Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Hollandsche Lelie. Jaargang 20 (1906-1907)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 20
Afbeelding van De Hollandsche Lelie. Jaargang 20Toon afbeelding van titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 20

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (10.81 MB)

Scans (92.88 MB)

ebook (8.08 MB)

XML (3.97 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Hollandsche Lelie. Jaargang 20

(1906-1907)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 369]
[p. 369]

12 December 1906.
20ste Jaargang.
No. 24.



illustratie

Hoofdartikel
Karakter.

Karakter is deugd. Iemand of iets zonder karakter deugt niet.

Aan 't karakter kent men den persoon of de zaak, het karakterlooze kan men niet leeren kennen en de mensch zonder karakter kent zich zelven allerminst. 't Gebod der Oudheid: ‘Ken u zelven!’ dat den bezoeker van Delphi's heiligdom boven den ingang tegenblonk, is een wijs woord, de wegwijzer naar het Geluk; slechts wie naar zelfkennis streeft, kan met in zich zelven vrede vinden en een iemand, een persoonlijkheid worden. Want het karakter grondt op zelfkennis, het ontstaat, wanneer de wil voortbouwt op dezen hechten grondslag. Met vaste hand teekent het karakter de lijn, die men volgt in de verschillende omstandigheden des levens; die lijn is als een betrouwbare gids, welke veilig voert over bergen en afgronden, zij is het onmisbare vademecum voor onze raadselachtige aardsche reis.

't Karakter is samengesteld uit consequentie in woorden en daden, denken en handelen; het bestaat in de overeenstemming van willen en denken, en openbaart zich in het stipt en slaafs volgen van den vooraf onveranderlijk vastgestelden weg. De mensch van karakter weet hoe hij handelen moet, en handelt zoo omdat hij zoo wijs is ook te willen wat hij moet; hij ziet in dat het leven ons tot taak stelt in vele gevallen te berusten in het onvermijdelijke en dat het dwaas zou zijn te willen grijpen naar 't geen buiten ons bereik ligt. Karakter is practische wijsheid.

Deze wijsheid is niet uitsluitend het deel van den geleerde, ook de minder ontwikkelde is in staat wijs te leven. De eerste voorwaarde voor karaktervorming is, dat men met zich zelven te rade gaat; wie dit doet beperkt zijn wenschen en verlangen naar de mate van zijn kunnen, en streeft slechts naar 't voor hem bereikbare, doch dit doet hij met alle kracht die in hem is. Al tracht hij geen illusies te verwezenlijken, hij concentreert zijn pogingen op het bereiken van een mogelijk doel. Dit belet hem niet idealen te koesteren, die hij tracht nabij te komen. Hij is optimist in den goeden zin van 't woord, geen luchthart, maar toch nimmer ontmoedigd. Want wordt hem, hoe hij strijde, voor een enkelen keer

[pagina 370]
[p. 370]

de zegepraal ontzegd, troostrijk is de gedachte: ik heb gedaan wat ik moest en kon. En op den duur is de mensch van karakter niet te overwinnen. Verslagen staat hij, als stadhouder Willem III, na iedere nederlaag weer strijdbaar in 't veld, ook bij tegenspoed of in 't ongeluk achting en ontzag inboezemend, het noodlot tartend, zoo noodig lijdzaam, doch steeds onwrikbaar als de rots te midden van 't golfgeklots der kokende branding.

Want de karaktervolle persoon is zelfstandig, hij gaat zijn eigen weg. Doch niet wie volhoudt heeft karakter, maar wie volhoudt in de overtuiging dat hij gelijk heeft; karakter is geen trots of eigenzinnigheid, maar juist inzicht en trouw opvolgen van dit inzicht. Hoe is het te verwachten dat anderen vertrouwen in ons zullen stellen, indien wij niet trouw zijn aan ons zelven, onze eigen overtuiging niet handhaven en met alle kracht zoeken te verwezenlijken? Men kan slechts achten wie zich zelven acht. Maar karakter is ook ongelijk bekennen, den ingeslagen weg verlaten, zoodra we inzien dat het een dwaalweg is: karakter is waarzijn. En de hoogste wezenlijke eer, die er voor ons innerlijk te behalen is, bestaat in trouw aan de waarheid, ook dan wanneer ze met onze belangen in strijd is of ons vernederen mocht in de oogen van anderen. Want slechts hij is gelukkig en zelfstandig - zijn deze twee niet in velerlei opzichten één? - die met zich zelven vrede vindt, steeds te rade gaat met de stem van zijn geweten en in alle gevallen conscientieus handelt. Omdat de karaktervolle mensch zichzelf regeert, drukt hij zijn stempel op de omgeving, ondergaan allen, die met hem verkeeren, zijn invloed; onbewust zelfs regeert hij anderen. Karakter is de ontplooiing van de persoonlijkheid in haar denken, spreken en doen volgens vaste onveranderlijke beginselen, een logische eenheid van denken, willen en handelen, en naar buiten: de zichtbare openbaring van den grooten, goeden mensch.

 

C.G.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken