Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1941 (1941)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.96 MB)

XML (0.48 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1941

(1941)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[IX.]

IX. De secretaresse, mevrouw Van Dullemen-de Wit leest de aanbeveling der commissie voor:

Toen Vasalis haar eerste gedichten in de tijdschriften ‘Groot Nederland’ en ‘Werk’ publiceerde, veroorzaakte dit in den kring der poëzieminnaars een bijna blije opschudding. Kort daarna verscheen haar novelle ‘Onweer’. De eerste indrukken omtrent dit talent werden hierdoor verstevigd: ook deze novelle was boeiend, suggestief en oorspronkelijk in hooge mate. Het eerste bundeltje werd met verlangen verbeid.

Dat bundeltje poëzie nu ‘Parken en Woestijnen’, draagt de commissie voor schoone letteren voor ter bekroning met den Van der Hoogtprijs, den aanmoedigingsprijs. Want de verzen in dit bundeltje zijn van een gehalte, dat men zeker de hoop mag uitspreken, dat deze dichteres niet zal ophouden te dichten, wijl wij haar geluid nu reeds als een stem in onze poëzie erkennen.

Deze bundel is niet een verzameling van zoovele goede, even verrassend-mooie gedichten, als het in onze verlangende verbeelding zou zijn, maar de beste ervan zijn zoo levend, zoo bezield, dat wel niemand aan hun bekoring ontkomt.

Vasalis dicht in trotsche, vrije beelden. Haar gemoedsleven is in staat op een werkelijk verbluffend-directe wijze het beleefde in een buiten haar staand (en toch zeer persoonlijk aandoend) objectief beeld om te zetten. Dit heldere proces zien en hooren we als 't ware gebeuren in het uitstroomende, als water vlietende, soms bruisende, soms zingende woord. Er is teekenachtigheid in het detail, forschheid in de contouren. Het sterkst misschien spreken deze eigenschappen van Vasalis, wanneer de natuur of het aan de natuur verwante, haar stijl inspireert. Haar losse, soms wat baldadige, maar altijd sterk suggestieve en eerlijke beelden, komen uit een zeer ontvankelijk, soms wat verbeten gemoed voort en vormen dan ook de karakteristieke en eigen stijl van Vasalis. Toch kan men bij haar, wat de inhoud betreft, niet van een bepaald genre spreken. Elk gedicht is als 't ware weer een ander wereld-beeld. Soms is dat beeld niet duidelijk, blijft het, ondanks kleuren en tonen, toch wat zwak, andere daarentegen prenten zich diep in ons.

Er is, in een enkel gedicht, een neiging naar philosophie, die zich

[pagina 94]
[p. 94]

ook weer visueel uit, bijvoorbeeld in ‘Tijd’, ‘ik droomde dat ik langzaam leefde, langzamer dan de oudste steen’ en in ‘Krekels’. Het probleem van het voortschrijdende, vergankelijke, niet tot stilstand te brengen levensproces wordt hier ook door beelden, niet door bespiegelingen opgeroepen.

Een gedicht als ‘Afsluitdijk’ is een poging om het vlietend moment te doen stollen; vijf minuten levens worden hier tot een eeuwigheid gegrepen. De oogenblikken in de bus, als drijvend op een zee van tijdeloosheid - het vreemd zien van het eigen hoofd, het is of we het allen al eens zóó beleefd hebben, maar wanneer?

Het reeds zeer bekend geworden gedicht ‘Fanfarecorps’ is even zeer sterk visueel, maar hier heeft de schrijfster grond onder de voeten, ze is, op een verlossende wijze, één met de menschen.

Het bundeltje ‘Parken en Woestijnen’ is als debuut zeker verrassend en wettigt verwachtingen voor onze letterkunde.

De toekenning van den prijs wordt goedgekeurd.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken