Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Hollandsche Lelie. Jaargang 21 (1907-1908)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 21
Afbeelding van De Hollandsche Lelie. Jaargang 21Toon afbeelding van titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 21

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (14.77 MB)

Scans (98.61 MB)

ebook (12.36 MB)

XML (4.12 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Hollandsche Lelie. Jaargang 21

(1907-1908)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Een Séance.

 
In de slotzaal, stil en duister
 
Zit een spiritist -
 
Hoor, hoe 't in de geestenwereld
 
Roerig wordt en gist!
 
 
 
Zacht geschuifel achter muren....
 
Zwaveldampen stijgen op....
 
Tandgeknars en steunend klagen....
 
Dan.... 't traditioneel geklop:
 
 
 
Uit het wanddoek treedt naar voren,
 
Wazig in astraal-gewaad,
 
Een van 's spiritisten vaderen,
 
D'oude burchtgraaf Deodaat.
 
 
 
Deodaat, de zwarte ridder,
 
Eens berucht in 't gansche land,
 
Die zijn ziel, vol booze lusten
 
Aan den duivel had verpand.
 
 
 
‘Jongling’, zegt hij, ‘duizend jaren
 
Doold' ik in deez' zalen rond;
 
Als het spook des boozen ridders
 
Ging mijn faam van mond tot mond’
 
 
 
‘Als 'k in volle wapenrusting,
 
't Bloed nog druipend van het zwaard
 
Soms een nazaat hier verraste
 
Bij d'oudvaderlijken haard’
 
 
 
‘Sloeg de doodschrik hem om 't harte,
 
Knielend zonk hij voor mij neer,
 
Stamelend van spook en helle,
 
G'nade smeekend van den Heer.’
 
 
 
‘Maar de tijden zijn veranderd,
 
Ook in ons spoken-sfeer
 
Drong de engel der beschaving
 
Zeeg'nend en verheffend neer’:
 
 
 
‘'k Heb mijn rusting uitgetrokken
 
En daarvoor, geheel op maat,
 
Mij van top tot teen gestoken
 
In een nieuw astraal-gewaad’.
 
 
 
‘Weg met spel en drinkgelagen,
 
(Wijn en reebout lustt' ik graag)
 
Maar met aetherdamp en graflucht,
 
Vul ik thans mijn leêge maag’.
 
 
 
‘Dank, o uitverkoren jongeling,
 
Dat uw hoogdoorlucht'ge leer,
 
Mij, het spook des boozen ridders,
 
Heeft hersteld in deugd en eer:’
 
 
 
‘Waar 'k verschijn (bij invitatie)
 
Eerbied straalt van elks gelaat,
 
Voor mij, uit den dood herrezen
 
Geest van ridder Deodaat.’
 
 
 
En.... de burchtgraaf is verdwenen;
 
Nog wat blauwend licht, dat sist...
 
‘De séance is geeindigd’
 
Zegt voldaan de spiritist.
 
 
 
D.T. te P.
De Quintessence.
 
Zeg, heeren Spiritisten,
 
Gij, die met ‘geesten’ verkeert,
 
Wat hebben uw nachtlijke gasten
 
Omtrent den dood u geleerd?
 
 
 
Wat wisten zij u te onthullen
 
Van alles wat er geschiedt,
 
Als, naar gij zegt dat het zijn moet,
 
De ziel aan het lichaam ontvliedt?
 
 
 
Het leven; het doel van ons hier zijn;
 
Het lot, dat hiernamaals ons wacht,
 
Geen mensch heeft in deze mysteries
 
Nog eenige klaarheid gebracht,
 
 
 
Maar daar verschijnen uw ‘geesten’:
 
Gezanten van òver het graf,
 
Betrouwbare boden, die weten
 
Wat 't lot na dit leven hun gaf.
 
 
 
Zeg, heeren spiritisten,
 
Wat hebben zij u onthuld?
 
Wij, smachtend naar licht en naar waarheid,
 
Wij wachten met ongeduld....
 
 
 
Maar, kunt ge geen antwoord geven,
 
Dan.... zijt ge op een dwaalspoor geweest:
 
Uw ‘geesten’ zijn niets dan visioenen
 
Van eigen abnormen geest.
 
 
 
D.T. te P.
Deze gedichtjes waren reeds aangenomen door den waarnemenden redacteur, en in drukproef toen de redactrice haar taak weder op zich nam. Om die reden wil zij de plaatsing niet weigeren, ofschoon zij-zelve de gedichtjes niet zou hebben aangenomen, als zijnde kwetsend voor de godsdienstige richting van spiritisten en spiritualisten.’
Redactrice.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken