
[pagina 30]
[p. 30]
 
Die metten hertoge comen was,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot367
 
Sloecht irst werf daer inden tas;Ga naar voetnoot368
 
Sijn name was her Frambach.Ga naar voetnoot369
370[regelnummer]
Doen van Ysche her Arnout sach,Ga naar voetnoot370
 
Liet hi mede ute rinnen.
 
Ga naar margenoot+ Dies heren broeder van HoesdinnenGa naar margenoot+Ga naar voetnoot372
 
Volgede mede, al was hi clerc,
 
Mar ridderlike was sijn werc.
375[regelnummer]
Want grote porsse ende meswinde
 
Leet hi: daer bleef oec .i. inde
 
Van sinen nese, dat hi vercochteGa naar margenoot+
 
Eerlike, daer hi den strijt sochte.
[pagina 31]
[p. 31]
 
Aldus began den strijt dese drie.
380[regelnummer]
Die Scavedriesche, in dander partie,Ga naar voetnoot380
 
Baden van Lusselborch den grave
 
Dat hi hem tvore vechten gave,Ga naar margenoot+
 
‘Want hier sijn die van WithamGa naar voetnoot383Ga naar voetnoot383-384
 
Ende Molrepas, daer wi op gram
385[regelnummer]
Sijn alse van ouder vede.’
 
Dit orloefde hem die grave gerede.
 
Dus sloegense daer si waenden vindenGa naar margenoot+
 
Haer viande; mar si hilden tinden
 
Gebatelgeert ut haren swarde.
390[regelnummer]
Doen sloegen theren Godevarde,
 
Des hertogen broeder van Brabant,
 
Die hem daer met willeger hantGa naar margenoot+
 
Weder ten gewere warp.
 
Daer ward die strijt harde scarp;
[pagina 32]
[p. 32]
395[regelnummer]
Want bi hem waren Walen,Ga naar voetnoot395
 
Die hem also weder betalen,Ga naar voetnoot396
 
Dat si van hem moesten keren.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot397
 
Doen sloegen in die Limborgeren
 
Ende riepen in den toevalle:
400[regelnummer]
‘Slawi opten hertoge alle!’
 
Des biscop volc ende Gelrelant
 
Riep altenen opten hertoge van Brabant:Ga naar margenoot+
 
‘Laet ons die ane ons slaen,Ga naar voetnoot403
 
So hebwi dander alle gevaen!Ga naar voetnoot404-405
405[regelnummer]
Dus ward daer dat ane riden
 
So vreselijc, ende dat striden,
 
Dat nieman des gelijcs en sach;Ga naar margenoot+
 
Ende dit geduerde wel inden dach
 
Rivelike so lange wile,
410[regelnummer]
Datmen riden soude .i. mile,
[pagina 33]
[p. 33]
 
Eer yemen mochte bekinnen
 
Enech vordeel an dat winnen.Ga naar margenoot+
 
Nochtan dochte alle den heren:
 
Biscop, graven, den Limborcheren,Ga naar voetnoot414
415[regelnummer]
Dat si die overhant sere namenGa naar voetnoot415
 
Int vergaderen daer si quamen,
 
Daer si drongen met starker vardGa naar margenoot+
 
[Vaste totten hertoge ward].
 
Mar dan was wonder ne geen:
420[regelnummer]
Want hare was .vij. jegen een,Ga naar voetnoot420
 
Ende haer scaren alle drie
 
Quamen op thertogen ene partie.Ga naar margenoot+
 
Ga naar margenoot+ Nochtan drongense so sere jegen,Ga naar voetnoot423
 
Al was die strijt ongewegen,
[pagina 34]
[p. 34]
425[regelnummer]
Dat hem .i. twint niet dat hereGa naar voetnoot425
 
En scoffierde vanden achterkere;
 
Want si bleven gescard in een,Ga naar margenoot+
 
Watmense dranc ochte gereen,
 
Dat niemen op hem ne voer,Ga naar voetnoot429
430[regelnummer]
Hine hadde te Coelne dorden moerGa naar voetnoot430
 
Alse wel mogen met crachte riden,
 
Alse dor hem ter uren liden.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot432
voetnoot366
ruyer (d.i. ru-ier) is niet: een bewoner van de oevers der Roer, een Roerlander, zooals tot heden toe algemeen geloofd werd (zie b v. Verdam, Middelnederl. Woordenb. 6, 1421 en 1742) maar: een Ripuarier (zie L. Willems in het Tijdschrift voor Nederl. Taal- en Letterk. XXVIII). Dat Heelu noch Velthem geen juist begrip meer hadden van de beteekenis van het woord, blijkt wel hieruit, dat zij het toepassen op een ridder, die Roerlander noch ‘Ruwier’, maar Haspengouwer was.
[tekstkritische noot][C]
367 = tekst.
Ga naar margenoot+ 368 ‖ S. yerst werff dair
369 was frambach
370 D.v. nyse h. Aernout s.
371 = tekst.
372 Des heeren b.v. hoesdinne
373 Volghde
374 Maer
375 ende die zwinde
376 bleeff oic een eynde
377 riese
378 = tekst.
[D]
367 Die m. hartoge c.w.
368 ‖ Sloech tot hem inden tasGa naar margenoot+
369 Sine name was heer f.
370 Doent v. ysch her a. sach
371 L hijt
372 ‖ D.h.b. was v. hoosdinneGa naar margenoot+
373 Volchde m. al w. hij cl.
374 Maer ridderlijc w. daer s.w.
375 tot 378 ontbreken.

369 frambach in het hs. voluit; de vorm Franbach bij Heelu vs. 5091 berust wellicht op een minder juiste oplossing der verkorting * frā 370 van aanvankelijk overgeslagen en naderhand door den kopiïst zelven boven den regel bijgeschreven. - In zijn aanhaling, Middelnederl. Woordenb. 4, 199 heeft Verdam een voorwerp * dit ingevoegd; maar dat zal wel onnoodig zijn; immers Arnout = * Arnout + et 373:374 werc: clerc in het hs. voluit. 376 Leet hi: daer enz. Reeds het hs. heeft de interpunctie: na hi een punt.
margenoot+
bl. 74 d.
margenoot+
bl. 61 a.
margenoot+
bl. 61 b.
margenoot+
(5)
voetnoot367
metten hertoge, nl. van Brabant.
voetnoot368
Sloecht irst werf = ⋆ Sloech tirst werf.
voetnoot369
her Frambach: zie Hemricourt, Miroir des nobles de la Hesbaye, p. 49.
voetnoot370
van Ysche her Arnout: zie de aanteekening boven bij II, 3492; ook beneden vs. 1276.
margenoot+
bl. 31 a.
margenoot+
(10)
voetnoot372
Dies heren broeder van Hoesdinnen: Jan van Heusden 's broeder heette Arnout, volgens Heelu vss. 5100-5101: Dies heeren broeder van Hoesdine, Arnout hiet hi enz. Over Jan van Heusden zie boven I, 3374 vlgg.
margenoot+
(15)
[tekstkritische noot][C]
379 = tekst.
380 scavedriessche
381 lutsemborch
382 hen (voluit) tvoirvechten
383 sijnder van Witham
384 dair
385 als van onser veede
386 D. oirleifde die gr. gereede
387 D. sloegen sij d. sij w vijnden
388 H. vianden maer sij h.t.
389 Gebattelgiert togen uut hare zweerde
390 D. sloeghen sij her Godevaerde
391 = tekst.
392 dair m. williger h.
393 werp
394 D. werdt den str. herde scherp
[D]
379 Dus begonnen dese iij
380 ‖ Die scavedriessche in dander syeGa naar margenoot+
381 lutzenborch
382 D. hij hem tvoervechten g.
383 = tekst.
384 wij op sijn gram
385 Want wij sijn van ouder veede
386 D. orloofde die g. gereede
387-400 ontbreken.

383 Witham hs.: vitham 389 haren: har- in het hs. voluit. 393-394 gewere warp: scarp in het hs. voluit.
margenoot+
bl. 61 c.
voetnoot380
Die Scavedriesche: zie de aanteekening bij II, 3244.
margenoot+
(20)
voetnoot383
die van Witham = Withem. Zie de aanteekening bij II, 3292 en 3948.
voetnoot383-384
die van ... Molrepas: zie de aanteekening boven bij II, 3245.
margenoot+
(25)
margenoot+
(30)
[tekstkritische noot][C]
395 tekst.
396 D. hen (voluit) alsoe
397 D. sij v.h.m. keeren
398 lymborghieren
399 inden
400 Sla wi
401 D. Bisscops volc e. gelre landt
402 R. al totten hertoge v.B.
403 dien aen
404 Soe hebben wi
405 D. werdt d.d. ane rijden
406 Soe vreeselic e.d. strijden
407 D. uyeman desgelijcx en s.
408 = tekst.
409 soe
410 rijden s. een myle
[D]
401 D. bisscops vole v. gelrelant
402 R. al ten hartoge v.b.
403 L o. dien ane slaen
404 So bliven dander sciere gevaen
405 D. wert d.d. aen rijden
406 strijden
407 Dat men noit dies gelije
408 Dit duerde wel op dien dach
409 Rivelijc to langen wile
410 Men mochte rijden wel een m.

399 toevalle hs.: toe valle 401 Gelrelant hs.: gelre lant
voetnoot395
bi hem: bij Godfried, 's hertogen broeder.
voetnoot396
hem, datief meervoud: den vijanden, den Scavedrieschen.
margenoot+
(35)
voetnoot397
van hem: van Godfried met zijn Walen
margenoot+
(40)
voetnoot403
Laet ons die ane ons slaen = Laten wij dien bemachtigen.
voetnoot404-405
Tusschen deze twee verzen bij Heelu vss. 5154-5198 een lofzang op de dapperheid, die door de Brabanders ten toon gespreid werd.
margenoot+
(45)
[tekstkritische noot][C]
411 yemant
412 Eenich voirdeel aen d.w.
413 alden heeren
414 Bisscoppen g. ende lymborgheren
415 D. zij d. overhandt herde zeere n.
416 dair sij
417 D. sij dronghen m. stercker vaert
Ga naar margenoot+ 418 ‖ Vaste totten hertoge waert
419 Maer dat en w.w. egheen
420 W. harer seven jeghen een
421 hare
422 tshertogen een partie
423 dronghen sij soe zeere jeghen
424 = tekst.
[D]
411 E. yemant mocht bekinnen
412 Enich voerdeel aent verwinnen
413-420 ontbreken.

421 Nochtan haer scaren alle drie
422 Q. opt tsertogen partie
423 tot 426 ontbreken.

412 an dat in het hs. aaneen. 414 graven, ook in het hs. een leesteeken: graven. - limborcheren: -her- in het hs. voluit. 417 starker vard: -ar- telkens in het hs. voluit. 418 Dat een vers ontbreekt, blijkt uit de rijmen en uit Heelu vss. 5224-5226 daer si quamen Drongen si met sterker vaert Die Brabantre achterwaert Het ingevoegde vers is ontleend aan hs. C der Brabantsche Yeesten. 420 hare in het hs. voluit.
margenoot+
bl. 75 a.
margenoot+
(50)
voetnoot414
graven: Heelu vs. 5221 noemt uitdrukkelijk den graaf van Gelre.
voetnoot415
Heelu vs. 5222 zegt echter: in dierste ane vallen.
margenoot+
(55)
voetnoot420
.vij. jegen een is een berekening van Velthem. Heelu vss. 5228-5234 drukt de numerieke overmacht van Hertog Jan's vijanden anders uit.
margenoot+
(60)
margenoot+
bl. 31 b.
voetnoot423
drongense: -se = de Brabanders, zooals blijkt uit Heelu vss. 5235 vlgg.: Die sterke bataelge al ghemene Sloech toten hertoge, daer allene Die Brabantre bi waren, Die doen, met hare cleinder scaren, Alsoe hert drongen jeghen enz.
[tekstkritische noot][C]
425 een twint
426 achter keere
427 sij bl. gescaert
428 Wat mense dr. ofte ghereen
429 D. nyemant op hem en v.
430 H.h. te Colene doir den muer
431 Alsoe w.m.m. rijden
432 doir
Opschrift: Wat int beghinsel vanden stride gesciede Ende hoe die drossate yerst vluchtich werdt
433 Hoirt w.i. beghin
434 = tekst.
[D]
427 Maer si bleven so vast in een
428 Datmense met geer cracht gemeen
429 Daerre en const gescoren
430 Daer wart daer liede veel verloren
431 en 432 ontbreken.

433 Hoort w.i. beginne
434 Vanden strijde

426 achterkere hs.: achter kere dit laatste woord voluit. 427 gescard in het hs. voluit. c. 7. opschr. daer in het hs. voluit.
voetnoot425
dat here. Heelu vss. 5241-5242: Datsi, noch hare heere, Die hertoge enz.
margenoot+
(65)
voetnoot429
op hem, t.w. op den hertog.
voetnoot430
moer = muur.
margenoot+
(70)
voetnoot432
dor hem = door hen, door de Brabanders. - ter uren is een niet ongeschikte wijziging van Velthem; Heelu vs. 5250 heeft met gemake. Cap. 7. Het is volkomen onjuist, als zou hetgeen in dit hoofdstuk verhaald wordt, geschied zijn in 't begin van den slag, zooals Velthem het voorstelt. Heelu, vss. 5251-5255, zegt dat bij den aanvang de aanval zoo krachtig was, dat sommige afdeelingen van 't Brabantsche leger meenden het onderspit te zullen delven; maar dan wordt uitvoerig de wijze van strijden der Brabanders en het verloop van den slag verder beschreven (Heelu vss. 5256-5311); de aanval op de tenten ‘om die pride’, ‘om ghewin’, is daar het gevolg van 's vijands meening, dat de Brabanders begonnen te wijken. Bij Velthem komt die aanval uit de lucht vallen, doordien hij al 't voorafgaande heeft overgeslagen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken