Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Huisvriend. Jaargang 1892 (1892)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Huisvriend. Jaargang 1892
Afbeelding van De Huisvriend. Jaargang 1892Toon afbeelding van titelpagina van De Huisvriend. Jaargang 1892

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (25.09 MB)

Scans (85.32 MB)

ebook (26.95 MB)

XML (2.18 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Huisvriend. Jaargang 1892

(1892)– [tijdschrift] Huisvriend, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Jay Gould.

In het Engelsche werkje ‘Millionaires and how they became so,’ in 1884 verschenen, vindt men eene opgave van een twaalftal Croesussen, die voor de rijksten der aarde werden gehouden. Het verdient opmerking, dat zich onder dat twaalftal niet minder dan zeven Amerikaansche burgers bevinden, wier ontzaglijk vermogen eerst in den loop der laatste jaren werd bijeengebracht.

Aan het hoofd dezer lijst prijkt de naam van den zoo bekenden Jay Gould, den koning der Amerikaansche spoorwegen. Zijn vermogen wordt daarin op 280 millioen, zijn jaarlijksch inkomen op niet minder dan 14 millioen dollars geschat. Deze eerste van alle millionnairs, deze rijkste van alle stervelingen, is nauwelijks twee en vijftig jaren oud en heeft in weinige jaren zijne onmetelijke schatten verworven. Zijn vader, een eenvoudig pachter uit Roxbury, in den staat New-York, had niet veel verwachting van den knaap, dien hij op twaalfjarigen leeftijd de wereld inzond met eenige kleederen en een kapitaal van 2 shilling, terwijl hij hem toevoegde: ‘Help u zelven maar zoo goed als gij kunt, hier kan ik u voor niets gebruiken.’ En Jay Gould heeft zich zelven geholpen.

Het ging, volgens zijne levensbeschrijving, wel niet zonder moeite, maar zeker met groote snelheid. Drie jaren later reeds zien wij hem de zijnen ondersteunen. Aandeelhouder van een werf geworden, wordt hij er weldra de eenige eigenaar van, plaatst er zijn vader als directeur en arbeidt dag en nacht om een ingenieursdiploma te verwerven. Achttien jaren oud neemt hij openbare werken aan, bestuurt hij ploegen werkvolk, doet hij ervaring op in den omgang met menschen, overwerkt zich, wordt ernstig ziek, maar nauwelijks hersteld, gaat hij opnieuw aan den arbeid. Hij zet eene looierij op en sticht eene stad, die zijn naam Gouldsborough draagt. Vijfentwintig jaar oud bezat hij reeds 10.000 dollars, zeven jaren later vertiendubbelde hij zijn kapitaal en wijdde hij door een stouten slag op de beurs, zijne inbezitneming van den Erie-Spoorweg en daarmede zijn toekomstig koningschap over de spoorwegen in.

Maar evenmin als de koningen aan het hoofd der staten, zijn die der industrie of der financiën verheven boven de slagen van het noodlot, of den haat van hunne vijanden. Met zijn fortuin groeide steeds het getal zijner benijders aan. Eigenaar van de Eriebaan, dong hij ook naar het bezit der Susquehannalijn, welke noodig was om zijn systeem te voltooien. Hij kocht haar aan, maar zijne tegenstanders wierpen wettelijke bezwaren op, welke de inbezitneming vertraagden. Hij stoorde er zich niet aan, en deed den weg door zijne beambten en werklieden bezetten. Deze daad van geweld verbitterde zijne vijanden. Mocht hij ook al meester zijn van het eene uiteinde der lijn, zij hadden het andere in hunne macht. Voor het eerst zag men toen het zonderling schouwspel van een reusachtig duel met locomotieven, die zich op elkander wierpen, versterkingen van honderden strijders voor elk der partijen aanvoerend, de sterkste en hardst gestookte hare tegenpartij verpletterend, stokers en machinisten doodend of verwondend.

Jay Gould overwon, eerst met geweld, vervolgens in de gerechtszaal. Hij beheerschte, naar men zegt, de wetgevende macht van den staat, zijne justitie en de pers. Had hij bij deze gelegenheid zijn leven gewaagd, eenige jaren later zette hij zijn gansche vermogen op het spel in eene onderneming van zulk een omvang en een stoutheid, als men in de Vereenigde Staten nog nooit had aanschouwd.

Het was in 1873 dat generaal Grant president was. De vrede was gesloten tusschen het zegevierend Noorden en het verpletterd Zuiden. De genomene protectionistische maatregelen hadden een krachtigen stoot gegeven aan de handelsbeweging der Unie, maar de markt was nog overvoerd met papier, en het goud kon zich op een hoogen prijs handhaven, daar een klein getal speculanten, die er belang bij hadden de koersen te steunen, er zich meester van hadden gemaakt. Jay Gould was de voornaamste van allen en zijn finantieel overwicht was reeds in die mate gevestigd, dat zij de geldmarkt geheel beheerschte. Slechts de schatkist van den Staat was aan zijn invloed onttrokken, zoodat hij met aandacht de staatkunde van den president volgde, steeds er op bedacht om de maatregelen uit te vorschen, welke zouden genomen worden met betrekking tot den goud- en zilvervoorraad der rijkskassen. Hij vreesde dat er een list, mogelijk wel een hinderlaag schuilde achter het zorgvuldig stilzwijgen, dat dienaangaande werd in acht genomen, en dat zijne geheime berichtgevers vruchteloos hadden getracht te doen verbreken.

De daling der goudkoersen moest die van de aandeelen der spoorwegen, die hij in groot getal bezat, ten gevolge hebben. Van de andere zijde eischte het geheele land de hervatting van de betaling in

[pagina 344]
[p. 344]

specie en drong men er bij het gouvernement op aan, onverwijld het voorbeeld te geven om het goud in omloop te brengen. Te dien einde verlangde men dat de minister van Financiën gemachtigd zou worden, om belangrijke hoeveelheden goud, die in de staatskassen sluimerden, op de beurs te verkoopen en derwijze hulp te verleenen aan hen, die op daling speculeerden, en onmachtig waren om het hoofd te bieden aan Jay Gould en zijne medestanders. Zouden de president en al zijne ministers toegeven aan den aandrang der openbare meening?

Om allen twijfel dienaangaande op te heffen, bood Jay Gould den president een luisterrijk feest aan, waarvan veel ophef werd gemaakt; hij hoopte van Generaal Grant, in den loop van het gesprek, eenige aanwijzingen te vernemen omtrent de partij, welke door het kabinet zou worden gekozen, of althans het publiek in den waan te brengen dat er overeenstemming bestond tusschen het gouvernement en hem. Doch de gesloten president bleef zwijgen als een sphinx. Eindelijk echter, in het nauw gebracht door allerlei indirecte vragen en toespelingen op den voorspoed, waarvan de hooge goudkoersen volgens zijne ondervragers, blijken gaven, verbrak hij het stilzwijgen, om te verklaren, dat die hooge koersen hem toeschenen eerder op kunstmatige wijze verkregen te zijn dan wel de werkelijke waarde uit te drukken en dat deze zeepbel wel eens even goed nog heden als iets later zou kunnen barsten. Vijanden van Jay Gould beweren nu, dat hij den volgenden dag den generaal Porter een half millioen dollars in goud aanbood, als hij er in toestemde, zijn invloed te gebruiken om van het kabinet te verkrijgen, dat het zich onzijdig hield. Dit aanbod zou echter afgewezen zijn.

Het goud was genoteerd op 140. In September gewaarschuwd door een zijner spionnen, dat het gouvernement besloten was, eerstdaags belangrijke hoeveelheden goud op de markt te brengen, nam Jay Gould het initiatief voor eene plotselinge rijzing, waarmee hij het sein gaf voor een finantieelen strijd, zooals de goldroom in het grijze gebouw van Hallstreet nog niet had beleefd. In den namiddag stond het goud op 144. Alleen op dien dag werd er voor meer dan 230 millioen dollars verhandeld. Aller aandacht was gevestigd op Jay Gould. Gedurende vele dagen werden de zaken geschorst. Van alle kanten der aarde stroomde het goud naar New-York; de metaalvoorraad van de banken van Frankrijk en Engeland verminderde; de telegraaf bracht orders over tot aan- of verkoop van millioenen tegelijk. Nooit had New-York zulk een schouwspel gade geslagen; de goudkoers steeg hoe langer hoe meer; het goud stapelde zich op in de handen van een enkel man.

In aanplakbilletten werd het hoofd geëischt van hem, die het land in gevaar bracht; men dreigde hem zonder vorm van proces op te hangen. Te midden van dezen storm, waarin fortuinen in enkele oogenblikken te gronde gingen, bestuurde deze bleeke, magere, zwijgende man den veldtocht uit het binnenste van zijn kabinet, waarvan de toegang door een bende gewapende boksers verdedigd werd. Met eene onverstoorbare kalmte deelde hij bevelen uit, die de geldmarkt der Vereenigde Staten schokten. Een Duitsch makelaar, Speijer, kocht in weinige uren 200 millioen goud en werd krankzinnig door de bedreigingen, waarvan hij het voorwerp was; een ander, Jim Fisk, viel door een revolverschot in het hoofd getroffen.

Eensklaps overvallen door deze plotselinge rijzing van het goud, waarvan de koers tot 160 steeg, en door de depretiatie van het bankpapier en van de aandeelen, moesten zeven en twintig handelshuizen van den eersten rang hunne betalingen schorsen en sleepten zij een tal van anderen in hun val mede. Op verzoek van den handel en van de verbijsterde financiers, vergaderde de ministerraad te Washington. De president en de leden van het kabinet waren afwezig, doch kwamen in allerijl terug om een groote ramp te voorkomen. De minister van Financiën ontving bevel, met den verkoop van goud te beginnen en om 220 millioen ter beschikking te stellen van de banken van den Staat, die reeds genoodzaakt waren, hunne voorschotten op waarden in onderpand te beperken. Maar Jay Gould had hierop gerekend; eensklaps een stoutmoedige frontverandering makende, deed hij zijn voordeel, zoowel met de hooge koersen om het goud te realiseeren, als met de lage, die alle waarden meesleepten om aandeelen in te koopen. Hij kwam de crisis te boven, werd veel rijker dan te voren en onbetwist koning der Amerikaansche spoorwegmarkt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken