Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2 (1931)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.62 MB)

Scans (22.94 MB)

ebook (3.41 MB)

ebook (3.41 MB)

XML (1.05 MB)

tekstbestand






Editeurs

Paul de Keyser

Herman vander Linden

W.L. de Vreese



Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2

(1931)–Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Noch van gescienessen (xl).xxxix.

 
In desen tiden gesciede .i. wonder
 
In Gascoengenlant besonder:
2670[regelnummer]
Daer ward doe .i. kint geboren,
 
Dat .ii. ansichten hadde voren,
 
Ende .ii. buke, dat verstaet,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot2672
 
Maer .ii. voete daert op gaet,
 
Ende .ii. hande sone had dit beide,
2675[regelnummer]
Ende alse deen at, so wilde gereide
[pagina 184]
[p. 184]
 
Dander drinken, of anders yet.Ga naar voetnoot2676
 
Dicke wile so es hem gesciet,Ga naar margenoot+
 
Alse deen weende, dat dander loech.
 
Dit wonder, ende ander gevoechGa naar voetnoot2679
2680[regelnummer]
Sachmen genen wonder doen.
 
Dese selsenheit, die heeft geploenGa naar voetnoot2681
 
Deen daer jegen dander driven,Ga naar margenoot+
 
Diene conde u niemen bescriven.
 
Het hadde vorme na wijf, na man,
2685[regelnummer]
Daert af genoechte oec gewan.
 
Deen speelde metten andren daer,
 
Gelijc oft si twee waren vorwaer,Ga naar margenoot+
 
Maer wel conden si gebruken niet,
 
Nochtan dicke, daer men toe siet,
2690[regelnummer]
Pijnden sijs hem ter meniger tijt,
 
Ende sceen dat siere in hadden delijt.Ga naar voetnoot2691
 
Te Parijs was oec gesint den conincGa naar margenoot+Ga naar voetnoot2692
 
Philipse een wonderlike dinc,
 
Dit sagic selve oec metten ogen,
2695[regelnummer]
Daer ment soude den coninc togen.
 
Man ende wijf toende men(t) daer,
 
Die cume lanc waren, vorwaer,Ga naar margenoot+
 
[A]nderhalven voet, dat segic u,
 
Ende si waren van haer ru,
[pagina 185]
[p. 185]
2700[regelnummer]
Gelijc ouden lieden an haer lede.
 
Alle gescepnesse haddense bede,Ga naar voetnoot2701
 
Gelijc dat pleget wijf ende manGa naar margenoot+
 
So sere subtie[l], dat ic ne can
 
U niet geliken en gene figure,
2705[regelnummer]
Daer ik u dese jegen feiture.Ga naar voetnoot2705
 
In can[t]geliken genen dingen
 
Van siere subtijlheid sonderlinge:Ga naar margenoot+
 
Hande, voete, arme, bene,
 
Waren so cleine, int gemene,
2710[regelnummer]
Dat yegewelke in sijn gedochte
 
Daer af wale wonderen mochte.
 
In Aelmaengen gesciede tempeest,Ga naar margenoot+
 
Daer die wijngaerd af werd gevreest,Ga naar voetnoot2713
 
Ga naar margenoot+ Want om Sint Jans misse so velGa naar voetnoot2714
2715[regelnummer]
Een hagel, die was so fel,
 
Dat hi den wijngaerd in sijn bloyen
 
So sloech, dat hi niet conde groyen,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot2717
 
Ende verloren bleef alsoe.
 
Dies was men opten Rijn onvroe,
2720[regelnummer]
Ende dier tijt quam oec daer naGa naar voetnoot2720
 
Vanden wine, alsict versta.
margenoot+
(5)
voetnoot2672
buke = rompen.
[tekstkritische noot]2682 jegen hs.: iegen 2694 In margine: .ii. liede 2696 toende men hs.: toendement 2698 Anderhalven hs.: Onderhalven.
voetnoot2676
anders yet = iets anders [Verdam, i.v. ander 411(4)]
margenoot+
(10)
voetnoot2679
gevoech: Jonckbloet Ann., wilde genoech in de plaats van gevoech. Gevoech heeft hier echter wel een zin: manieren
voetnoot2681
dit (tweeledig) monster, dat gewoon was (heeft geploen) het eene deel met het ander in tegenstrijdigheid te hebben
margenoot+
(15)
margenoot+
(20)
voetnoot2691
delijt = vermaak
margenoot+
(25)
voetnoot2692
gesint = gezonden.
margenoot+
(30)
[tekstkritische noot]2703 subtiel hs.: subtie; deze voor de hand liggende emendatie vindt men reeds bij Jonckbloet, Ann. 2705 jegen hs.: iegen 2706 cant hs.: can; de emendatie is van Ca van de Water (Tijdschrift, 9e D., N.R., 1e D., blz. 79) 2712 Aelmaengen: Jonckbloet, Spec., las Almaengen.
voetnoot2701
gescepnesse (gesceppenesse) = geschapenis, gedaante, menschelijke vormen
margenoot+
(35)
voetnoot2705
feiture: uitbeeld (cf. Nndl. conterfeiten); de beteckenis is: waardoor ik u deze dwergen aanschouwelijk maak
margenoot+
(40)
margenoot+
(45)
voetnoot2713
gevreest = (van het w.w. vresen) geteisterd
margenoot+
bl. 39 a
voetnoot2714
vel = viel
margenoot+
(50)
voetnoot2717
groyen: Jonckbloet, Spec., las groeyen
voetnoot2720
dier tijt = een dure tijd.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken