Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hollands Weekblad. Jaargang 1 (1959-1960)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hollands Weekblad. Jaargang 1
Afbeelding van Hollands Weekblad. Jaargang 1Toon afbeelding van titelpagina van Hollands Weekblad. Jaargang 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hollands Weekblad. Jaargang 1

(1959-1960)– [tijdschrift] Hollands Maandblad–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1]
[p. 1]

Hollands weekblad tijdschrift voor litteratuur en politiek eerste jaargang · nummer 32 · 23 december 1959

Feest voor gelovigen

Zolang er nog christelijke gelovigen zijn zal het kerstfeest gevierd worden. Voor hen heeft dat feest een duidelijke betekenis en men kan zich moeilijk een nieuwe hervorming binnen de christelijke geloofsgemeenschap voorstellen waarbij Kerstmis zijn centrale feestelijke plaats zou verliezen.

Maar voor de ongelovige is er geen aanleiding om 25 en 26 december als bijzondere dagen te beschouwen. Voor hem is Kerstmis niet meer dan een zinloos geworden traditie. Hij kan proberen de kerstgebruiken een nieuwe privé-zin te geven, door te zeggen dat hij een boom met kaarsen en glinsterdingen zo'n aardig gezicht vindt, vooral ook voor de kinderen, of door voor deze gelegenheid te werken met een licht- en vruchtbaarheidssymboliek die hem de rest van het jaar koud laat. Het bezwaar van deze surrogaat-zingeving is dat zij gemakkelijk leidt tot hypocrisie en slaafsheid. De ongelovige die zich de christelijke feestvormen moet laten aanleunen en die zich dan probeert

te rechtvaardigen met het motto ‘Ik doe wel mee, maar het feest heeft voor mij een andere betekenis’ maakt zich daarmee tot een soort collaborateur van het officiele Christendom. Hij zal zich verweren door te zeggen dat hij ‘oude vormen een nieuwe inhoud’ wil geven. Dat zou een geldig excuus zijn wanneer de oude inhoud niet meer levend was, wanneer het aantal mensen voor wie Kerstmis nog verwijst naar de geboorte van Christus en naar alles wat daarmee samenhangt, te verwaarlozen viel. Maar dat is niet zo. Kerstmis is niet een ruïne van het overleden Christendom die wij naar eigen smaak kunnen opbouwen en inrichten tot een onchristelijk paleis. Het is een huis waarin de ongelovige zich kan nestelen als onderhuurder, maar niet als hoofdbewoner. Wanneer hij kerstgans eet, liedjes meeneuriet, kaarsen aansteekt en pakjes uitpakt, helpt hij, of hij dat nu zo bedoelt of niet, andermans geloofsfeest in ere, in ieder geval in stand te houden. Hij profiteert van het Christendom

[pagina 2]
[p. 2]

en dat maakt de zuiverheid en de aantrekkelijkheid van zijn ongelovige standpunten er niet groter op.

 

Maar, ook al zou men het willen, Kerstmis negeren lukt hier niet. Openbare en bijzondere onderwijzers leren hun klassen de kerstliederen; de gemeente plant de stad vol met grote kerstbomen en alle kinderen vragen thuis om kleine; vrijwel alle werknemers en werkgevers krijgen of nemen twee dagen vrij; christelijke zowel als niet-christelijke tijdschriften en kranten publiceren hun kerstnummers. Het is een van de voorbeelden die bewijzen dat wij nog altijd in een christelijke maatschappij leven, hoeveel leden die samenleving ook moge tellen voor wie dat geloof geen aantrekkingskracht bezit. De ongelovige moet zich twee dagen lang in een hoek laten dringen, en hij zal merken dat zelfs in zijn hoek nog kerstversieringen aan de muur hangen. Hij kan zich daaraan ergeren, maar hij kan ook, uit gemakzucht en verdraagzaamheid, besluiten geamuseerd naar alle bedrijvigheid te kijken en er verder geen probleem van te maken. Het enige wat hij niet moet doen is toegeven aan de verleiding om, onder druk van vrienden, familieleden, leveranciers of jeugdherinneringen, zichzelf te suggereren dat de kerstdagen ook voor hem een speciale, semi-religieuze betekenis hebben. Kerstmis is een feest van anderen waarbij wij noodgedwongen aanwezig zijn, maar niet als feestgangers.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken