Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Hollandsche Lelie. Jaargang 22 (1908-1909)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 22
Afbeelding van De Hollandsche Lelie. Jaargang 22Toon afbeelding van titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 22

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (16.98 MB)

Scans (106.51 MB)

ebook (14.38 MB)

XML (4.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Hollandsche Lelie. Jaargang 22

(1908-1909)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Het is in het belang der Lelielezeressen zich, bij het gebruik maken van adressen, te beroepen op deze correspondentie in dit blad.

Correspondentie toilet.

Eenvoudig toch smaakvol. - Ten eerste moet ik U zeggen, dat Uw vragen mij héél welkom zijn; vooral omdat gij ze zoo duidelijk doet, en mij zoo nauwkeurig alles uitlegt omtrent Uw figuur, enz. Ik wilde wel, dat àl mijn vraagsters zoo nauwkeurig waren als gij! Ga gerust vóórt met vragen, en denk niet, dat gij ‘vrijpostig’ zijt. Ten eerste de japon-questie. Op zich zelf beschouwd kunt gij een donkerroode japon heel goed dragen; daarvan ben ik, na de beschrijving van Uw persoontje, overtuigd. Maar, zal een zóó sprekende kleur U niet heel gauw vervelen, wanneer gij er den heelen winter mede moet uitgaan, en óók nog daarna, vooral in een klein plaatsje? En dan de kleur van Uw wintermantel dáárbij! Als gij de andere, oudere japon stééds op straat kunt dragen, met den mantel, dan is het iets anders, want dan zoudt gij de donkerroode japon alléén in huis kunnen aantrekken, bij feestjes, avondgelegenheden, enz., en, tegen het voorjaar, kunt gij haar dan, zonder mantel, buiten dragen. Ik zou haar dan laten maken, daar gij slank zijt, in een eenvoudigen directoire-stijl, lange, een beetje sleepende rok, heel glad om de heupen, en heel gladde, lange, tot over de handen vallende mouwen. Neen, geen bandfluweel, dat is niet chic. Als gij een aparte garneering wenscht, laat dan een paar gróóte aparte knoopen aanbrengen op de taille, of de ceintuur; (hoog om het middel, en van achteren hoog, boven het

[pagina 286]
[p. 286]

middel.) Op de rokken is een garneering van breed galon ook nog in de mode, maar ik vind dit te opzichtig, en zou het U niet aanraden - Indien gij de japon met den mantel moet dragen, dan raad ik U een andere kleur aan, en, met het oog op die van den mantel, blijft dan alléén over bruin of grijs. Bruin, in alle tinten, is dezen winter zeer in de mode; grijs zou bij uw mantel goed kleuren. De stijl, dien ik U zou aanraden, blijft dezelfde als voor de roode japon; aan den hals een fijn inzet-stuk van witte guipure geeft steeds iets gekleeds. - Ten tweede, de hoed-questie. Op zichzelf is een witte hoed met rood lint niet leelijk, maar, in ons klimaat, en in een kleine omgeving, en om er steeds mee uit te gaan, zou een witte hoed U dadelijk vervelen, en ook vuil staan in de sneeuw. Die modes komen vàn en zijn vóór de Riviera, en staan hier niet; tenzij per rijtuig of in de kamer, op teas! - Ik vind een geheel rooden hoed voor U zeer mooi; als het gaat om de nuance van uw mantel. Is die niet te hard van tint, dan zal het wel gaan; anders zou ik liever de kleur van Uw japon kiezen. Daar gij zoo frisch van teint zijt, zal een gehéél grijze hoed U óók zeer goed staan, en, als gij zooveel van wit houdt, dan kunt gij dien garneeren met die héél-groote witte zijden rozen, die dezen winter zoo veel gedragen worden. Wat dunkt U daarvan?; op grijs vilt, of ook op zwart fluweel, een breede rand rondom den bol, die breed en plat moet zijn!

Ten derde, het bont mutsje! Zeker worden zulke mutsjes nog gedragen; vooral op Uw leeftijd, en bij uw figuurtje, staan zij aardig! En, rijdt gij niet schaatsen? Stellig wel, in Uw provincie? Daarbij behóórt het! Nu zegt gij echter niet, wat gij bedoelt met een ‘crême’-mutsje? En evenmin van wèlk bont uw ‘licht-bruin’ mofje is? Ik zou nooit mutsje en mof zóó verschillend nemen. Bedoelt gij breitschwanz? Is Uw mofje van bever of van ander bont? Als het een bever mof is, neem er dan een bever mutsje bij. Daar zeer groote moffen nog mode zijn, zoudt gij den Uwen, als gij handig zijt, kunnen vergrooten met fluweel of zijde, en er het bont in streepen langs kunnen zetten. - Schrijf mij nog eens precies, wat gij bedoelt met ‘crême’ voor Uw mutsje! Ten vierde. Gij moet Uw haar dat, naar Uw beschrijving, zeer mooi en dik is, zeer zeker ten spoedigste wasschen, en dat geregeld blijven doen. Hoe dikwijls, hangt af van de meer of mindere droogte ervan. Is het vettig uitteraard, dan om de drie weken, minstens. Anders is om de maand voldoende. Gij haalt U bij een vertrouwden drogist of dito kapper een poeder tot dat doel; de gebruiksaanwijzing staat erop. Als gij daarin Uw haar flink hebt uitgewasschen, dan spoelt gij het nog een paar maal af met lauw water, zonder zeep; daarna nòg eens met een camillen-aftreksel, om de kleur te behouden Dan laat gij het goed uithangen, en drogen, en, als het daarna droog is, borstelt gij het voorzichtig uit. Gij zult eens zien, dat gij dan nog eens zooveel haar hebt, dan vóór dien tijd. Ten vijfde, de teint-onreinheden! Die kunnen met Uw gezondheid in verband staan; met spijsvertering of zoo iets. Zij kunnen óók komen van slecht, hard water. Oók kunt gij wellicht een verkeerde zeep, of mondwater, of tandpoeder gebruiken, die er op influenceeren! Onlangs schreef een deskundige uit Indië, M.W., in deze rubriek een ingez. stuk, waarin zij waarschuwde tegen odol, door een haar bekend geval; en onze hoofdredactrice kent een dito van odol, en heeft het voornemen het hier mee te deelen. Kan dat dus bij U de oorzaak misschien zijn? - Ik wil U niet op goed geluk middelen ertegen aanraden, want dat zou kwakzalveren zijn, dat U heel goed zou kunnen schaden. Alleen een betrouwbaar huid-specialiteit kan beoordeelen wat ertegen te doen, als het uit Uw gestel voortkomt. Ten zesde, die fijne odeurs! Die zijn, als zij goed zijn, en niet vulgair aandoen zullen, nóóit goedkoop. Gij moet een sachet, (violet, iris, etc.,) in uw linnengoed leggen, of ook Uw kleederen bedroppelen met een páár droppels van een héél fijne essence. Rimmel, den Haag, en Amsterdam, kan U daarin helpen; vraag catalogus aan.

Als gij mij niet hebt begrepen, of iets hebt vergeten, of nog méér wilt weten, dan schrijf gerust. En vertel mij eens wât gij deedt, en of ik U heb kunnen helpen.

Redactrice toilet.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken