Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Huisvriend. Jaargang 1892 (1892)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Huisvriend. Jaargang 1892
Afbeelding van De Huisvriend. Jaargang 1892Toon afbeelding van titelpagina van De Huisvriend. Jaargang 1892

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (25.09 MB)

Scans (85.32 MB)

ebook (26.95 MB)

XML (2.18 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Huisvriend. Jaargang 1892

(1892)– [tijdschrift] Huisvriend, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Dante's ontmoeting met Mathilde.

De ideaal-dichterlijke voorstelling, door Maignan hier tot onderwerp zijner meesterlijk geconcipieerde schilderij gekozen, verplaatst den beschouwer naar een der schoonste gedeelten uit Dante's onsterflijk poëem: de ‘Divina Commedia’. Dante en zijn geleider Virgilius hebben het Inferno (de Hel) en het Purgatorio (het Vagevuur) doorwandeld, en zijn eindelijk tot den zevenden of laatsten omgang van den Zuiveringsberg genaderd. Uit de rotsen ontspringt aldaar een louteringsvuur: het symbool der goddelijke liefde, die van het zinnelijke en aardsche reinigt. De boetelingen snellen in dit vuur, en daar wordt hun de laatste hunner zeven P's (Peccata), die de zeven hoofdzonden aanduidden, van het voorhoofd gewischt. Ook Dante's laatste P verdwijnt in dit vuur, zoodat hij nú eerst waardig is om voor het aangezicht zijner Beatrice, de geliefde zijner jeugd, te verschijnen, die zich in het aardsche Paradijs ophoudt. Bij den ingang daarvan blijft Virgilius achter, doch wijdt vooraf zijnen leerling nog tot priester en koning. Dante, in het Paradijs gekomen, ontmoet er de beroemde gravin Mathilde, die hem vele bijzonderheden dezer plaats verklaart: hij ziet er eene schitterende vertooning, welke den triomftocht der onzichtbare Kerk voorstelt, waarna, te midden van een wolk van bloemen, de ‘bruid van den Libanon’, de verheerlijkte Beatrice, aan den dichter verschijnt. Deze onderhoudt hem over zijne afdwalingen. Dante belijdt zijne zonden en drinkt uit de Lethe, den stroom der vergetelheid, waarop Beatrice zich ontsluiert. Verschillende zinnebeeldige verschijnselen doen zich verder nog voor, zooals de zegewagen en de boom der kennis van het goede en het kwade, de bestrijdingen der Kerk, enz. Het geheel eindigt daarmede, dat Mathilde hem in de Eunoë, de herinnering aan de goede werken, een bad laat nemen,

[pagina 336]
[p. 336]

waarna Dante als herboren oprijst en zich gereinigd en geschikt gevoelt tot den opgang naar de sterren, - waarmede het ‘Purgatorio’ besloten wordt en het ‘Paradiso’ aanvangt.

De hier door Dante verheerlijkte Mathilde, markgravin van Toscane, geboren in 1046, dochter van Bonifacius III, markgraaf van Toscane, en van Beatrix, was bij den dood van haren vader in 1054 de erfgename van een der machtigste Staten van Italië, maar zij zelve aanvaardde de regeering eerst na den dood van hare moeder in 1076. Zij bezat een standvastig karakter, moed en groote begaafdheden. Tweemalen was zij gehuwd: met Godfried den Bultenaar, hertog van Lotharingen, en met Welf V, hertog van Beieren, doch de eerste had haars inziens te veel sympathie voor keizer Hendrik IV, en de tweede, hoewel een vijand van dezen vorst, was niet standvastig genoeg in zijnen haat, en beiden konden niet met eene vrouw leven, welke zóó sterk aan de Katholieke Kerk gehecht was. Hare aanhangers verzekeren, dat zij in den ongehuwden staat wenschte te blijven; hare vijanden beweren, dat zij deze onverschilligheid niet gevoelde voor Gregorius VII, dien zij altijd vergezelde, in alles bijstond en in elk ongeval als beschermgeest bewaakte, met wien zij ieder gevaar, dat zij niet kon afwenden, deelde, en dien zij aanspoorde het met moed en standvastigheid tegen te gaan. Zij alleen hielp hem in 1081 tegen den keizer, ondersteunde hem met hare schatten, toen hij in Rome was ingesloten, en voerde nog na den dood van Gregorius openlijk oorlog tegen den keizer. Maar men denkt algemeen, dat deze gehechtheid aan den Paus, welke altijd rein bleef, niet alleen uit hare staatkunde, maar ook uit hare buitengewone vroomheid voortvloeide.

Deze moedige vrouw overleed in het jaar 1115 in een Benedictijner klooster, dat zij te Polirone had doen bouwen, na al hare goederen aan de Kerk te hebben vermaakt. Haar dood gaf aanleiding tot nieuwe twisten tusschen den keizer en Paus Pascalis III, wegens deze schenking, welke eindelijk ophielden door het afstaan van eenige goederen van gravin Mathilde aan den Paus. De bezittingen, welke zij aan den Paus vermaakt had, bestonden in: Toscane, Mantua, Parma, Reggio, Piacenza, Ferrara, Modena, het hertogdom Spoleto, Verona, en bijna alles van Viterbo tot Orviato, wat destijds den vroegeren Kerkelijken Staat uitmaakte.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken