Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1847 (1847)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.42 MB)

XML (0.11 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1847

(1847)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1801-1900]–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 67]
[p. 67]

IX.

Tot de beraadslaging over dit Punt (de Wetsherziening) gekomen (waaromtrent wij vooreerst tot hier boven, bl. 53, 54 verwijzen), verlaat de Voorzitter zijne plaats, verklarende die in te ruimen aan den Heer Voorzitter der Wets-Commissie, den Hoogleeraar Tydeman. Maar deze verklaart die aanstelling niet te kunnen aannemen, als gebonden door art. 49 der als nog kracht hebbende Wetten; en noodigt alzoo den Heere Abr. de Vries, om als oudste aanwezig Lid de Voorzittersplaats te gaan bekleeden. Deze echter verontschuldigt zich, als zijnde dit punt der Beraadslagingen hem geheel vreemd gebleven, en verkiest liever met den Heer Siegenbeek de Vergadering te verlaten; waardoor nu van zelve die waardigheid of last nederkomt op denzelfden Hoogl. Tydeman. Deze, thans door de Wet geroepen, aanvaardt die betrekking, gelijk hij als oudste Lid dezen geheelen winter de beraadslagingen der Maandvergadering over de nieuwe wetgeving geleid had.

Nadat er nu, op voorafgaande omvrage, besloten is, werkelijk het ontwerp der nieuwe Wet als punt van overweging aan te nemen; - doch het daarna door een der Buitenleden gedane voorstel, om over de Wet in eens te stemmen, door de toereikende meerderheid der tegenwoordige Leden niet was goedgekeurd, - moest de beraadslaging, hoofdstuksgewijze, een aan-

[pagina 68]
[p. 68]

vang nemen. De tijd intusschen vrij verre verlopen zijnde, en de Voorzitter voorziende dat bij eene tot den volgenden dag verdaagde zitting de Vergadering veel minder talrijk zoude zijn, stelt hij voor, om vóór alle andere Hoofdstukken, het derde in de eerste plaats in overweging te brengen, als waar door de vorm des Bestuurs der Maatschappij eene kennelijke verandering ondergaan zoude. Van de thans tegenwoordig zijnde Leden verklaart niemand stellig zich hiertegen dan de Heer Dr. Leemans, die des anderen daags verzoekt dat van zijn protest aanteekening geschiede.

Dat Hoofdstuk, en alzoo de nieuwe vorm van Bestuur, wordt met toereikende meerderheid van stemmen aangenomen. Als een gevolg hiervan (art. 23 der nieuwe Wet) wordt nu eerst bij meerderheid gestemd over een, tot den post van Secretaris voorgedragen, dubbeltal, bestaande uit de HH. Mr. J.T. Bodel Nijenhuis en A.C. Oudemans, waaruit eerstgenoemde gekozen wordt; daarna over den post van Penningmeester, waarvoor uit een dubbeltal van de HH. Mr. J.G. la Lau en Prof. P.O. van der Chijs, mede eerstgenoemde gestemd wordt. Tot dien van Bibliothecaris een dubbeltal voorgedragen zijnde, bestaande uit de HH. Jkhr. W.J.C. Rammelman Elzevier en Dr. L.J.F. JanssenGa naar voetnoot*, wor-

[pagina 69]
[p. 69]

den vooraf door eerstgenoemden, alleen van de beide voorgedragene ter Vergadering tegenwoordig, eenige woorden van verontschuldiging geuit: daarna, tot eene stemming overgegaan zijnde, wordt de tweede Candidaat, Dr. Janssen gekozen.

Men gaat, ingevolge art. 22, over tot de keuze van een Bestuur over de Maatschappij.

Hiertoe wordt, (terwijl de Hoogleeraar Geel zich stellig verontschuldigd had, en de HH. la Lau en Janssen tot afzonderlijke Ambtenaren benoemd waren,) een dubbeltal voorgedragen, voorbereid in de buitengewone Maandelijksche Vergaderingen van 30 April en 7 Mei: zijnde de HH. Tydeman, van Assen, Kist, A.H. van der Boon Mesch, Pluygers, Oudemans, M. de Vries, van Oordt, Suringar, Huyser, Jonckbloet en Doijer. Waaruit de HH. van Assen, Kist, Tydeman, van Oordt, van der Boon Mesch en Suringar, thans de meerderheid van stemmen der tegenwoordig zijnde Leden erlangen, en derhalve verklaard worden met de drie vroeger benoemde Ambtenaren het nieuwe Bestuur uit te maken.

De tijd ter verdere discussie van het Wets-Ontwerp thans te ver verloopen zijnde, wordt de Ver-

[pagina 70]
[p. 70]

gadering door den Voorzitter verdaagd tot den volgenden morgen, Vrijdag den 18en, des voormiddags te 10 uur, in hetzelfde Stads-lokaal.

voetnoot*
Dr. J.T. Bergman, die de belangen der Boekerij nu 18 jaren lang als Lid der Bibliotheeks-Commissie, met de HH. Tydeman en Bodel Nijenhuis had voorgestaan, had reeds in de laatste Maandelijksche Vergadering stellig verzocht, tot deze betrekking geenszins in aanmerking te komen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken