Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1954-1955

Nadat de voorzitter de secretaris heeft bedankt voor het uitgebrachte verslag, geeft hij het woord aan de heer Jongkees ter voorlezing van het verslag van de staat der Afdeling voor de drie Noordelijke Provinciën gedurende het jaar 1954-1955.

III. Verslag der n.o. afdeling

Op de Jaarvergadering van 8 Mei 1954 machtigden de leden het Bestuur aan Dr Glasbergen de functie van secretaris aan te bieden. Daar Dr Glasbergen in verband met drukke werkzaamheden deze functie niet heeft aanvaard, heeft het Bestuur, gelijk op de Jaarvergadering besloten was, zich gewend tot Dr Smits, die zich bereid verklaard had gedurende één jaar het secretariaat op zich te nemen. In het verenigingsjaar 1954 -'55 heeft het Bestuur dan ook bestaan uit de Heren Dr Jongkees, voorzitter; Guibal penningmeester, Das assessor en Smits, secretaris.

Op Zaterdag 22 Mei kwam het Bestuur samen ter voorbereiding van

[p. 177]

het programma voor het komende seizoen. Daar er in Februari '55 weer vervolgcolleges zouden zijn van de Litteraire Faculteit heeft i.p.v. in Februari in December een bijeenkomst plaats gehad. De overige maanden is er regelmatig vergaderd.

Op 16 October sprak Professor Zandvoort over Geoffrey Chaucer, dichter en verteller.

Op 13 November behandelde Professor Lindeboom de figuur van Arnold Moonen.

Op 11 December belichtte de Heer Piebenga persoon en werk van Dr Wumkes. Deze herdenking had te Leeuwarden plaats.

Op 22 Januari vergastte Dr Staverman uit Deventer ons op een bespreking van het album amicorum van Barth. Ruloffs.

12 Maart sprak Dr van Herwerden over Politieke tolerantie in het 16e eeuwse Frankrijk, toegelicht aan persoon en werk van Michel de l'Hospital.

16 April sprak de Heer van der Geest naar aanleiding van de geboorteherdenking van de Deense sprookjesdichter Andersen over Hans Christian Andersen als mens en als dichter.

Deze lijst zal op de Jaarvergadering van 14 Mei nog verrijkt worden met een voordracht van de Heer Streurman over Schiller, in verband met de 150-jarige herdenking van diens dood.

Zo is het weer een grote verscheidenheid van onderwerpen, waarvoor beurtelings de aandacht van de leden is gevraagd. Dat niettegenstaande de telkens uitgaande ± 70 convocaties doorgaans maar een klein getal getrouwen op de vergaderingen verschijnt, zal als jaarlijks terugkerend verschijnsel wel met een zekere gelatenheid moeten worden erkend en aanvaard. Niettemin zal het Bestuur hebben voort te gaan met het zoeken naar de meest aantrekkelijke werkwijze. Een suggestie van de Voorzitter, om meer verband in de onderwerpen te brengen, verdient zeker nadere overweging, al zijn er ook stemmen, die hier geen versterking van de belangstelling van verwachten.

Door de dood ontvielen ons de Heren A.T. Vos en B.L. Hijmans.

Door verhuizing verlieten ons Dr Sierksma en Prof. van der Pot. Ook Prof. Neurdenburg is wegens gedurige ziekte niet meer te Groningen woonachtig.

Van de nieuw-benoemde leden behoren tot onze Afdeling de Heer Algra, Prof. van Baaren, Prof. Dankbaar, Dr van der Poel, Mej. Dr Mia J. Gerhardt, terwijl Prof. Heeroma en Prof. Schulte Nordholt erin slaagden zich te Groningen te vestigen.

[p. 178]

Onze Afdeling bestond dus dit jaar uit 71 leden.